Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-5098

van Nele Lijnen (Open Vld) d.d. 30 december 2011

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Europese Zaken

Kameroen - Holebi's - Homofobie - Systematische arrestaties

Kameroen
discriminatie op grond van seksuele geaardheid
seksuele minderheid
arrestatie
Mensenrechtenraad van de VN

Chronologie

30/12/2011Verzending vraag
31/7/2012Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 5-3244

Vraag nr. 5-5098 d.d. 30 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In Kameroen wordt er de laatste weken een echte klopjacht gehouden op homoseksuelen. Niet alleen krijgen homo's steeds vaker te maken met geweld maar zelfs de minste verdenking van homoseksueel gedrag is voor de politie reden genoeg om mannen op te sluiten. Dat schrijft de Kameroense advocate Alice N'Kom in een email waarin ze de internationale gemeenschap vraagt om druk uit te oefenen op president Paul Biya. Volgens de advocate kan enkel internationale druk helpen.

De afgelopen maand zijn er meer dan tien homo's door de politie opgepakt op verdenking van homoseksualiteit. De minste verdenking is genoeg om opgepakt te worden. Eén van de mannen werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie jaar enkel omdat hij een sms naar een andere man heeft gestuurd. Ons land werkt samen met Kameroen op diverse vlakken. Naast niet-goevernementele organisatie (ngo)-samenwerking kreeg het land een zeer substantiële schuldkwijtschelding van ons land.

Graag had ik hieromtrent dan ook een gedetailleerd antwoord ontvangen op volgende vragen:

1) Hoe reageert u op de klopjacht jegens holebi's in Kameroen?

2) Kan u aangeven welke samenwerking ons land met Kameroen heeft lopen en aangeven in hoeverre deze niet in het gedrang komen indien er geen einde wordt gesteld aan de homofobie vanwege de politie aldaar? Kan u dit zeer uitvoerig toelichten?

3) Bent u bereid uw ongenoegen over deze manifeste daden van homofobie te uiten aan de zaakgelastigde van Kameroen in ons land en kan u dit concreet toelichten wat betreft de inhoud en het tijdstip van uw overleg?

4) Bent u bereid de sterk opkomende homofobie in diverse Afrikaanse landen aan te kaarten op Europees niveau alsook bij de Verenigde Naties gezien de vele incidenten in diverse landen zoals Oeganda en Kameroen? Zo ja, kan u dit concreet toelichten? Zo neen, welke andere stappen acht u dan wel aangewezen?

Antwoord ontvangen op 31 juli 2012 :

1. Het spreekt vanzelf dat ik de situatie van de homosexuelen in Kameroen ten zeerste afkeur.

Echter, zoals u weet heeft ons land geen ambassade in Kameroen: Het is de Ambassadeur van België à Brazzaville die belast is met Kameroen.

De Europese Unie beschikt over een ‘toolkit LGBT’ (Lesbian, Gay, Bisexual and Transgender) waarin diverse acties opgesomd staan die kunnen uitgevoerd worden door de EUdelegatie en de aanwezigelidstaten. Dit kan gaan over publieke statements, verzoeken, ondersteunen van middenveldorganisaties, bijwonen van rechtzaken en dergelijke meer.

Binnen de Europese Unie (EU) is er een gentlemen’s agreement dat enkel de Lidstaten die fysiek aanwezig zijn in een land, de acties initiëren en coördineren. Aangezien we niet aanwezig zijn in Kameroen, zal België aan dergelijke acties niet deelnemen. België doet dit echter wel in andere landen zoals bvb. onlangs in Oeganda n.a.v. het anti-holebi-wetsvoorstel dat werd ingediend. Evenwel, België heeft de Hoge Vertegenwoordister Ashton verzocht om een publieke statement te publiceren om de ongerustheid van de EU te uiten. .

Tijdens de ontmoeting midden september 2011 in het kader van de politieke dialoog EU – Kameroen, heeft Kameroen op eigen initiatief het thema van het wettelijk verbod op homosexualiteit aangesneden.

Hoewel de EU en de Lidstaten ter plaatse sterk vasthouden aan deze principiële positie, proberen zij zich zich voldoende discreet op te stellen ten einde het risico op contraproductieve reacties bij pers en publiek, die – het moet gezegd worden – zich overwegend homofoob opstellen, te beperken.

2. Kameroen is geen partnerland van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking.

3. Deze problematiek wordt regelmatig ter sprak gebracht tijdens officiële contacten tussen België en Kameroen.

4. Zoals u weet behoort de verdediging van holebi-rechten tot mijn mensenrechtenprioriteiten en die van de regering: België is lid van de ‘core-group’ in Genève en volgt binnen de EU actief de werkgroep LGBT op. Wij nemen een deel van de taakverdeling op. Zo heeft België afgelopen zomer intensief gelobbyd om het internationale holebi-netwerk ILGA, met hoofdzetel in Brussel, een erkenning te geven als observator bij ECOSOC: niettegenstaande de positieve uitkomst van de stemming, was er geen enkel Afrikaans land dat vóór de toetreding van deze organisatie stemde.

In de Mensenrechtenraad heeft België ook actief gepleit voor de adoptie van een eerste holebi-resolutie. Hier stemden wel 2 Afrikaanse landen vóór nl. Rwanda en Zuid-Afrika: binnen de EU en de ‘core-group’ is afgesproken om deze posities eerst te consolideren. De Afrikaanse landen zijn nl. best geplaatst om hun buurlanden te beïnvloeden.

Daarnaast heeft België ook al diverse events georganiseerd in de marge van de Mensenrechtenraad en de Algemene Vergadering. Wij financierden tevens de deelname van een Oegandese activiste om te getuigen in Genève in juni 2011.

Binnen de Mensenrechtenraad heeft België actief gepleit voor de organisatie van een paneldebat tijdens de volgende sessie in maart 2012. Naar aanleiding van dit debat werd vlak voor Kerstmis een rapport gepubliceerd door de Verenigde Naties (VN) dat een overzicht geeft van de criminalisering van holebi’s wereldwijd. Dit is het eerste officiële VN-rapport over dit onderwerp: met dit rapport hebben wij nu een bijkomend aantal argumenten om dit debat in de Mensenrechtenraad te voeren.