Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-8033

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 6 februari 2013

aan de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de minister van Justitie

Haar uitspraak over de onwettigheid van het helpen van illegalen

illegale migratie
politiek asiel
asielzoeker

Chronologie

6/2/2013Verzending vraag
8/2/2013Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2828

Vraag nr. 5-8033 d.d. 6 februari 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Op vrijdag 30 november jl. werd de staatssecretaris geïnterviewd in het VRT-programma Terzake. Daarbij zegde de staatssecretaris letterlijk het volgende "...onderduiken in de illegaliteit is eigenlijk misdadig voor de mensen die hen daar bij helpen, want u geeft geen toekomst aan die mensen, integendeel, het is het begin van veel miserie...".

Deze uitspraak verwekte meteen een reeks van reacties, sommige onbegrijpend, sommige ronduit kwaad, sommige zwaar teleurgesteld. Ook voor mij klonk dit citaat verrassend, waarbij ik meteen vermoedde dat de staatssecretaris zich hier veel harder uitdrukte dan haar bedoeling was. De mening dat het helpen van illegalen onwettig zou zijn strookt immers niet met het artikel 77 van de Vreemdelingenwet. Dit artikel zegt heel expliciet dat het helpen van illegalen, indien het gebeurt vanuit humanitaire motieven, helemaal niet strafbaar is. Dus de wet laat dit - gelukkig maar - toe en bekrachtigt daardoor een ethisch, moreel en gewoon menselijk principe dat men mensen die hulp behoeven ook mag helpen. Als deze waarde niet meer op haar volle waarde wordt geschat, dan verlaten we de beschaving waar we eeuwenlang voor vochten. Dit onvervreemdbare respect voor menselijkheid geldt in het bijzonder voor illegalen, de letterlijke outcasts en verschoppelingen van deze tijd, mensen die vaak alleen nog kunnen hopen op filantropie - letterlijk het "houden" van mensen - want hun rechten lijken soms helemaal verdwenen. Behalve hun algemene rechten als mens.

Ik kan me dus niet inbeelden dat de staatssecretaris, als politica, als professioneel hulpverlener en als mens, deze fundamenteel menselijke waarde en rechten zou willen negeren of ontkennen.

Beaamt de staatssecretaris dat het hulp en bijstand bieden aan illegaal verblijvende mensen helemaal wettelijk is? Gaat de staatssecretaris akkoord met de ethische en morele standpunten die expliciet ook aan de zwakste mensen in de samenleving, zelfs al beschikken ze niet meer over de officiële papieren die hen tot lid van een gemeenschap rekenen, basisrechten toekennen? Bevestigt de staatssecretaris dat mensen die op basis van humane en filantropische overwegingen, hulp en bijstand bieden aan illegalen, daarvoor respect en waardering verdienen?

Antwoord ontvangen op 8 februari 2013 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.

Mijn punt is en blijft dat we mensen niet echt helpen aan een betere toekomst door hen valse hoop te geven en ervoor te zorgen dat zij door illegaal verblijf, met alle miserie van dien, in ons land blijven. Ik viseer hiermee enkel diegenen die het slechte advies geven om voor de weinig menselijke optie van de illegaliteit te kiezen. Dit is uiteraard geen juridische kwalificatie.

We helpen hen beter een toekomst uit te bouwen in hun eigen land van herkomst als ze hier niet kunnen blijven.

Daarnaast spreekt het voor zich dat mensen in nood moeten geholpen worden. Ongeacht hun statuut. Tijdens de tweedelijns winteropvang die ik georganiseerd heb ik het Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA)-gebouw langs de Charleroisesteenweg heb ik dit in praktijk gebracht. Alle daklozen, met om het even welk statuut, waren en zijn daar welkom.