Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-9050

van Nele Lijnen (Open Vld) d.d. 21 mei 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken

G20 - Internetveiligheid - Cybercrime - Internet governance

computercriminaliteit
gegevensbescherming
misdaadbestrijding
governance
internet

Chronologie

21/5/2013Verzending vraag
18/6/2013Antwoord

Vraag nr. 5-9050 d.d. 21 mei 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Er gaan steeds meer stemmen op om internetveiligheid prioritair te maken voor de agenda van de G20. Zo moet er een visie gevormd worden omtrent cyberveiligheid, een analyse die deze week ook geopperd werd door de onafhankelijke denktank Centre for International Governance Innovation (CIGI) . Door het groeiende belang van de interneteconomie, alsook het groeiend aantal apparaten dat met het internet verbonden wordt, kan een ernstige discussie hieromtrent op het G20-platform niet uitblijven. De landen van de G20 hebben samen een enorm aandeel in de internationale handel. Een veilige cyberspace aan de hand van een uitgebouwde internet governance zou een component kunnen zijn in een stabiele groei van de internationale economie.

De uitbouw van internet governance zou bij de G20 onder verschillende agendapunten kunnen vallen. Het is zo dat dit onderwerp reeds besproken wordt op het niveau van de Europese Unie (EU), de NAVO en de Verenigde Naties (VN), maar critici (zoals de Amerikaanse cyberexperte Melissa E. Hathaway) stellen dat er sprake is van tegengestelde interesses en een gebrek aan visie over de nood aan een correcte strategie omtrent het internet. Onder algemene ontwikkeling kan men streven naar internettoegang voor iedereen, gelet op het democratiserend en egaliserend effect van het internet. Het G20-orgaan Financial Stability Board zou meer aandacht kunnen schenken aan het gevaar van cybercrime voor de bankwereld en zo werken aan uniforme oplossingen. Cybercrime kan ook ondergebracht worden onder het algemenere agendapunt corruptie, daar experts schatten dat jaarlijks de G20-landen zo'n 125 miljard dollar verliezen door cybercrime alleen. Als wapen tegen protectionisme kan het internet een stuwende kracht zijn om multilaterale handel te versterken, mits men voldoende beschermd wordt tegen cybercrime.

Graag antwoord op volgende vragen.

1) Deelt de minister de visie van vele experts dat cybercrime jaarlijks miljarden financiële schade, alsook duizenden jobs kost? Kan hij dat toelichten?

2) Is er volgens de minister sprake van tegengestelde interesses en een gebrek aan visie wat betreft internet governance op de diverse internationale niveaus, en ziet de minister het G20-platform aldus als een potentiële innovator hierbij? Kan hij dat toelichten?

3) Is de minister van mening dat vooral grotere landen zoals de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk of Duitsland het slachtoffer worden van cybercriminelen, of ook België? Kan hij zijn visie op deze problematiek toelichten?

4) Heeft de minister een mening over hoe deze problematiek best geïntegreerd wordt binnen het framework van de G20-discussies? Moet internet governance een plaats krijgen onder ontwikkeling, corruptie, multilaterale handel enzovoort? Kan hij dat toelichten?

5) Zal ons land, al dan niet vanuit het Europese niveau, er op aandringen dat internet governance en de daarmee verbonden uitdagingen een prominenter agenda item worden op de volgende conferentie van de G20? Waarom wel/niet?

Antwoord ontvangen op 18 juni 2013 :

1. Ik kan u bevestigen dat mijn departement zich volledig bewust is van de financiële impact van cybercriminaliteit. Daarom pleit België voor een toenemende internationale samenwerking in de strijd tegen cybercriminaliteit. In die zin moedigen we de derde landen aan, zoals de Europese Unie (EU) het ook doet, om het Verdrag van de Raad van Europa over cybercriminaliteit bij te treden. Dit Verdrag staat inderdaad open tot ondertekening voor niet-leden van de Raad van Europa.

2. Over het bestuur van het internet bestaan er inderdaad verschillende meningen. België is, net zoals haar Europese partners en de VS, voorstander van het huidige model van internetbeheer die gedecentraliseerd is en gekenmerkt wordt door een dimensie van Multi-acteurs (Multi-stakeholder).

Sommige landen willen het internetbestuur binnen een zuiver intergouvernementeel kader houden, dit is voor ons minder wenselijk, omdat het huidige model eigenlijk de flexibiliteit en de vernieuwing verzekert.

In die zin zie ik geen rol voor de G20 in het internetbeheer.

3. Rekening houdend met de aard van de materie heeft cybercriminaliteit per definitie geen grenzen. Alle landen zijn bij deze problemen betrokken en moeten dus in de strijd tegen deze bedreiging samenwerken.

4. Zie tweede vraag

5. Zie tweede vraag