Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-11041

van Bert Anciaux (sp.a) d.d. 5 februari 2014

aan de vice-eersteminister en minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen

Het Nationaal Orkest van België

muziek

Chronologie

5/2/2014Verzending vraag
22/4/2014Antwoord

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-4428

Vraag nr. 5-11041 d.d. 5 februari 2014 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De culturele wereld is in vele opzichten een kleine wereld. Zeker bij de symfonische orkesten bestaan er intensieve netwerken tussen muzikanten en directies. Daarin worden tal van wetenswaardigheden uitgewisseld.

In de Vlaamse Gemeenschap zijn er drie orkesten die de Vlaamse overheid als "grote instellingen" beschouwt, namelijk de Filharmonie, Brussels Philharmonic en het orkest van de Vlaamse Opera. Voor velen is de financiële last van die drie orkesten te groot; er wordt dan ook formeel gestreefd naar een grotere synergie. Daarbij worden tal van basisgegevens verzameld en vergeleken, onder andere het aantal vaste muzikanten, hun taakbelasting en loon, maar ook de uitkoopsom van de orkesten.

Het is niet verwonderlijk dat die gegevens ook worden getoetst aan de gegevens van de federale orkesten, zijnde het Nationaal Orkest van België (NOB) en het orkest van De Munt. Daarbij ontstaan sterke verhalen, die uitwijzen dat beide federale orkesten zowat op alle vlakken - behalve inzake kwaliteit - de Vlaamse orkesten ruim overtreffen. Het hoeft weinig betoog dat orkesten die én meer loon betalen én een minder grote werklast opleggen, gemakkelijker muzikanten vinden.

Hierover de volgende vragen, met betrekking tot het Nationaal Orkest van België.

1) Hoeveel vaste muzikanten zijn er in dienst?

2) Hoeveel optredens heeft het orkest gemiddeld per jaar gegeven van 2006 tot en met 2012?

3) Hoeveel procent van hun tijd besteden de muzikanten (aanvoerders, tutti enzovoorts) aan het werk voor hun orkest?

4) Welke lonen worden aan de verschillende niveaus van muzikanten en ander personeel uitbetaald?

Welke uitkoopsom wordt gevraagd? Graag ontving ik de lijst van de uitkoopsommen die in de jaren 2010, 2011 en 2012 werden gevraagd?

5) Bevestigt de geachte minister dat het NOB voor een concert in het Nederlandse Vlissingen een uitkoopsom van minder dan 3 000 euro vroeg, transport enzovoorts inbegrepen?

6) Beschikt ze over een benchmarking waarin het NOB inzake arbeidsvoorwaarden vergeleken wordt met de orkesten van de Franse en Vlaamse gemeenschappen?

7) Vindt ze het een goed voorstel om voor het NOB een vergelijkend onderzoek naar de lonen, arbeidsbelasting enzovoorts te bevelen?

8) Vindt ze het een goed voorstel om, in overleg met de collegae-ministers van de gemeenschappen en de directies van de betrokken orkesten, de arbeidsomstandigheden te uniformeren?

Antwoord ontvangen op 22 april 2014 :

1) Op 9 januari 2014 telde het Nationaal Orkest van België 88 vastbenoemde musici. Momenteel is er 1 te begeven vacante betrekking; de 7 andere vacante betrekkingen in het orkest zullen in 2014 niet worden ingevuld.

Het administratief personeel omvat 14,5 personen, met inbegrip van de artistieke en administratieve directie. 

2) Zie bijgevoegde tabel. 

3) De musici moeten 100% van hun arbeidstijd ter beschikking van het orkest staan. Het uurrooster is in het huishoudelijk reglement bepaald en legt het aantal uren per jaar op maximum 220 dagen vast. Er worden wekelijks gemiddeld 30 uren aan collectief werk besteed en 8 uren aan thuiswerk (studie van de individuele partituren van het orkest in voorbereiding van de uitvoering). In arbeidsuren uitgedrukt komt dat voor het orkest overeen met jaarlijks 1.356 uren (repetities, concerten en compensatie-uren). 

Afhankelijk van het programma (noodzaak van een instrument ten aanzien van de bezetting) kunnen muzikanten in reserve blijven. Dat houdt in dat ze voor het orkest beschikbaar moeten blijven. 

4)

Weddeschalen leden van het NOB: zie bijgevoegde tabel.

Uitkoopsommen tussen 2010 en 2012: zie bijgevoegde tabel.

De uitkoopsommen schommelen aanzienlijk en hangen voornamelijk af van parameters als programma's en bezettingen, solisten, orkestleiders, vervoersmiddelen en van de financiële mogelijkheden van de inrichter, dat wil zeggen de markt. 

5) Het Nationaal Orkest van België is nog nooit opgetreden in Vlissingen, Nederland. 

6) Ik beschik niet over een benchmarking. 

7) Ik oefen een administratieve voogdij uit over de federale culturele instellingen, maar ik heb geen eigen budget om studies over de culturele instellingen te bestellen. 

8) Ik heb van de gemeenschapsministers dienaangaande geen verzoeken ontvangen.

De tabellen kunnen worden opgevraagd bij de griffie van de Senaat.