Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-10917

van Louis Ide (N-VA) d.d. 21 januari 2014

aan de staatssecretaris voor Sociale Zaken, Gezinnen en Personen met een handicap, belast met Beroepsrisico's, en staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid

invaliditeit en onverklaarbare lichamelijke klachten

chronische ziekte
arbeidsongeschiktheid
ziekte van het zenuwstelsel
gezondheidsstatistiek

Chronologie

21/1/2014Verzending vraag
28/4/2014Einde zittingsperiode

Herkwalificatie van : vraag om uitleg 5-4292

Vraag nr. 5-10917 d.d. 21 januari 2014 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Ik stelde reeds eerder vragen omtrent invaliditeit en CVS, FM-ME of beter OLK (onverklaarbare lichamelijke klachten) in het algemeen. Om de evolutie te volgen, kreeg ik graag meer recente cijfers.

Graag kreeg ik van de staatsecretaris ruwe - niet-gestandaardiseerde - cijfers. Dit is van belang om de evolutie in de tijd te kunnen volgen. Wanneer het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (RIZIV) zou gaan standaardiseren, kan ik niet meer vergelijken met voorgaande jaren. Bij standaardisatie moet men trouwens ook opletten welke factoren er in rekening gebracht kunnen worden.

1) Hoeveel invaliden zijn momenteel erkend op basis van CVS, FM-ME of OLK in het algemeen ?

2) Wat is de gemiddelde frequentie waarmee een invalide opgeroepen wordt voor de geneeskundige raad voor invaliditeit met het oog op de beoordeling van de staat van arbeidsongeschiktheid?

3) Wat is de gemiddelde frequentie waarmee een invalide voor wie CVS, FM-ME of OLK gediagnosticeerd werd, opgeroepen wordt voor de geneeskundige raad voor invaliditeit met het oog op de beoordeling van de staat van arbeidsongeschiktheid?

4) Hoeveel invaliden ten aanzien van wie CVS, FM-ME of OLK gediagnosticeerd werd, ontvingen de voorbije jaren (2010, 2011 en 2012) van de geneeskundige raad voor invaliditeit een negatieve beslissing omtrent hun staat van arbeidsongeschiktheid?

5) Hoeveel van deze beslissingen werden betwist voor de arbeidsrechtbank en wat is het percentage dat uiteindelijk bij definitief vonnis of arrest bevestigd wordt?