Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-2380

van Bart Tommelein (Open Vld) d.d. 24 mei 2011

aan de minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen

Sabam - Exacte aanrekening van verschuldigde rechten - Transparanter werken - Meer rechten rechtstreeks aan de artiest betalen

auteursrecht
beroep in de kunst
muziek
culturele manifestatie

Chronologie

24/5/2011Verzending vraag
5/7/2011Antwoord

Vraag nr. 5-2380 d.d. 24 mei 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Sabam werkt bij haar tarifering van festivals en concerten met een baremaschaal. De identificatie van het beschermd repertoire en aanpassing van het tarief worden uitgevoerd op voorwaarde dat hiervoor een aanvraag, inclusief een lijst van uit te voeren werken, bij voorkeur met vermelding van auteurs en componisten, uiterlijk tien werkdagen voor de manifestatie wordt ingediend. Het basistarief wordt als volgt toegepast, afhankelijk van het aandeel werken die niet door Sabam worden vertegenwoordigd:

- een derde van het degressief basistarief als minder dan een derde van het repertoire door Sabam vertegenwoordigd wordt;

- twee derde van het degressief basistarief als minder dan twee derde van het repertoire door Sabam vertegenwoordigd wordt;

- honderd procent van het degressief basistarief als twee derde of meer van het repertoire door Sabam.

Daar waar dergelijke regeling enkele jaren terug nog te verantwoorden was, gezien het opzetten van toegankelijke databanken technisch niet mogelijk was, is dit heden niet meer van toepassing. Meer dan ooit kan Sabam in alle transparantie werken waarbij niet meer met inaccurate barema's moet worden gewerkt, maar men heden exact de rechten kan innen voor die artiesten die Sabam daadwerkelijk vertegenwoordigt. Men verwacht immers dat de festivalorganisatoren een gedetailleerde playlist doorsturen naar Sabam. De logica gebiedt dat het dan in twee richtingen moet werken.

Veel organisatoren ervaren die playlists als een enorme bureaucratie. Soms weigeren bands die niet bij Sabam of een buitenlandse zustermaatschappijen zijn aangesloten het invullen van die playlists omdat ze zich uit principe niet willen onderwerpen aan het gezag en de regelgeving van auteursrechtenorganisaties die hen niet vertegenwoordigen. Bovendien zijn er vaak bands waarvan een deel van de leden bij een auteursrechtenorganisatie zijn aangesloten en andere leden niet. Ook maken bands en DJ's vaak covers en remixen van elkaar, wat het er evenmin eenvoudiger op maakt om uit te maken wie recht waarop recht heeft. Het gevolg is een enorme bureaucratisering van de artistieke vrijheid die enorm beknottend werkt.

Verder vragen organisatoren zich vaak af waarom ze nog auteursrechten moeten betalen als ze de artiesten in kwestie al rechtstreeks vergoed hebben. Ze vragen zich af of auteursrechten niet in de vergoeding die ze aan de artiesten geven zou kunnen worden inbegrepen, en dat artiesten dan zelf eventueel een vergoeding doorstorten aan hun auteursrechtenorganisatie. Ook vragen organisatoren of artiesten die elkaars werk coveren of remixen eventuele wederzijdse vergoedingen niet zelf onder elkaar of hun vertegenwoordigers kunnen regelen.

Graag had ik hieromtrent dan ook volgende vragen voorgelegd:

1) Is de geachte minister bereid te onderzoeken in hoeverre men heden gezien de technologische vooruitgang geen maatwerk kan toepassen vanuit Sabam waardoor het basistarief wordt aangerekend in de exacte verhouding tot het aandeel van de playlist die door Sabam worden vertegenwoordigd? Zo neen, waarom niet en kan dit gedetailleerd worden toegelicht? Zo ja, kan dit worden toegelicht qua timing?

2) Kunnen artiesten die niet bij een auteursrechtenorganisatie zijn aangesloten worden verplicht om playlists of een voorafgaande aangifte in te dienen?

3) Is het wettelijk mogelijk dat organisatoren, daar waar ze rechtstreeks zaken doen met de artiest, de auteursrechtenvergoeding via de artiest in plaats van via de lokale auteursrechtenmaatschappij (in België Sabam) betalen? Kan de organisator de auteursrechten samen met de eigenlijke vergoeding voor het optreden betalen, waarna de artiest alles dan zelf met zijn eventuele auteursrechtenvereniging kan regelen? Kan de artiest die covers of remixen uitvoert de rechten die de oorspronkelijke auteur toehoren rechtstreeks met de auteur of zijn vertegenwoordiger regelen? Kan de wet op dit punt worden aangepast? Zo neen, waarom niet en kan dit gedetailleerd worden toegelicht?

4) Als slechts een deel van de leden van een band bij een auteursrechtenvereniging zijn aangesloten, kan Sabam dan de volle pot voor deze band vragen? Of enkel in verhouding tot de bij auteursrechtenverenigingen aangesloten en niet-aangesloten bandleden?

5) Zou de het rekening houden met de verhouding van het aantal bij auteursrechtenverenigingen aangesloten en niet-aangesloten artiesten op een festival geen minder bureaucratische manier zijn dan het opstellen van gedetailleerde playlists om het exacte aandeel dat door Sabam wordt vertegenwoordigd te bepalen? Zo neen, waarom niet en kan dit gedetailleerd worden toegelicht?

6) Is hij het met mij eens dat een meer exacte facturatie zal leiden tot een grotere transparantie en dus maatschappelijk draagvlak?

7) Is hij het met mij eens dat het meer rechtstreeks via de artiest regelen van de bijdragen zal leiden tot meer zekerheid dat de rechten bij de juiste personen terechtkomen, minder bureaucratie, een grotere transparantie en dus een groter maatschappelijk draagvlak?

Antwoord ontvangen op 5 juli 2011 :

1. Het systeem van maatwerk dat door het geachte lid wordt gepromoot is slechts op één aspect toegespitst, zijnde de festivals, terwijl de toegepaste tarieven, het resultaat zijn van onderhandelingen met de betrokken sectoren, een onderscheid maken volgens het type van gebruik, en in bepaalde gevallen het voorwerp zijn van algemene contracten zoals bedoeld in artikel 71 van de wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige rechten (hierna de Auteurswet).

2. Juridisch gezien is het in principe zo dat, buiten de gevallen van verplicht collectief beheer, beheersvennootschappen slechts kunnen optreden voor de rechthebbenden die zij vertegenwoordigen, hetzij rechtstreeks, hetzij via wederkerigheidsovereenkomsten met buitenlandse beheersvennootschappen. Tevens is het zo dat overeenkomstig artikel 870 van het Gerechtelijk Wetboek iedere partij het bewijs moet leveren van de feiten die zij aanvoert, en bepaalt artikel 1315, eerste lid, van het Burgerlijk Wetboek dat hij die de uitvoering van een verbintenis vordert, het bestaan daarvan moet bewijzen. Gelet op deze elementen moet een groep geen toelating vragen of aangifte doen aan Sabam indien hij tijdens een concert geen enkel werk uitvoert dat – rechtstreeks of onrechtstreeks - vertegenwoordigd wordt door Sabam. Evenwel moet vermeld worden dat op basis van de contractvrijheid, de organisator van een festival met een beheersvennootschap een algemene overeenkomst kan afsluiten, waarin ook bepalingen zijn opgenomen met betrekking tot de rapportering van de gebruikte werken.

Volgens de informatie die ons verstrekt wordt door Sabam is het indienen van voorafgaande aangiften een vereiste die enkel geldt voor de gebruikers die een reductie wensen omdat slechts een gedeelte van het gebruikte repertorium door Sabam wordt beheerd. De voorafgaande aangifte van de artiesten (ook de uitvoerende kunstenaars) is een mogelijkheid die door Sabam aan haar rechthebbenden wordt geboden, om een betere verdeling te verzekeren door het kruisen van de door de gebruikers verstrekte informatie met die van de leden. De artiesten maken liever gebruik van deze mogelijkheid naarmate het meer in hun voordeel speelt.

3. Niets belet een auteur om het beheer van zijn rechten niet toe te vertrouwen aan een beheersvennootschap, en artikel 66quater van de Auteurswet biedt de auteur zelfs de mogelijkheid om slechts een gedeelte van zijn rechten toe te vertrouwen aan een beheersvennootschap. De Memorie van Toelichting bij artikel 66quater van de Auteurswet geeft aan dat in verband met de gedeeltelijke terugtrekking van het beheer van rechten ook moet gewezen worden op de Europese rechtspraak in verband met de mogelijkheid voor een rechthebbende om in de muzieksector een terugtrekking per categorie van rechten, d.w.z. exploitatiewijze te verrichten. Op grond van deze rechtspraak moet het mogelijk zijn om een terugtrekking van het beheer per categorie van rechten, d.w.z. per exploitatiewijze te verrichten. Theoretisch zou het mogelijk kunnen zijn om zijn uitvoeringsrechten zelf te beheren. Ik denk hierbij aan optredens van solo-artiesten die uitsluitend zelf geschreven werken uitvoeren.

Tegelijk moet aangegeven worden dat een beheer van de rechten praktisch realiseerbaar moet blijven. Zo kan eenzelfde recht bijvoorbeeld niet tegelijk beheerd worden door een beheersvennootschap en door de auteur zelf. Met betrekking tot bv. een muziekwerk zijn er verschillende rechthebbenden. Enerzijds zijn er de auteurs, dit zijn de componisten van de muziek en de tekst, anderzijds zijn er de naburige rechthebbenden waaronder de uitvoerende kunstenaars (de zangers en muzikanten) en ten slotte de producenten. Een typische illustratie van dit onderscheid zijn coverbandjes, die nummers van andere auteurs spelen, en waar de naam van de optredende artiest uiteraard niet samenvalt met de naam van de componist.

Wanneer een gebruiker een auteursrechtelijk beschermd werk wenst mee te delen aan het publiek (bv. een optreden geven waar auteursrechtelijk beschermde nummers worden gespeeld), dan moet deze hiervoor voorafgaand de toestemming van de auteur verkrijgen. De gebruiker kan hiervoor terecht bij Sabam indien hij het repertoire dat door Sabam wordt vertegenwoordigd, wil meedelen aan het publiek. Als de gebruiker geen mededeling aan het publiek verricht van repertoire dat door Sabam wordt vertegenwoordigd, dan moet hij hiervoor ook geen toestemming krijgen van Sabam en dus ook geen vergoeding aan Sabam te betalen. Hij moet echter toestemming aan de auteur vragen en desgevallend aan de auteur een vergoeding betalen voor de exploitatie van zijn werk.

4. Een beheersvennootschap zal enkel rechten innen met betrekking tot het repertoire dat zij beheert, behoudens specifieke wettelijke uitzonderingen. Dit wil zeggen met betrekking tot werken van hun eigen leden, en van leden van (meestal buitenlandse) beheersvennootschappen waarmee zij een wederkerigheidsovereenkomst heeft afgesloten. Voor de exploitatie van werken waarvan het beheer niet toevertrouwd werd aan een beheersvennootschap, moet toestemming gevraagd worden aan de auteur.

5. De vraag van het geachte lid geeft de indruk dat het enige doel van de “playlist” erin bestaat te zien of de artiest die het optreden geeft, al dan niet is aangesloten bij Sabam. De situatie is evenwel veel complexer dan het lijkt. Een muzikaal werk impliceert immers gemiddeld vijf rechthebbenden (tekstschrijver, componist, uitgever enz.) die al dan niet bij Sabam kunnen aangesloten zijn. Zodra het lied geïdentificeerd wordt als deel uitmakend van het repertoire van Sabam, is er toch nog een “playlist” noodzakelijk, om te bepalen hoe Sabam de geïnde sommen onder haar eigen rechthebbenden correct zal verdelen. Dit alles verklaart waarom er nog steeds geen minder bureaucratisch alternatief is gevonden.

6. De Sabam-facturen vermelden het toegepaste tarief en de parameters waarop de berekeningen gebaseerd zijn. Het is echter materieel onmogelijk, en niet zinvol, om in het stadium van de facturatie te preciseren hoe de gefactureerde bedragen onder de rechthebbenden zullen worden verdeeld. De verdeling is immers een verrichting die achteraf gebeurt, en die betrekking heeft op de verhoudingen tussen de rechthebbenden. Bovendien, laat ons veronderstellen dat het mogelijk zou zijn, zouden facturen waarop de verdeling vermeld staat, zeker voor bepaalde festivals, meer weghebben van een telefoonboek dan van een factuur. Dat zou de transparantie hoegenaamd niet ten goede komen. Het feit dat de factuur geen geschikt instrument is voor de controle van de verdeling, betekent nog niet dat die controle niet belangrijk is. De verdeling gebeurt onder het toezicht van de beheersvennootschap, zijn bedrijfsrevisor, de Algemene vergadering van auteurs en de controledienst van de beheersvennootschappen.

De wet van 10 december 2009 tot wijziging van de Auteurswet voorziet onder meer in een maatregel om willekeur bij facturatie tegen te gaan. De Koning kan de minimuminformatie bepalen die de facturen afkomstig van de beheersvennootschappen en de documenten die zij naar de gebruikers sturen, zoals bv. informatiebrochures, moeten bevatten.

Bij de uitwerking van dit koninklijk beesluit zullen via een specifiek overlegcomité dat opgericht werd door de nieuwe wet, onder meer de debiteuren geconsulteerd worden.

Het doel van de wet van 10 december 2009 bestaat er in het bijzonder in om de transparantie betreffende de inning en verdeling van auteursrechten door beheersvennootschappen te vergroten.

7. Voor de beantwoording van deze vraag verwijs ik het geachte lid in eerste instantie naar het antwoord bij vraag 3. Hier werd reeds gewezen op het feit dat een onderscheid moet worden gemaakt tussen auteursrechten en naburige rechten, dat muziekgroepen niet altijd uitsluitend eigen nummers uitvoeren, dat auteurs eventueel het beheer van bepaalde categorieën rechten zelf kunnen uitvoeren (bv solo-artiesten die uitsluitend eigen werken uitvoeren tijdens live-optredens), dat een recht niet tegelijkertijd door de auteur zelf en door een beheersvennootschap kan worden beheerd, en dat een beheer van de rechten praktisch realiseerbaar moet zijn.

Rechtstreekse uitbetaling aan de artiesten lijkt mij niet noodzakelijk een betere garantie te bieden op een correcte verdeling, aangezien, zoals ik al heb duidelijk gemaakt, er voor een werk gemiddeld vijf rechthebbenden zijn. Een correcte verdeling is maar mogelijk mits er uitgebreide documentatie voorhanden is waarmee het respectieve aandeel van ieder kan worden vastgesteld.

Hoewel ik er derhalve niet van overtuigd ben dat het rechtstreeks via de artiest regelen van de auteursrechten in het kader van live-optredens in alle gevallen een aangewezen middel is om een correcte verdeling van de rechten te waarborgen, ben ik het tegelijk eens met het geachte lid dat de taak van een beheersvennootschap er in bestaat om er voor te zorgen dat de geïnde rechten op een efficiënte en transparante manier bij de juiste rechthebbenden moeten terechtkomen. Via de wet van 10 december 2009 en de uitvoeringsmaatregelen die in dat kader op stapel staan, wordt er naar gestreefd dat doel meer te concretiseren. Enkele zaken die daarin geregeld worden zijn bijvoorbeeld: