Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-3563

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 24 oktober 2011

aan de staatssecretaris voor Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie

Asielzoekers - Opvang in hotels - Rol Fedasil - Inspecties - Vergoedingen en budget - Follow-up en begeleiding - Verblijfplaats - Arbeidskaart

politiek asiel
Federaal Agentschap voor de opvang van asielzoekers
sociale voorzieningen
hotelindustrie
asielzoeker

Chronologie

24/10/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten

Heringediend als : schriftelijke vraag 5-4812

Vraag nr. 5-3563 d.d. 24 oktober 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Deze vraag herhaalt mijn eerdere schriftelijke vraag 5-575, u toegezonden op 16 december 2010 en tot op heden onbeantwoord. Bij deze peil ik naar een stand van zaken.

Daarom de volgende vragen:

1) Kan de geachte staatssecretaris mij het volgende meedelen met betrekking tot de aantallen asielzoekers in hotels: hoeveel asielzoekers logeren er momenteel op hotel? Hoeveel sinds invoering van de maatregel? Het totaal aantal verschillende mensen (verloop)? Hoeveel betekent dit gemiddeld per maand? Zijn er sinds de opstart van dit initiatief evoluties te merken in deze aantallen? Kan hij deze duiden?

2) Kan hij mij een actueel overzicht bezorgen van de hotels (met het aantal plaatsen) die in dit systeem meedraaien? Door wie en op basis van welke criteria worden deze hotels geselecteerd? Gaat het Federaal Agentschap voor de opvang van asielzoekers (Fedasil) zelf op zoek naar hotels of melden deze zich zelf aan? Hoe, door wie en met welke frequentie worden deze hotels bezocht en gecontroleerd? Zijn er sinds de opstart van dit initiatief reeds overeenkomsten met hotels opgezegd? Over welke hotels gaat het hier en wat waren de redenen hiervoor?

3) Is hij op de hoogte van de problematiek die in het weekblad Knack (nummer 46, november 2010) werd aangekaart, namelijk hoteleigenaars die zich gedragen als malafide huisjesmelkers? Welke afspraken worden er met de hotels gemaakt met betrekking tot de opvang van deze asielzoekers? Zijn er bijvoorbeeld maximumvereisten voor het aantal personen op één kamer en voor het aantal personen per sanitaire voorziening? Worden deze hotels regelmatig gecontroleerd door de inspectiediensten van Fedasil? Wie is er verantwoordelijk voor deze inspecties en over welke middelen beschikt de inspectiedienst? Trad de staatssecretaris al op tegen deze malafide hoteleigenaars? Zo nee, is de staatssecretaris van plan om dit alsnog te doen?

4) Welke vergoedingen worden er toegekend aan deze hotels? Zijn deze voor alle hotels identiek? Kan hij geld terugvorderen van hotels die hun afspraken niet nakomen? Wat is het volledige budget voor de hotelopvang voor het jaar 2010? Wat is het verschil in kost tussen het plaatsen van een asielzoeker in de reguliere opvang en een plaatsing op hotel?

5) Hoe staat het met de verzorging en de begeleiding van deze asielzoekers? Krijgen deze mensen effectief geen enkele verzorging en begeleiding? Zo nee, kan hij mij informeren over de omvang en frequentie van deze begeleiding en verzorging? Zo ja, zal hij stappen ondernemen om dit euvel te verhelpen?

6) Asielzoekers die zes maanden na hun aanvraag nog geen beslissing hebben gekregen van het Commissariaat-generaal voor de vluchtelingen en staatlozen (CGVS) kunnen sedert 12 januari 2010 werken met een arbeidskaart C totdat een beslissing wordt betekend door de CVSG, of, in geval van beroep, totdat een beslissing wordt betekend door de Raad voor vreemdelingenbetwistingen. Om een arbeidskaart C te kunnen verkrijgen moet men wel zijn verblijfplaats kunnen opgeven. Vele gemeentes waar asielzoekers in de hotelopvang verblijven weigeren die personen echter in te schrijven in het wachtregister met als verblijfplaats het hotel waar ze materiële opvang genieten. Dit is een fundamentele schending van de rechten van asielzoekers. Is de geachte staatssecretaris op de hoogte van deze problematiek? Heeft hij hieromtrent al overleg gehad met andere bevoegde instanties en overheden? Welke stappen zal hij (samen met zijn bevoegde collega's) ondernemen om dit probleem te verhelpen?

7) Wanneer verwacht hij dat de hotelopvang helemaal ten einde zal zijn?