Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-6764

van Marleen Temmerman (sp.a) d.d. 18 juli 2012

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen

de registratie van zwangerschappen per spermadonor en een aanpassing van de wet over medisch begeleide voortplanting voor lesbische koppels

kunstmatige voortplanting
moederschap
seksuele minderheid
gegevensbank
uitwisseling van informatie

Chronologie

18/7/2012Verzending vraag
1/8/2012Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-2352

Vraag nr. 5-6764 d.d. 18 juli 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Artikel 55 van de wet van 6 juli 2007 betreffende de medisch begeleide voortplanting en de bestemming van de overtollige embryo's en de gameten bepaalt hoe vaak de gameten van eenzelfde donor mogen worden gebruikt. De gameten van eenzelfde donor mogen niet worden gebruikt om bij meer dan zes verschillende vrouwen telkens één of meer kinderen geboren te laten worden.

Deze maatregel kwam tot stand uit vrees voor consanguiniteit. Indien meer dan zes nakomelingen van eenzelfde donor zouden worden geboren die elkaar kunnen ontmoeten en waaruit verdere zwangerschappen zouden kunnen voortkomen, dan zou dit immers meer risico's inhouden op genetisch bepaalde afwijkingen.

Er duiken nu echter enkele problemen op in verband met dit bewuste artikel. Zo doet de overheid ten eerste geen registratie van het aantal zwangerschappen per spermadonor. Elke spermabank houdt in eer en geweten een eigen registratie bij om aan vermelde wet te voldoen. Er is echter ook geen uitwisseling van data tussen de verschillende spermabanken in en buiten België.

Verder leidt de toepassing van deze wet tot een onduidelijke interpretatie bij kunstmatige inseminatie met donorsperma bij lesbische koppels. Bij een belangrijk deel van die koppels is er immers een zwangerschapswens bij beide partners. Vaak wisselen zij achtereenvolgende zwangerschappen onderling af. Daarbij wensen lesbische koppels vaak dat sperma van dezelfde donor voor hen beiden kan worden gebruikt. Het is logisch dat het koppel voor een tweede kind, ditmaal bij de andere partner, een gelijkenis wenst met het eerste kind. Bij een heterokoppel rijst dit probleem uiteraard niet, aangezien dezelfde vrouw hier opnieuw zwanger wordt.

Indien we de wet letterlijk interpreteren, kan sperma van eenzelfde donor niet worden gebruikt voor de tweede partner met kinderwens indien inmiddels reeds 6 vrouwen zwanger zijn van deze spermadonor. Een oplossing zou kunnen zijn om het begrip "zes verschillende vrouwen" zoals in de wet vermeld ten behoeve van lesbische koppels aan te passen naar "zes verschillende vrouwen waarbij in een lesbische relatie één koppel als één entiteit geteld wordt".

Ik heb volgende vragen voor de minister:

1) Wat is haar mening over de noodzaak om het aantal zwangerschappen per spermadonor op Europees vlak te registreren? Hoe kan dit worden gerealiseerd?

2) Wat is de visie van de minister op het probleem van de lesbische vrouwen die alternerend zwanger wensen te worden van eenzelfde spermadonor?

3) Hoe denkt de minister dit specifieke probleem op te lossen?

Antwoord ontvangen op 1 augustus 2012 :

Iedere lidstaat heeft deze problematiek geregeld op zijn grondgebied, in het bijzonder naargelang de grootte van zijn bevolking. Er is geen Europees registratiesysteem voor de donors van gameten.

De wet van 6 juli 2007 betreffende de medisch begeleide voortplanting en de bestemming van de overtallige embryo's en de gameten is erg nauwkeurig. Volgens artikel 55 mogen, “De gameten van eenzelfde donor […] niet gebruikt worden om bij meer dan zes verschillende vrouwen telkens één of meer kinderen geboren te laten worden.”

Voor de lesbische partners wordt inderdaad elke vrouw apart bijgehouden. Er is geen reden om van deze regel af te wijken. Als binnen dergelijk koppel de wens wordt geuit om een afstamming te hebben met dezelfde donor van mannelijke gameten, bestaat, volgens wat men mij zegt, in de praktijk de mogelijkheid om hiertoe strootjes (= spermastaaltjes) te reserveren. Op die manier kan dus de wens van de lesbische koppels worden gerespecteerd, in het kader van de huidige reglementering.

Indien er zich echter concrete problemen zouden stellen in het kader van de huidige reglementering, ben ik uiteraard bereid om deze te laten onderzoeken.