Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-705

van Berni Collas (MR) d.d. 3 april 2008

aan de minister van Klimaat en Energie

Passiefhuizen - Belastingvermindering - Voorwaarden - Erkende instellingen die certificaten mogen uitreiken

verwarming
organisatie zonder winstoogmerk
energiebesparing
huisvesting
thermische isolatie
isolatie van gebouwen
fiscale stimulans
belastingaftrek
kwaliteitsmerk

Chronologie

3/4/2008Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 8/5/2008)
7/5/2008Antwoord

Herindiening van : schriftelijke vraag 4-144

Vraag nr. 4-705 d.d. 3 april 2008 :

De wet van 27 april 2007 tot invoering van een belastingvermindering voor passiefhuizen werd gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 10 mei 2007.

Om die belastingvermindering te kunnen genieten moet de woning aan verschillende voorwaarden voldoen:

1º de totale energievraag voor ruimteverwarming en koeling moet beperkt blijven tot 15 kWh/m2 geklimatiseerde vloeroppervlakte;

2º bij een luchtdichtheidsproef (overeenkomstig de norm NBN EN 13829) met een drukverschil tussen binnen- en buitenomgeving van 50 pascal is het luchtverlies niet groter dan 60% van het volume van de woning per uur (n50 niet groter dan 0,6/uur).

De belastingvermindering wordt bovendien verleend vanaf het belastbaar tijdperk waarin is vastgesteld dat de woning een passiefhuis is.

Artikel 3 van de wet bepaalt : “De Koning bepaalt de vorm en de inhoud van het certificaat als bedoeld in het vierde lid. De erkende instelling stelt de minister van Financiën of zijn gedelegeerde in kennis van het uitreiken van een certificaat. Deze kennisgeving geschiedt in de vorm en binnen de termijn die de Koning bepaalt. In voorkomend geval, moet de belastingplichtige het certificaat dat wordt uitgereikt door de instelling die is gevestigd in de Europese Economische Ruimte, ter beschikking van de administratie houden.

De certificaten van “kwaliteitsverklaring passiefhuis” uitgereikt door “VZW Passiefhuis-Platform” en van “maison passive” uitgereikt door “Plate-forme Maison passive ASBL” voor de inwerkingtreding van de wet van 27 april 2007 vervangen, voor de toepassing van de belastingvermindering, het in het vierde lid bedoelde certificaat voor zover de woning wel degelijk beantwoordt aan de in het tweede lid vastgelegde normen. Deze certificaten worden geacht te zijn uitgereikt op 1 januari 2007. »

Ik wens de staatssecretaris dan ook volgende vragen te stellen.

Welke instellingen werden erkend?

Welke erkenningprocedure moet worden doorlopen?

Hoever staat het met het koninklijk besluit tot vaststelling van de vorm en de inhoud van het certificaat?

Moet er geen “voorlopig” besluit worden opgesteld tot verlenging van de erkenning van de certificaten uitgereikt door de “platformen” in afwachting dat de erkende instelling de door de fiscus aanvaarde officiële certificaten kan uitreiken?

Als dat niet gebeurt, vrees ik dat dit jaar geen enkel nieuw certificaat dat recht geeft op de beloofde belastingvermindering zal kunnen worden uitgereikt. Daardoor wordt de wet uitgehold, alleszins voor het aanslagjaar 2008, inkomsten van het jaar 2007.

Antwoord ontvangen op 7 mei 2008 :

In het kader van het Kyoto-protocol moet de uitstoot van broeikasgassen (waaronder CO2) drastisch omlaag. Tevens leren bepaalde statistieken ons dat de isolatiegraad van woningen in België in verhouding tot andere Europese landen aan de lage kant is. De verwarming van woningen heeft dan ook een grote invloed op emissie van broeikasgassen.

Een passiefwoning is een bouwconcept bestaande uit extreem doorgedreven isolatie in combinatie met het luchtdicht maken van een woning. Hierdoor wordt de warmte van de binnenvallende zon, van de aanwezige verlichting, optimaal gebruikt om de woonst te verwarmen, waardoor een traditionele verwarming overbodig wordt. De isolatiegraad van deze passiefwoningen ligt een stuk hoger dan de wettelijk vereiste.

Omwille van deze redenen heeft de federale overheid beslist om via een fiscale tegemoetkoming de bouw van passiefhuizen te stimuleren. Vandaar de wet van 27 april 2007 waarnaar u verwijst.

Bepaalde delen van deze wet dienen echter nog omgezet te worden via een koninklijk besluit teneinde de beslissing te kunnen uitvoeren.

Het opstellen van dit koninklijk besluit is mijn bevoegdheid niet, maar van de minister van Financiën.

De FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu heeft contact genomen met de FOD Financiën om mee te werken aan het opstellen van het koninklijk besluit.

Tot mijn grote spijt kan ik dus voorlopig nog niet antwoorden op uw vragen naar instellingen, procedures en certificaten.

Als minister van Leefmilieu vind ik de realisatie van dit koninklijk besluit belangrijk en hoop ik dan ook dat het zo snel mogelijk gerealiseerd wordt. Ik kan u reeds meedelen dat er budgetten zijn bij de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu om deze fiscale federale tussenkomst te communiceren. Besprekingen hierover zijn zelfs reeds gestart.

Los van de onbetwistbare voordelen op het vlak van energiebesparing, wil ik u toch nog wijzen op drie zaken. Ten eerste op het enorme belang van een optimale ventilatie om gezondheidsproblemen te voorkomen. Dit is belangrijk bij elke woning (zie ook de richtlijn 2002/91/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2002 betreffende de energieprestatie van gebouwen) maar het belang ervan wordt veel hoger bij een luchtdichte woning. Het is mijn aanvoelen dat hier ook de nodige aandacht moet aan geschonken worden.

Ten tweede bestaan er naast passiefhuizen ook lage-energiewoningen die eveneens beter geïsoleerd dan de actuele wettelijke norm en die, op dit moment, dichter bij het financieel optimum liggen.

Ten derde op de moeilijkheid (bijna onmogelijkheid) om via renovaties te voldoen aan de in de wet van 27 april 2007 tot invoering van een belastingvermindering voor passiefhuizen vastgelegde voorwaarden.

Complementaire acties blijven nodig en zullen tijdens de Milieulente ook de nodige aandacht vergen.