Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-8952

van Yoeri Vastersavendts (Open Vld) d.d. 3 mei 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Economie, Consumenten en Noordzee

Beheersmaatschappijen - Middelen in eigen beheer - Auteursrechten

auteursrecht
officiële statistiek

Chronologie

3/5/2013Verzending vraag
6/6/2013Antwoord

Vraag nr. 5-8952 d.d. 3 mei 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In België zijn verschillende collectieve beheersmaatschappijen actief op het gebied van audiorechten en audiovisuele rechten. Het betreft een hele rits beheersvennootschappen die worden onderverdeeld in diverse groepen: de beheersvennootschappen van auteurs, de beheersvennootschappen van uitgevers, de beheersvennootschappen van uitvoerende kunstenaars, de beheersvennootschappen van producenten en de overkoepelende beheersvennootschappen.

Diverse maatschappijen kwamen in het verleden meermaals in een slecht daglicht te staan. Om het hele kluwen transparanter te maken werden diverse wetgevende initiatieven genomen. Ik verwijs tevens naar mijn schriftelijke vraag nr. 4-4176, en meer bepaald naar de tabel die de minister gaf voor de jaren 1998 tot 2008 betreffende de geïnde rechten, de verdeelde rechten en het verschil tussen beide, alsook naar de schriftelijke vragen 5-1279 en 5-5186 waarin de cijfers voor 2010 werden vrijgegeven. Voorts gaf de minister al een overzicht van de schulden die als passief voorkomen op de balans.

Ik had graag een overzicht gekregen van de bedragen van 2011 en 2012 die door de diverse beheersvennootschappen in ons land werden geïnd en die nog niet werden uitgekeerd aan de uiteindelijke rechthebbenden en dus met andere woorden werden opgepot, en dit in het licht van de nieuwe wetgeving.

In dit kader had ik graag volgende vragen voorgelegd :

1) Kan de geachte minister aangeven of nog steeds middelen worden opgepot, waardoor de rechthebbenden worden benadeeld? Of wordt er werk gemaakt van de uitkeringen van achterstallige bedragen aan de artiesten? Kan hij de situatie gedetailleerd toelichten?

2) Kan hij een gedetailleerd overzicht geven van de middelen in eigen beheer van alle beheersvennootschappen, en dit opgesplitst per beheersvennootschap, voor respectievelijk 2011 en 2012? Kan hij de cijfers duiden?

3) Kan hij een gedetailleerd overzicht geven van de geïnde rechten, de verdeelde rechten en het verschil tussen beide, en dit van alle beheersvennootschappen en opgesplitst per beheersvennootschap voor respectievelijk 2011 en 2012? Kan hij de cijfers duiden?

4) Kan de minister een overzicht geven van de inspanningen die werden geleverd inzake het toezicht op en de verhoging van de transparantie van de beheersvennootschappen alsook in hoeverre deze vennootschappen hun achterstand in het uitbetalen van achterstallige rechten zullen versnellen? Mogelijk is verdere bijsturing aangewezen. Meent hij dat nog bijkomende stappen moeten worden gedaan? Zo ja, welke en kan hij de planning aangeven?

Antwoord ontvangen op 6 juni 2013 :

Ziehier mijn antwoord op de vraag van het geachte lid:

1) In het antwoord op de vragen 2) en 3) vindt het geachte lid meer gedetailleerde gegevens over de bedragen die geïnd werden door de beheersvennootschappen van de auteursrechten en over de bedragen die verdeeld werden. Hieruit valt af te leiden dat de geïnde rechten, alvorens die uitbetaald worden aan de rechthebbenden, enige tijd bij de beheersvennootschap gehouden worden, wat normaal te noemen is en voortvloeit uit de aard zelf van het verdelingsproces. Alvorens de geïnde rechten kunnen worden uitbetaald aan de rechthebbenden, moet immers met een voldoende graad van zekerheid en precisie bepaald worden op basis van allerhande gegevensbronnen (playlists, steekproeven, gegevens van de gebruikers, …) welk bedrag aan elke rechthebbende toekomt. Het wordt echter abnormaal indien die doorlooptermijn te lang duurt, want dan vervult de beheersvennootschap haar basistaak, namelijk het innen en verdelen van rechten voor rekening van verschillende rechthebbenden binnen een redelijke termijn, niet meer naar behoren.

Het komt er dus op aan om ervoor te zorgen dat het geld niet “opgepot” wordt binnen de beheersvennootschap en dat de termijn tussen de inning en de uitbetaling aan de rechthebbende niet te lang wordt. In dat opzicht wordt in artikel 66, § 2 van de wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten, zoals gewijzigd door de wet van 10 december 2009, bepaald dat de beheersvennootschappen maatregelen moeten nemen om de door hen geïnde rechten binnen de vierentwintig maanden na inning te verdelen. Voorts moet in het jaarverslag worden aangegeven welke rechten niet binnen de vierentwintig maanden na hun inning verdeeld werden en wat de redenen daarvoor zijn.

2) Wat betreft de bedragen uit rechten die elke beheersvennootschap aan zijn rechthebbenden moet op 31 december 2011, kan ik het geachte lid meedelen dat een minieme stijging werd vastgesteld ten opzichte van de schuld aan de rechthebbenden op 31 december 2010. De situatie is dus stabiel. De bedragen verschuldigd op 31 december 2012 zijn nog niet bekend, daar de jaarrekeningen voor het boekjaar 2012 nog moeten worden neergelegd bij de NBB voor juli 2013.

3) Bijgevoegd vindt het geachte lid tabel met voor elke vennootschap voor het beheer van de rechten:

De cijfers voor het boekjaar 2012 zijn nog niet beschikbaar. Ik licht het geachte lid in dat de gegevens met betrekking tot Almo en Güfa eveneens niet beschikbaar waren.

Deze gegevens zijn afkomstig van de jaarlijkse aangiften van de geïnde en verdeelde rechten door de beheersvennootschappen aan de controledienst van de vennootschappen voor het beheer van de rechten. Deze aangiften werden vervolgens door de controledienst geverifieerd, onder andere op basis van de boekhoudkundige staten.

Ten opzichte van 2010 zijn de bedragen toegenomen, zowel wat betreft de inningen (van 252 naar 286 miljoen euro (dit wil zeggen +13,5 %), als wat betreft de verdelingen (van 206 naar 241 miljoen euro (dit wil zeggen +17,1 %). Bovendien is er een continue opvolging door de Controledienst van de beheersvennootschappen van auteursrechten met betrekking tot de individuele situatie per beheersvennootschap.

Zoals reeds vermeld in het antwoord op vraag 1) van het geachte lid stemmen de bedragen die aan de rechthebbenden werden verdeeld en uitbetaald in de loop van 2011 niet noodzakelijk overeen met de rechten die door de beheersvennootschappen in datzelfde jaar werden geïnd: een verdelingstermijn is onvermijdelijk.

Tot slot deel ik het geachte lid mee dat de financiële gegevens in het antwoord op de tweede vraag eveneens vermeld staat in het activiteitenverslag dat de controledienst jaarlijks moet publiceren op basis van artikel 76, § 6 van de wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten, dat het geachte lid zal kunnen raadplegen op de website van de Federale Overheidsdienst (FOD) Economie.

4) Een belangrijke stap werd genomen met de wet van 10 december 2009 tot wijziging van de wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten wat het statuut van en de controle op de vennootschappen voor het beheer van de rechten betreft. Die wet voorziet in een aantal maatregelen die erop gericht zijn de werking en transparantie van de vennootschappen voor het beheer van de auteursrechten te verbeteren.

Sommige van die bepalingen moeten nog het voorwerp uitmaken van uitvoeringsmaatregelen. Zo bepaalt de wet van 10 december 2009 bijvoorbeeld dat beheersvennootschappen moeten beschikken over een aan hun werkzaamheden aangepaste beleidsstructuur, administratieve en boekhoudkundige organisatie en interne controle.

Op basis van artikel 78ter van de wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten werd een raadpleging opgestart van verschillende actoren, waaronder het Instituut voor Bedrijfsrevisoren en de Commissie voor Boekhoudkundige Normen. Die raadpleging is nog steeds lopende. Bepaalde andere voorwaarden inzake administratieve en boekhoudkundige organisatie zullen bij koninklijk besluit worden ingevoerd. Die voorwaarden bepalen dat de vennootschappen voor het beheer van de rechten vóór de verschillende fasen van het innings- en verdelingsproces moeten identificeren wat de mogelijke risico’s en de mogelijke impact ervan zijn, en dat zij in maatregelen en procedures moeten voorzien om die risico’s of de impact ervan te beperken.

Ook andere bepalingen moeten het voorwerp uitmaken van uitvoeringsmaatregelen. Zij komen aan bod bij diezelfde raadpleging. Het betreft bijvoorbeeld art. 65quater, § 1 van de Auteurswet, waarin de mogelijkheid wordt geopend om een boekhoudkundig stelsel specifiek voor de beheersvennootschappen uit te werken met het oog op grotere transparantie en eenduidigheid van de financiële gegevens, en artikel 65quater, § 3 van de Auteurswet, waarin wordt bepaald dat de beheersvennootschappen heel wat financiële gegevens zullen moeten opnemen in het jaarverslag, waaronder bijvoorbeeld per inningsrubriek het bedrag van de onder de rechthebbenden verdeelde rechten, de aan de rechthebbenden betaalde rechten, alsook het bedrag van de nog te verdelen rechten.

Inningen en verdelingen  2011

euro

TOTAAL GEÏND 2011

TOTAAL VERDEELD 2011

AGICOA BELGIUM

15.711.932,97

16.822.209,78

ASSUCOPIE

1.215.133,22

1.047.671,00

AUVIBEL

24.777.791,84

23.200.102,64

BAVP

3.789.637,06

4.983.464,75

COPIEBEL

2.768.001,87

1.508.943,43

COPIEPRESSE

2.386.298,71

1.167.414,79

IMAGIA

1.682.361,55

1.588.428,95

LIBRIUS

2.983.101,16

2.956.384,83

PLAYRIGHT

19.989.748,79

17.556.027,59

PROCIBEL

5.180.397,89

2.423.480,69

REPRO PP

343.747,91

685.641,05

REPROBEL

24.872.163,22

20.165.037,61

REPROCOPY

1.928.887,60

1.744.097,04

REPROPRESS

927.391,11

1.257.044,31

SABAM

122.570.043,00

104.907.711,00

SACD

18.523.359,00

14.641.340,00

SAJ/JAM

2.162.047,02

1.946.153,77

SCAM

7.169.487,00

5.094.652,00

SEMU

1.539.152,67

954.392,41

SIMIM

20.637.785,30

12.213.236,64

SOFAM

2.097.435,57

1.322.266,96

TONEELFONDS JANSSENS

248.185,01

158.865,26

VEWA

2.779.754,63

2.265.530,71

TOTAAL

286.283.844,10

240.610.097,21