Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-4141

van Paul Wille (Open Vld) d.d. 17 augustus 2009

aan de minister van KMO's, Zelfstandigen, Landbouw en Wetenschapsbeleid

Wetenschappelijk onderzoek - Openbare toegankelijkheid

wetenschappelijk onderzoek
toegang tot de informatie
wetenschappelijke pers
onderzoeksbeleid
sociale wetenschappen

Chronologie

17/8/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 17/9/2009)
16/9/2009Antwoord

Vraag nr. 4-4141 d.d. 17 augustus 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Wetenschappers die subsidie krijgen van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) moeten hun wetenschappelijke publicaties voor iedereen toegankelijk op internet te zetten. Dat vinden vooraanstaande Nederlandse bibliotheekdirecteuren en wetenschappers. De Nederlandse minister van Wetenschap, Pis het met hen eens.

NWO verdeelt 550 miljoen euro overheidsgeld per jaar en is in Nederland de belangrijkste financier van wetenschappelijk onderzoek. Alleen mensen die bij een universiteit werken, hebben toegang tot de publicaties. De uitgevers van wetenschappelijke tijdschriften staan publicatie op internet van de artikelen meestal niet toe.

Bas Savenije, algemeen directeur van de Koninklijke Bibliotheek (KB) in Den Haag, en daarvoor directeur van de Utrechtse Universiteitsbibliotheek: „Als gezondheidscentra en huisartsen mij vragen: 'Kunt u mij toegang geven tot de recente wetenschappelijke literatuur', moet ik ze vertellen dat de wetenschappelijke uitgevers ons dat niet toestaan. Het zou prachtig zijn als we ook patiëntenverenigingen toegang konden bieden." Savenije wil dat NWO aan haar subsidies de voorwaarde verbindt dat onderzoekspublicaties toegankelijk zijn. „Het is belastinggeld dat ze verdelen.".

Lex Bouter, medisch onderzoeker en nu rector magnificus van de Vrije Universiteit is het eens met deze stelling. Hij meent dat wat met publieke middelen is gefinancierd in het publieke domein moet terechtkomen.

NWO stelt de voorwaarde van openbare toegankelijkheid niet. In andere landen doen belangrijke onderzoeksfinanciers dat wel, onder meer de Amerikaanse National Institutes of Health . Ook de Europese Commissie en de European Research Council eisen openbaarheid. NWO laat weten „in principe positief tegenover open acces te staan".

Graag kreeg ik van de geachte minister een antwoord op de volgende vragen:

1) Vindt de minister het normaal dat uitgevers de publicatie op het internet verbieden van wetenschappelijk onderzoek dat al of niet deels met openbare middelen werd gefinancierd?

2) Wordt heden het principe van de openbare toegankelijkheid of "Open acces" systematisch opgelegd voor wetenschappelijk onderzoek dat vanuit de overheid wordt gesubsidieerd? Zo neen, geniet de overheid dan terugverdieneffecten vanuit de wetenschappelijke publicaties die hieruit voortvloeien en kan dit gedetailleerd worden besproken?

3) Is de minister het eens met het principe van de volledige openbare of "open acces" toegankelijkheid voor alle onderzoeken die gefinancierd worden met overheidsmiddelen? Zo ja, kan zij dit toelichten een aangeven of dit ook in ons land wordt geďmplementeerd? Zo neen, waarom niet en kan zij dit toelichten?

4) Is de minister veeleer voorstander van een beperkte openbare toegankelijkheid voor alle onderzoeken die gefinancierd worden met overheidsmiddelen? Zo ja, kan zij dit toelichten een aangeven of dit ook in ons land wordt geďmplementeerd? Zo neen, waarom niet en kan zij dit toelichten?

Antwoord ontvangen op 16 september 2009 :

Het geachte lid gelieve hierna het antwoord op zijn vraag te vinden.

Met de ondertekening van "Berlin Declaration on Open Acces to Knowledge in the Sciences dans Humanities" wil het Federaal Wetenschapsbeleid de "vrije toegang" tot wetenschappelijke kennis en cultureel erfgoed stimuleren via het web en daarom onderzoekt de mogelijkheid om, in overleg met de Gemeenschappen, een nationaal initiatief te nemen om de "open access" in ons land te bevorderen.

Voorst wordt een werkgroep binnen het Federaal Wetenschapsbeleid opgericht om de praktische (technische en juridische) problemen in verband met de implementatie van de Berlin verklaring op te lossen. Deze groep komt een eerste keer samen op 22 september 2009.