Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-7554

van Nele Lijnen (Open Vld) d.d. 13 december 2012

aan de minister van Middenstand, KMO's, Zelfstandigen en Landbouw

Grootschalige ICT-projecten - Kostprijs - Beroep op Fedict of extern bedrijf - Samenwerkingsverbanden - Perceptie door personeel

ministerie
toepassing van informatica
elektronische overheid
bedrijfsbeheerssysteem

Chronologie

13/12/2012Verzending vraag
28/1/2013Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7547
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7548
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7549
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7550
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7551
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7552
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7553
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7555
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7556
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7557
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7558
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7559
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7560
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7561
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7562
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7563
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7564
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-7565

Vraag nr. 5-7554 d.d. 13 december 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Een tijd geleden was er veel ophef over het zogenaamde eHR-project. Het doel was de volledige informatisering van het personeelsbeheer van de federale overheidsdiensten. Het project werd opgestart in 2007. Vijf jaar later blijkt dat het project allesbehalve is gerealiseerd. Nu moet men vanaf nul herbeginnen. Sinds 2007 werd al ongeveer 22 miljoen euro aan het project besteed en de kosten zullen nu nog verder oplopen.

Ik kan het toenemende gebruik van informaticatoepassingen binnen de overheid alleen maar toejuichen: het maakt de werking van de overheid efficiënter, sneller en toegankelijker. Het bevordert de communicatie en stelt de overheid in staat om transparant te werken. Nieuwe toepassingen op het vlak van informatica zijn dan ook nodig. Dit betekent echter niet dat elke kost die in het kader van ICT wordt gemaakt, ook de gewenste verhoogde efficiëntie en effectiviteit oplevert. Een grondige voorbereiding, een degelijke implementatie en een correcte (tussentijdse) evaluatie blijven zeer belangrijk.

Daarom had ik u graag enkele vragen gesteld omtrent dit thema:

1) Zijn op uw departement de jongste jaren (grootschalige) projecten uitgevoerd in het kader van ICT? Zo ja, wat was de kostprijs van deze projecten? Werd het vooropgestelde doel bereikt, en dit binnen de vooraf bepaalde tijd en kostenraming?

2) Indien er projecten uitgevoerd zijn: werd hiervoor een beroep gedaan op Fedict of op een extern bedrijf? Heeft u een extern bedrijf overwogen? Waarom de keuze voor Fedict of een extern bedrijf?

3) Indien er ICT-projecten zijn uitgevoerd: gebeurde dit in overleg of in samenwerking met andere departementen of Federale Overheidsdiensten?

4) Indien er projecten zijn uitgevoerd in het kader van ICT: wat waren de belangrijkste redenen? Werd het project als wenselijk of noodzakelijk ervaren door het personeel?

Antwoord ontvangen op 28 januari 2013 :

Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV)

1) Er worden tal van informatica projecten uitgevoerd bij het FAVV; deze hebben steeds, buiten technische zaken, hun oorsprong buiten het ICT departement, maar ontstaan op vraag en initiatief van andere directies naar aanleiding van hun behoeften of hun doelstellingen en opdrachten. De projecten worden in eigen beheer en met eigen ICT mensen gerealiseerd; de ICT ploeg wordt hiervoor versterkt via kadercontracten door externe specialisten in functie van specifieke technische competenties of noodzakelijke mankracht. De projecten worden bewust kleinschalig gehouden om beheersbaar te blijven, de kans op slagen te verhogen en snel resultaten op te brengen (maximale doorlooptijd van 1 jaar en omvang van 1000 mandagen). De projectdoelstellingen werden bereikt; de doorlooptijd is meestal conform de initiële schatting; vertragingen zijn klein en zijn meestal te wijten aan externe factoren. In 2012 bedroeg de jaarlijkse begroting 7,5 miljoen €.

2) Bij het FAVV worden de projecten in eigen beheer en met eigen ICT mensen gerealiseerd. De jaarlijkse kostprijs bedroeg tot nu toe 850 000 euro alles inbegrepen. De ICT ploeg wordt hiervoor versterkt via kadercontracten door externe specialisten in functie van specifieke technische competenties of noodzakelijke mankracht. De enige uitzondering hierop is het project Sanitel (het Belgische systeem voor geïnformatiseerd beheer van de identificatie, de registratie en het toezicht op dieren (runderen, schapen, geiten, herten, pluimvee)) dat uitbesteed werd zowel voor ontwikkeling als hosting, onderhoud en evolutie aan de firma Hewlett-Packard. Er werd beroep gedaan op HP (destijds EDS dat door HP overgenomen werd) omdat de interne mankracht nog andere gelijktijdige prioriteiten had die de ontwikkeling zou vertraagd hebben zodat we niet tijdig aan onze Europese verplichtingen zouden voldaan hebben; HP kan er ook voor zorgen dat de toepassing 24u/24 en 7d/7 beschikbaar blijft voor de gebruikers en kan desnoods dag en nacht tussen komen.

3) De meeste projecten zijn intern aan het FAVV. Voor Sanitel wordt er samengewerkt met Dierengezondheidszorg Vlaanderen (DGZ), l'Association Régionale de Santé et d'Identification Animales (Arsia asbl) en het ministère de l’Agriculture van het Groot-Hertogdom Luxemburg. Voor sommige projecten werkt het FAVV ook samen met Europa, de KBO en het Rijksregister. Van Fedict gebruiken we vooral de e-ID authenticatie en de verbinding met internet. Het overweegt ook het gebruik van de Federal Service Bus voor toegang tot authentieke bronnen.

4) Buiten technische projecten ontstaan de ICT projecten op vraag en initiatief van andere directies van het FAVV naar aanleiding van hun behoeften of hun doelstellingen en opdrachten. Hierdoor vermijden we nutteloze projecten en kunnen de resultaten onmiddellijk door het personeel worden benut.

Centrum voor onderzoek in diergeneeskunde en agrochemie (CODA)

1)Ja

a) Sharepoint: +/-100 000 euro + 1 FTE (BI1 – 1 jaar)

b) LIMS: +/- 700 000 euro + 1 FTE (A – 2 jaar)

Voor de twee projecten:

2. Ja, externe bedrijven.

Sharepoint

Het CODA had coaching nodig om zijn kennis te versterken maar ook hulp om de ontwikkelingen te versnellen. De aanwezigheid van een externe consulent binnen het bedrijf voor een bepaalde duur (+/- vier maanden FTE) leek ons de beste oplossing.

LIMS

Het is een heel specifieke software voor het beheer en de follow-up van stalen binnen de organisatie. Het moest door een extern bedrijf gedaan worden met een tool die minstens de volgende voordelen aanbood:

Daarenboven is de geselecteerde software (STARLIMS – na onderhandelingsprocedure overheidsopdrachten) dezelfde als deze die door het WIV gebruikt is, wat de toekomstige aansluitingen tussen systemen en synergieën op niveau van de ontwikkelingen zal bevorderen.

3. Tot nu toe kan men niet van een echte samenwerking praten maar het CODA is al in contact met de informatici van het WIV en organiseert twee of drie keer per jaar uitwisselingsvergaderingen (vooral wat Sharepoint betreft). Het CODA heeft ook contact met de FOD Volksgezondheid om in de toekomst samen te werken.

4. Projecten waren noodzakelijk.

MS Sharepoint

Geïntegreerde oplossing voor:

LIMS

Ons huidige LIMS was te oud om:

Daarenboven konden wij vanaf dit jaar geen “support” contract meer van de fabrikant krijgen.

Belgisch interventie en restitutie bureau (BIRB)

1. Neen, geen projecten. Het werk van het BIRB bestaat er vooral in de bestaande vakgerichte toepassingen te onderhouden en te verbeteren.

2. Niet van toepassing. Omwille van het statuut van ION met BTW-nummer kan het BIRB trouwens geen beroep doen op de medewerking van FedICT.

3. Niet van toepassing.

4. Niet van toepassing.

Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandige RSVZ)

In de loop van de laatste jaren werden er geen grootschalige projecten, dit wil zeggen met een kostprijs groter dan 10 miljoen euro, uitgevoerd op het RSVZ.

DG Zelfstandigen

Aangezien ik enkel inhoudelijk bevoegd ben voor de DG Zelfstandigen van de Federale Overheidsdienst (FOD) Sociale Zekerheid, beschik ik niet over de gevraagde gegevens. Voor alle andere onderwerpen (personeel, logistiek, …) met betrekking tot de FOD Sociale Zekerheid, en dus ook tot de DG Zelfstandigen, is het de vice-eerste minister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, mevrouw Onkelinx, die bevoegd is.