Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-4338

van Berni Collas (MR) d.d. 7 september 2009

aan de staatssecretaris voor Europese Zaken, toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken

EU-Ratspräsidentschaft - Das Image Belgiens __________________________________________ Voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie - Imago van België

voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie
museum
historische plaats
imago

Chronologie

7/9/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 8/10/2009)
13/10/2009Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-4336
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-4337
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-4339

Vraag nr. 4-4338 d.d. 7 september 2009 :

Das Image eines Landes hat meist maßgebliche Auswirkungen auf verschiedenste Bereiche : auf Handel und Wirtschaft, den Tourismus, auf Außenbeziehungen gleich welcher Art, auf das internationale (Medien-)Interesse, auf den Ruf bzw. das Ansehen des Landes, und nicht zuletzt auf die Zufriedenheit und das Selbstbewusstsein der Landesbürger und -bürgerinnen selbst.

Dieses Image hängt dabei oft stark mit der Außenwahrnehmung des jeweiligen Landes zusammen, denn erst durch das wache Auge außenstehender Beobachter bzw. durch (internationale) Vergleiche können Stärken wie auch Schwächen eines Landes oder auch einer Region ausgemacht werden.

Ein solcher Beobachter nun hat mich kürzlich darauf aufmerksam gemacht, dass sich u.A. das Museum von Waterloo derzeit scheinbar in einem sehr schlechten Zustand befindet. Ohne seine Schilderungen persönlich überprüft zu haben, scheint es mir unerlässlich, Sie über diese Wahrnehmung der sowohl historisch als auch kulturell wertvollen Stätte zu informieren.

Vor dem Hintergrund, dass im Jahre 2015 die 200-jährige Jubiläumsfeier der Schlacht in Waterloo begangen wird, einem Ereignis mit bedeutenden Auswirkungen auf die Entstehungsgeschichte des heutigen Europas, besteht hier rechtzeitig Handlungsbedarf – auch und gerade wenn man bedenkt, dass zur 200-Jahrfeier sicherlich einige hochrangige nationale wie auch internationale Gäste das Museum besuchen werden.

Noch viel eher aber als die 200-Jahrfeier der Schlacht von Waterloo steht uns die EU-Ratspräsidentschaft bevor : Mitte bis Ende 2010. Und auch in diesem Zusammenhang werden sicher nicht wenige Staatsgäste wie auch individuelle Besucher die wichtigsten kulturellen und historischen Stätten unseres Landes aufsuchen und besichtigen wollen.

In diesem Zusammenhang möchte ich Ihnen folgende Fragen stellen :

1.Gibt es bereits eine Arbeitsgruppe oder einen strategischen Plan, die bzw. der die Vorbereitung der EU-Ratspräsidentschaft insbesondere unter oben genanntem Aspekt behandelt ?

2.Falls ja, inwiefern sind die Regionen und Gemeinschaften darin einbezogen ?

3.Falls es noch keine diesbezüglichen Initiativen geben sollte, gedenken Sie, auf föderaler Ebene initiativ zu werden, zum Beispiel über die föderalen Kultureinrichtungen oder in Zusammenarbeit mit den Regionen und Gemeinschaften ?

___________________________________________

Het imago van een land oefent een belangrijke invloed uit op de meest uiteenlopende domeinen: handel en economie, toerisme, externe betrekkingen van welke aard ook, de belangstelling op internationaal niveau (onder meer in de media), de reputatie of het prestige van het land, en vooral de tevredenheid en fierheid van de burgers zelf.

Dat imago is vaak afhankelijk van de perceptie die de buitenlander heeft van het land in kwestie, want het is slechts via de aandachtige buitenlandse waarnemers of (internationale) vergelijkingen dat de sterke en minder sterke punten van een land of een regio kunnen worden waargenomen.

Een dergelijke waarnemer heeft er onlangs mijn aandacht op gevestigd dat het museum van Waterloo zich momenteel in een erbarmelijke staat bevindt. Ik heb zijn beschrijving van de situatie weliswaar niet persoonlijk geverifieerd, maar het lijkt mij absoluut noodzakelijk u op de hoogte te brengen van het beeld dat deze historische en culturele gedenkplaats nalaat.

In het kader van de viering in 2015 van de tweehonderdste verjaardag van de slag van Waterloo, een gebeurtenis die belangrijke gevolgen heeft gehad voor het oprichtingsproces van het huidige Europa, moet er dringend worden opgetreden, vooral omdat men er rekening mee moet houden dat het museum tijdens die viering door heel wat hooggeplaatste binnen en buitenlandse vooraanstaande personen zal worden bezocht.

Het voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie is echter minder ver van ons verwijderd dan de tweehonderdste verjaardag van de slag van Waterloo: wij verzekeren dat voorzitterschap tijdens het tweede semester van het jaar 2010. Ook in dat kader zullen zowel officiële als individuele burgers belangrijke culturele en historische plaatsen in België willen bezoeken.

In dat verband wens ik u enkele vragen te stellen :

1. Bestaat er al een werkgroep of een strategisch plan voor de voorbereiding van het voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie, vooral in verband met het aspect dat ik heb beschreven?

2. Zo ja, in welke mate zullen de gewesten en gemeenschappen erbij worden betrokken?

3. Mochten er ter zake nog geen initiatieven genomen zijn, zult u dan een initiatief nemen op het federale niveau, bijvoorbeeld via de federale culturele instellingen of in samenwerking met de gewesten en de gemeenschappen?

Antwoord ontvangen op 13 oktober 2009 :

In antwoord op de vraag van het geachte lid, heb ik de eer hem volgende elementen mee te delen:

Het Voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie (EU) biedt een unieke opportuniteit om het imago van België te promoten en te valoriseren, om haar cultuur, geschiedenis en interne werking op de voorgrond te plaatsen. Verschillende werkgroepen waar federale instanties, gewesten en gemeenschappen in samenwerken werden opgericht ten einde dit doel te bereiken.

Zowel de gemeenschappen, gewesten en federale instanties zijn vertegenwoordigd in de « Follow-up Group » en de « Task Force », twee belangrijke groepen die werden opgericht in juli 2008. De Follow-up Group heeft als taak het opmaken van het programma van het Belgisch Voorzitterschap, evenals het superviseren van de volledige organisatie van dit gebeuren. De Task Force 2010 heeft als hoofddoel het Europese project toegankelijk en tastbaar te maken voor de burger. De culturele aspecten van het Belgisch Voorzitterschap worden hier besproken door vertegenwoordigers van de beleidscellen van de eerste minister, van de vice-eerste ministers, van de minister van Buitenlandse Zaken, van de staatssecretaris voor Europese Zaken, van de ministers-presidenten van de gemeenschappen en de gewesten en van de bevoegde administraties.

De Task Force 2010 staat in voor drie soorten acties: overleg met het middenveld, het informeren van het publiek en promotieacties, zoals culturele evenementen (tentoonstellingen,…) en niet-culturele evenementen (seminaries, colloquia,…). Initiatieven die worden ondernomen tijdens het Belgisch Voorzitterschap door publieke instanties, verenigingen of andere representatieve groepen van het middenveld kunnen onder bepaalde voorwaarden profiteren van het label « Belgisch Voorzitterschap 2010 », als hun objectieven betrekking hebben tot de promotie van Europa. De gemeenschappen en gewesten hebben ook oproepen gedaan tot projectvoorstellen via hun Internetsites. Deze culturele projecten worden vervolgens geëvalueerd volgens een aantal in de Task Force geïdentificeerde criteria. Een technische groep met betrekking tot de « openingsevenementen van het Voorzitterschap », die onder het toezicht staat van de Kanselarij en is samengesteld uit leden van de deelstaten en de federale overheid, staat in voor de uitwerking van het budget en het plannen van de openingsevenementen van het Voorzitterschap. De gemeenschappen en gewesten zullen zichtbaar zijn op de Internetsite van het Voorzitterschap om te communiceren over hun officiële activiteiten.

De federale Staat en de deelstaten slaan de handen dus in elkaar om het cultureel programma en het imagobeleid tijdens ons EU-Voorzitterschap voor te bereiden.