Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-2250

van Louis Ide (N-VA) d.d. 6 mei 2011

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Maatschappelijke Integratie

Tuberculose en de opvolging ervan in België

infectieziekte

Chronologie

6/5/2011Verzending vraag
7/12/2011Dossier gesloten

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-745
Heringediend als : schriftelijke vraag 5-4169

Vraag nr. 5-2250 d.d. 6 mei 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Volgens de huidige stand van de wetenschap is TBC behandelbaar. Toch meldt de WGO op haar website dat 1.700.000 mensen in 2009 stierven aan de bacterie. Daarenboven waarschuwt men bij de WGO voor de opkomst van MDR TBC. Een hardnekkig te behandelen variant van de bacterie die in 2008 440.000 mensen besmette waarvan er 150.000 om het leven kwamen. Voornamelijk slechte of onafgewerkte behandeling van TBC ligt aan de origine van deze variant.

België kampt al enkele jaren met een structureel probleem inzake opvolging en coördinatie van de aanpak van het TBC probleem. Na een beslissing van Binnenlandse Zaken kregen we in 2001 dr. Luc Beaucourt als "interface" tussen de verschillende betrokken departementen en diensten aangaande behandeling en registratie van TBC. 12 maart 2002 kaartte toenmalig kamerlid Frieda Brepoels de inbreuk op het departement Volksgezondheid door de minister van Binnenlandse Zaken aan bij de minister van Volksgezondheid, Magda Aelvoet. In haar antwoord gaf de minister toen toe dat een betere coördinatie nodig was. De woorden van de minister waren nog niet koud of er ontsnapte een met TBC besmette asielzoeker uit een opvangcentrum.

In 2006 meldt de Morgen dan het verhaal van het opvangcentrum in Kapellen dat TBC bij een jonge vluchteling verzweeg om de opendeurdag te vrijwaren. Op 30 augustus 2010 maakt Het Laatste Nieuws dan weer melding van een asielzoeker die in Affligem mogelijk vijf personeelsleden besmet met de bacterie. In het artikel staat te lezen dat geen enkele asielinstantie hen op de hoogte had gebracht van het besmet zijn van de asielzoeker waardoor ze geen voorzorgsmaatregelen hadden kunnen treffen. Mij lijkt het dat er in 10 jaar weinig veranderd is inzake coördinatie.

Aan de vooravond van Wereldtuberculosedag las ik op 23 maart in de Standaard dat de dalende trend in het registreren van nieuwe gevallen van TBC in België gestopt is. Het VRGT stelt in een rapport dat we in 2009 1.020 gevallen met TBC registreerden terwijl dit in 2010 steeg tot 1.122. In het artikel verwees de VRGT in de eerste plaats naar de economische crisis als verklaring voor de stagnerende trend. Daarnaast speelt volgens hen ook de inwijking van met TBC besmette asielzoekers nog steeds een belangrijke rol in deze trend.

Paniek is niet op zijn plaats doch oplettendheid is geboden. Zeker met de opkomst van bijzonder besmettelijke MDR TB of XDR TB is opvolging en een volledige behandeling van wezenlijk belang. De versnippering van deze bevoegdheid is weinig bevorderlijk voor een efficiënte en adequate opvolging van TBC.

Mijn vragen aan de minister zijn dan ook de volgende:

Is de minister op de hoogte van de nieuwe cijfers aangeleverd door de VRGT? Wat is haar actieplan? Waar zit de bevoegdheid voor opvolging van TBC bij asielzoekers en hoe gebeurt dit? Zijn er vandaag maatregelen mogelijk die een verhaal zoals in 2001 kunnen voorkomen? Kan de minister pro-actief optreden in geval van een geïnfecteerde asielzoeker die behandeling weigert en potentieel een gevaar is voor de volksgezondheid?