Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-5418

van Nele Lijnen (Open Vld) d.d. 1 februari 2012

aan de minister van Justitie

Staking - Kortgedingen - Deurwaarders - Kostprijs

staking
stakingsrecht
kort geding
gerechtsdeurwaarder

Chronologie

1/2/2012Verzending vraag
18/2/2013Antwoord

Vraag nr. 5-5418 d.d. 1 februari 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De staking van 30 januari 2012 heeft meer dan ooit het debat aangewakkerd van het recht van staken versus. het recht op werken. Het is nu eenmaal een feit dat acties als wegversperringen of filterblokkades werkwilligen onterecht hinderen in de uitoefening van hun job. Bovendien gaat het vaak om niet-gesyndiceerde werknemers die niet alleen worden verhinderd om te werken, maar ook geen beroep kunnen doen op een stakingsvergoeding. Werkgevers hebben echter aangekondigd om actievoerders die mensen belemmerden om te gaan werken aan te pakken door gerechtsdeurwaarders te sturen en kort gedingen aan te spannen.

Ik kreeg van de geachte minister graag een antwoord op de volgende vragen:

1) Hoeveel kort gedingen werden ingesteld door werkgevers met de bedoeling om de versperde toegang tot hun bedrijf op te heffen?

2) In hoeveel van deze kortgedingen kregen de werkgevers gelijk?

3) Hoeveel gerechtsdeurwaarders werden ingeschakeld om bedrijfs- of bedrijfsterreinenbezettingen of versperringen ervan op te heffen?

4) Hoeveel hebben deze juridische ingrepen aan de werkgevers gekost?

Antwoord ontvangen op 18 februari 2013 :

1) en 2) De stakingsposten die gepaard gaan met collectieve arbeidsconflicten en beletten dat de betrokken site wordt betreden of verlaten, kunnen een aantasting betekenen van bepaalde subjectieve rechten, onder meer het recht op arbeid, het eigendomsrecht, het recht op ondernemen en het recht van verplaatsing. 

In dat opzicht ressorteren de geschillen die eruit volgen onder de bevoegdheid van de burgerlijke rechtscolleges. 

Als de rechtscolleges kennis nemen van dergelijke geschillen spreken zij zich niet uit over het collectief conflict als dusdanig, maar over de incidenten die ontstaan naar aanleiding van dat conflict. 

De eisende partij voert vaak de dringende noodzakelijkheid aan om de zaak aanhangig te maken bij de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg die zitting houdt in kort geding. 

Het is gebruikelijk dat de exploitant van de onderneming of van de site optreedt bij eenzijdig verzoekschrift, en de absolute noodzaak aanvoert om de toegang tot de site of de onderneming mogelijk te maken.  

Het is juist dat het niet verplicht is van dergelijke geschillen mededeling te doen aan het openbaar ministerie, en aan de andere kant dat het openbaar ministerie, dat daartoe weliswaar over de wettelijke bevoegdheid beschikt (artikel 764 in fine GW), niet ambtshalve zitting kan houden in dergelijke zaken, aangezien het openbaar ministerie niet op de hoogte is gebracht van het bestaan, de bepaling van de rechtsdag en het onderzoek ervan.  

Daaruit volgt dat het openbaar ministerie evenmin op de hoogte wordt gebracht van de inhoud van de gewezen beslissingen, aangezien het geen afschrift ervan ontvangt, zodat het openbaar ministerie geen weet heeft van het aantal gewezen beslissingen en van de inhoud ervan, en a fortiori, van het aantal vorderingen ingesteld in kort geding teneinde de opheffing te verkrijgen van een stakingspost die de ingang tot een onderneming blokkeert.    

Deze burgerlijke procedures worden op geen enkele wijze geregistreerd in de computersystemen van het openbaar ministerie. Bijgevolg beschikt het College van procureurs-generaal niet over statistieken betreffende dit soort burgerlijke procedure. 

Enkel het Vast Bureau Statistiek en Werklastmeting zou elementen van antwoord hebben kunnen verstrekken aangezien het gaat over statistieken over de werkzaamheden van de rechtbanken in burgerlijke zaken,  maar het beschikt jammer genoeg niet over dergelijke statistieken. 

Enige andere aanpak zou niet-computergestuurde (dus manuele) opzoekingen onderstellen, die evenwel stelselmatig zouden moeten worden doorgevoerd en zouden moeten gebeuren binnen de griffie van bedoelde rechtscolleges, en niet in het kader van de parketten. 

Deze handelwijze onderstelt niet enkel logge verrichtingen, maar zou tevens leiden tot een uiteenlopende behandeling van de verzamelde gegevens naargelang van de arrondissementen en tot een gebrekkige eenvormigheid bij de verzameling van de gegevens, wat de nauwkeurigheid van de antwoorden op de parlementaire vraag in het gedrang brengt. 

3) en 4) De Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders heeft mij laten weten dat zij thans niet over statistieken beschikt over het opheffen van stakingsposten naar aanleiding van het optreden van een deurwaarder, aangezien thans nog geen enkel nationaal onderzoek is gevoerd naar deze specifieke problematiek.