Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-8941

van Cindy Franssen (CD&V) d.d. 3 mei 2013

aan de vice-eersteminister en minister van Pensioenen

De pensioensplit

gendermainstreaming
pensioenregeling
pensioenvoorwaarden
gelijke behandeling van man en vrouw
uitkering aan nabestaanden

Chronologie

3/5/2013Verzending vraag
6/5/2013Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-3200

Vraag nr. 5-8941 d.d. 3 mei 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In de algemene beleidsnota Gelijke Kansen van minister Milquet van december 2012 lezen we dat ze samen met de minister van Pensioenen werk wil maken van het opnemen van de genderdimensie in de sociaaleconomische hervormingen. De minister wil, in overleg met de sociale partners en in samenwerking met de minister van Werk en de minister van Pensioenen, erop toezien dat de genderdimensie bij alle sociaaleconomische hervormingen zal worden geanalyseerd. Ze maakt daarbij melding van het feit dat hervormingen ook niet tot indirecte discriminatie tussen mannen en vrouwen mogen leiden.

Tegelijk lezen we dat 1 op 5 ouderen in armoede leeft. Vrouwen lopen bovendien een hoog risico op kansarmoede. In de eerste pensioenpijler zien we dat vrouwen oververtegenwoordigd zijn in de pensioenen tot 1000 euro. In alle hogere pensioenschijven zijn mannen sterker vertegenwoordigd. In 2011 kregen vrouwen gemiddeld een pensioen van 821 euro, terwijl dat bij mannen 1403 euro was. Bovendien maken vrouwen minder vaak aanspraak op de tweede en derde pensioenpijler. Indien dit toch het geval is, gaat het over kleinere bedragen.

Bij de laatste pensioenhervorming is beslist de loopbaanvoorwaarde op te trekken. Met deze maatregel riskeren we vrouwen opnieuw harder te treffen in hun inkomsten na pensionering dan mannen, aangezien vrouwen gemiddeld gedurende langere periodes de zorg voor hun gezin opnemen.

Voormalig minister van Pensioenen Van Quickenborne heeft aan verschillende media gemeld een voorstander te zijn van de zogenaamde pensioensplit. Dit is een systeem waarbij partners vrijwillig kiezen voor een gelijke verdeling van hun pensioenrechten. Zo kan de partner die wel blijft werken zich solidair tonen met de partner - vaak de vrouw - die tijdelijk wat minder gaat werken.

Graag antwoord op volgende vragen.

1) Zal de minister zijn voorganger volgen en de nodige voorbereidingen treffen om een pensioensplit mogelijk te maken?

2) Plant de minister andere maatregelen om de genderongelijkheid in de pensioenen te bestrijden?

Antwoord ontvangen op 6 mei 2013 :

We onderzoeken momenteel of we er kunnen voor zorgen dat indien één van beide partners gedurende het huwelijk geen of minder eigen pensioenrechten kon opbouwen (in de 1e en/of in de 2e pijler) omdat hij zijn professionele prestaties om familiale redenen heeft beperkt, hij bij echtscheiding aanspraak kan maken op een redelijke pensioencompensatie ten laste van de andere partner. In dat geval zou de rechter kunnen bepalen wat een billijke compensatie is.  

Er zijn twee maatregelen in voorbereiding die de genderongelijkheid in de pensioenen moeten verlagen :

1.       We werken aan een hervorming van de overlevingspensioenen. Het huidige stelsel van overlevingspensioenen is maar al te vaak een inactiviteitsval en tegelijkertijd ook een armoedeval. Met name voor vrouwen. De hervorming zal erop gericht zijn om de overlevende partner een maximale aansluiting bij de arbeidsmarkt te laten houden zodat betrokkene ook eigen pensioenrechten blijft opbouwen.

2.       Ook de hervorming van de minimumpensioenen die we momenteel met de sociale partners bespreken is erop gericht om mensen die vandaag door de mazen van het net vallen en die een erg gefractioneerde loopbaan hebben, vooral vrouwen, een degelijk minimumpensioen te bezorgen.