Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 5-10028

van Nele Lijnen (Open Vld) d.d. 4 oktober 2013

aan de staatssecretaris voor Staatshervorming, toegevoegd aan de eerste minister, en staatssecretaris voor de Regie der gebouwen en Duurzame Ontwikkeling, toegevoegd aan de minister van Financiën, belast met Ambtenarenzaken

Cybercrime - Mobiele toestellen - Beveiliging - Overzicht

computercriminaliteit
mobiele telefoon
gegevensbescherming
computervirus
mobiele communicatie

Chronologie

4/10/2013Verzending vraag
18/12/2013Rappel
2/1/2014Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10013
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10014
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10015
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10016
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10017
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10018
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10019
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10020
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10021
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10022
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10023
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10024
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10025
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10026
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10027
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10029
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10030
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 5-10031

Vraag nr. 5-10028 d.d. 4 oktober 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De jongste jaren is cybercrime aan een ware opmars bezig over de hele wereld. Daar waar voorheen vooral computers het primaire slachtoffer van deze criminelen waren, merken verschillende experts op dat cybercriminelen hun activiteit ook naar de mobiele toestellen (gsm , tablet, …) verplaatsen. Uit het zogenaamde Norton Report 2013, een toonaangevend rapport inzake cyberbeveiliging, blijkt dat zo'n 48 % van de smartphone- en tabletgebruikers geen maatregelen neemt om hun mobiele toestellen te beveiligen. Dit valt toch aan te raden, omdat hackers mogelijk hierdoor toegang hebben tot allerlei persoonlijke en professionele data.

Graag had ik volgende vragen gesteld:

1) Zijn er de jongste drie jaar reeds vaststellingen gedaan met betrekking tot besmette smartphones of tablets door een virus/malware/spyware/enz.? Kunt u deze cijfers meedelen?

2) Hebt u een beeld van het aantal personeelsleden die via hun smartphone of tablet toegang hebben tot professionele data (bijvoorbeeld via cloud computing)? Kunt u deze cijfers meedelen?

3) Indien neen op de vorige vraag: acht u het nodig om het gebruik van smartphones en tablets door uw personeel beter in kaart te brengen, aangezien hun toestellen mogelijk een toegangspoort voor cybercriminelen kunnen zijn naar professionele gegevens? Kunt u toelichten waarom wel of niet?

4) Wordt er toegezien op de koppeling van tablets of smartphones met de informatica van op het werk? Waarom wel of niet?

5) Indien uw diensten informatie krijgen over het beveiligen van de informatica en de gevaren hieromtrent, is er dan ook aandacht voor de beveiliging van mobiele apparaten, zoals tablets of smartphones? Indien ja, op welke manier? Indien neen, acht u dit nodig?

6) Hebt u cijfers over het aantal personeelsleden die een smartphone of tablet gekregen hebben van hun werkgever, en kunt u deze cijfers meedelen?

7) Zijn uw informatici voldoende op de hoogte van deze trend? Indien neen, is dit volgens u noodzakelijk? Indien ja, op welke manier spelen zij hierop in?

Antwoord ontvangen op 2 januari 2014 :

1. Geen vaststellingen gedaan.

2. Er werd geen toegang tot het netwerk verleend, noch werd er cloud computing toegelaten.

3. Niet toepasselijk.

4. Niet toepasselijk.

5. /

6. 25 ambtenaren werd toegang verleend via smartphone tot de pushmail.

7. Zolang er geen echte nood ontstaat voor on line toegang tot onze systemen is er geen nood aan bijkomende vorming.