Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-6271

van Louis Ide (N-VA) d.d. 16 mei 2012

aan de staatssecretaris voor de Bestrijding van de sociale en de fiscale fraude, toegevoegd aan de eerste minister

Arbeidsongevallen - Bouwsector - Illegale arbeiders - Sociale inspecties

bouwnijverheid
arbeidsongeval
zwartwerk
arbeidsinspectie
arbeidsveiligheid
officiële statistiek

Chronologie

16/5/2012Verzending vraag
7/11/2012Herkwalificatie
13/12/2012Antwoord

Geherkwalificeerd als : vraag om uitleg 5-2629

Vraag nr. 5-6271 d.d. 16 mei 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In schriftelijke vraag 5-5921 peilde ik naar het aantal arbeidsongevallen in de bouw de afgelopen jaren. De cijfers die mij werden verschaft waren heel positief in die zin dat uit de cijfers bleek dat er tien jaar na de introductie van de veiligheidscoördinator in de bouwsector, maar liefst 8000 ongevallen minder gebeuren.

Toch dienen we ook kritisch te blijven. Zo zijn er nog steeds praktijken bekend waarbij ernstige ongevallen worden weggemoffeld, vooral indien het gaat om illegale en dus niet ingeschreven arbeiders. In die zin moeten de huidige cijfers arbeidsongevallen tegen een ruimere context bekeken worden. Aldus is het nodig om ook een zicht te krijgen op het aantal sociale inspecties dat de afgelopen jaren op de bouwwerven werden gehouden.

Ik had dan ook graag een antwoord gehad op de volgende vragen:

1) Hoeveel sociale inspecties werden er de afgelopen jaren in de bouwsector uitgevoerd? Dit voor de jaren 1997 tot en met 2011 en opgesplitst per jaar? Kan de staatssecretaris deze gegevens ook opsplitsen per gewest?

2) Welke overtredingen werden vastgesteld en werden er sancties getroffen? In welke mate ging het om het vaststellen van werkzame maar niet ingeschreven arbeiders?

3) Hoeveel illegale arbeiders met arbeidsongeval startten de afgelopen jaren een procedure tegen hun werkgever teneinde een vergoeding voor het arbeidsongeval te krijgen?

Antwoord ontvangen op 13 december 2012 :

1) en 2) Gelieve hieronder de elementen van antwoord op uw vragen te vinden voor wat de Directie-generaal Sociale Inspectie van de Federale Overheidsdienst (FOD) Sociale Zekerheid betreft.

et het oog op het waarborgen en beschermen van het Belgisch socialezekerheidsstelsel, bestaat de opdracht van de Sociale Inspectie van de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid in het controleren van de toepassing van de verschillende wetten betreffende de sociale zekerheid voor werknemers. De strijd tegen de sociale fraude en het zwartwerk behoort eveneens tot haar voornaamste taken.

In dit kader voeren de sociaal inspecteurs van deze dienst controles en onderzoeken uit, niet alleen bij de werkgevers en op de werkplaatsen, maar ook bij de werknemers en gerechtigden op sociale uitkeringen, bij de openbare instellingen van sociale zekerheid (Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ) Rijksdienst voor kinderbijslag voor werknemers (RKW), Rijksdienst voor jaarlijkse vakantie (RJV), enz.), en de meewerkende instellingen van sociale zekerheid. Deze laatste zijn erkende privaatrechtelijke instellingen die belast zijn met de medewerking aan de toepassing van de sociale zekerheidswetgeving (zoals private kinderbijslagfondsen, ziekenfondsen, enz.).

Vooreerst lijkt het me nuttig te verduidelijken dat de sectie Controle van de Werkgevers van de Sociale Inspectie een territoriale organisatie kent in negen regio’s, die als volgt zijn samengesteld:

Regio 1: grondgebied van de provincie West-Vlaanderen;

Regio 2: grondgebied van de provincie Oost-Vlaanderen;

Regio 3: grondgebied van de provincie Antwerpen;

Regio 4: grondgebied van de provincie Limburg;

Regio 5: grondgebied van de provincie Henegouwen;

Regio 6: grondgebied van de provincies Namen, Luxemburg en Waals-Brabant;

Regio 7: grondgebied van de provincie Luik;

Regio 8: grondgebied van de provincie Vlaams-Brabant en van Brussel-Hoofdstad (controle van de Nederlandstalige werkgevers);

Regio 9: grondgebied van Brussel-Hoofdstad (controle van de Franstalige werkgevers).

De statistieken van de dienst worden opgemaakt op basis van deze geografische indeling en het is onmogelijk om de gegevens van Brussel af te scheiden van die van Vlaams-Brabant.

In bijlage 1 vindt u de gevraagde statistieken voor de punten 1 en 2 van uw vraag voor de jaren 2007 tot 2011.

Wat de inspectie van de RSZ betreft, kan ik u volgende informatie meedelen.

De NACE-code (nomenclatuur van de economische activiteiten in de Europese Gemeenschap) van de werkgever werd begin 2007 in de database voor het beheer van de onderzoeken ingevoerd. Vóór het jaar 2007 was dit gegeven niet beschikbaar.

Het verzamelen van informatie met betrekking tot eerdere jaren zou heel wat manueel opzoekingswerk vragen. De RSZ is dus op korte termijn niet bij machte om informatie aangaande een specifieke sector voor eerdere periodes te verschaffen.

 

2007

2008

2009

2010

2011

Aantal afgesloten onderzoeken bij werkgevers – Bouwsector (NACE 41-42-43)

Brussel-Hoofdstad

894

835

926

924

996

Vlaanderen

4096

3803

4432

3795

3781

Wallonië

2884

2536

2701

2668

3008

Buitenland

167

118

195

168

140

Totaal

8041

7292

8254

7555

7925

Aantal gecontroleerde werkgevers – Bouwsector (NACE 41-42-43)

Brussel-Hoofdstad

465

421

484

470

499

Vlaanderen

2544

2396

2899

2475

2462

Wallonië

1541

1443

1485

1421

1582

Buitenland

62

48

80

71

66

Totaal

4612

4308

4948

4437

4609

De RSZ beschikt in zijn bestanden voor opvolging van de inbreuken pas sedert 2008 over de NACE-code van de werkgever. Het verzamelen van meer gedetailleerde informatie met betrekking tot dossiers uit voorgaande jaren zou heel wat manueel opzoekingswerk vergen. De RSZ kan dus op korte termijn geen informatie betreffende een sector in het bijzonder voor vroegere periodes verschaffen.

De sociaal controleurs en inspecteurs van de RSZ worden met voorrang ingezet voor de ondersteuning van de core business van de Rijksdienst, met name de inzameling van de gegevens aan de hand waarvan de bijdrage-inning en het toezicht op de erkende sociale secretariaten kunnen worden verzekerd. Zij voeren eveneens controles uit die specifiek gericht zijn op sociale fraude.

De sancties die voortvloeien uit de opgestelde pro justitia’s worden getroffen door de arbeidsauditeurs en door de Directie Administratieve Geldboeten van de FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg. De RSZ wordt niet stelselmatig over de daaraan verleende gevolgen ingelicht. Dankzij het ePV zullen de resultaten evenwel in de toekomst op een meer systematische wijze kunnen worden opgevolgd.

Aantal pro justitia’s in de bouwsector (nace 41-42-43).

 

2008

2009

2010

2011

Aantal PJ’s

56

60

47

38

Aantal inbreuken in de bouwsector (nace 41-42-43).

Sedert 2011 wordt een nieuwe codificering van de overtredingen gebruikt.

Inbreuken inzake :

Belemmering van de controle

Ontbrekende of onjuiste Dimona

Dimona

Sociale documenten

Tewerkstelling van buitenlandse werknemers

Limosa

Betaalfraude

Fraude bij de DmfA-aangifte

Bedrieglijke onderwerping

2011

Aantal overtredingen

5

7

24

1

6

7

1

1

4

Aantal bedoelde personen

1

13

37

2

10

14

1

1

4

 

Inbreuken inzake :

Sociale zekerheid

Belemme-ring van de controle

Sociale documen-ten

Buiten-landse werk-nemers

Dimona

Limosa

2010

Aantal overtredingen

23

5

1

-

10

1

Aantal bedoelde personen

106

2

2

-

82

1

2009

Aantal overtredingen

17

6

4

-

10

-

Aantal bedoelde personen

102

6

16

-

27

-

2008

Aantal overtredingen

10

6

3

6

13

1

Aantal bedoelde personen

47

6

12

8

51

1

Gelieve in bijlage 2 de elementen van antwoord op uw vragen 1 en 2 voor de jaren 2008 tot 2011 te vinden, voor wat de Algemene Directie toezicht op de sociale wetten van de FOD Werkgelegenheid betreft.

3) Wanneer een illegale arbeider die een arbeidsongeval heeft gehad een procedure opstart omdat de werkgever niet verzekerd is, komt het Fonds voor arbeidsongevallen (FAO) als garantiefonds tussen om hem te vergoeden. Het is vervolgens het FAO dat de werkgever aanklaagt om de vergoedingen terugbetaald te krijgen.

De gevraagde informatie is niet onmiddellijk beschikbaar bij het FAO.

Bijlage:

De door het geachte lid gevraagde gegevens werden haar rechtstreeks meegedeeld. Gelet op de aard ervan worden zij niet gepubliceerd, maar liggen zij ter inzage bij de griffie van de Senaat.