Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-4143

van Paul Wille (Open Vld) d.d. 17 augustus 2009

aan de staatssecretaris voor Mobiliteit, toegevoegd aan de Eerste minister

Nieuwe regelgeving luchtvaart - Rondvluchten - Uitzondering

luchtverkeer
luchtvervoer
verordening (EU)
burgerluchtvaart
luchtrecht

Chronologie

17/8/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 17/9/2009)
16/9/2009Antwoord

Vraag nr. 4-4143 d.d. 17 augustus 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Verordening (EEG) nr. 3922/91 van de Raad inzake de harmonisatie van technische voorschriften en administratieve procedures op het gebied van de burgerluchtvaart is op 16 januari 2007 gewijzigd. Een van die wijzigingen betreft naar verluidt de toevoeging van een nieuwe bijlage III met gemeenschappelijke voorschriften die van toepassing zijn op commercieel vervoer door de lucht met vliegtuigen: de zogenoemde EU-OPS .

Deze EU-OPS zal met ingang van 16 juli 2008 rechtstreeks van toepassing zijn binnen België en aldus in de plaats treden van een aantal nationale wettelijke voorschriften betreffende commerciële vluchtuitvoering.

Benadrukt wordt, dat EU-OPS ook van toepassing is op rondvluchten per vliegtuig.

Graag kreeg ik van de geachte minister een antwoord op de volgende vragen:

1. Bent u op de hoogte van het feit dat de EU-OPS-regels rondvluchtbedrijven in de problemen brengen?

2. Bent u het met me eens dat de exploitanten van kleinere vliegtuigen hiermee onnodig worden tegengewerkt bij het uitoefenen van hun werkzaamheden? Zo neen, kan u dit uitvoerig toelichten? Zo ja, kan u aangeven wat u eraan gaat doen?

3. Bent u bereid een uitzondering voor rondvluchtbedrijven voor EU-OPS te overwegen? Zo ja, welke maatregelen bent u bereid te nemen om de problematiek op te lossen, dan wel te verzachten? Zo nee, waarom niet?

Antwoord ontvangen op 16 september 2009 :

Ik ben inderdaad op de hoogte van het feit dat de nieuwe Europese regelgeving met betrekking tot de rondvluchten bijkomende lasten kan opleggen aan de bedrijven actief in deze sector. Desalniettemin bevat verordening (EEG) 3922/91 vereenvoudigde bepalingen voor de exploitanten van kleine vliegtuigen, zeker waar deze zich beperken tot VFR-vluchten (Visual Flight Rules). Deze bepalingen zijn adequaat voor het merendeel van de exploitanten, enkel in het geval dat rondvluchten niet meer dan een bijkomende en beperkte activiteit vormen voor een vliegclub of uitbater van luchtarbeid, kunnen zich problemen stellen.

Het is om deze reden dat het Directoraat- generaal Luchtvaart (DGLV) in november 2008, in toepassing van artikel 8.3 van verordening (EEG) 3922/91, een voorstel tot afwijkende regeling heeft ingediend.

In mei 2009 heeft de Europese Commissie om bijkomende preciseringen en een verdere uitwerking van het voorstel gevraagd. In samenwerking met vertegenwoordigers van de vliegclubs bereidt mijn administratie een antwoord voor.

Gezien het feit dat een afwijkende regelgeving enkel mits toestemming van de Europese Commissie mag toegestaan worden, werkt het DGLV aan het opstellen van een voorstel dat zowel voor de Commissie als voor de betrokkenen aanvaardbaar is.