Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-3722

van Christine Defraigne (MR) d.d. 3 juli 2009

aan de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken

De Amerikaanse president Barack Obama - Toespraak in Caïro op 4 juni 2009 - Reacties

Verenigde Staten
staatshoofd
Egypte
officieel bezoek
Palestijnse kwestie
Palestina
Israël

Chronologie

3/7/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 7/8/2009)
25/11/2009Dossier gesloten

Heringediend als : schriftelijke vraag 4-5383

Vraag nr. 4-3722 d.d. 3 juli 2009 : (Vraag gesteld in het Frans)

De Amerikaanse president Barack Obama heeft begin juni 2009 aan de Universiteit van Caïro een lang verwachte toespraak gehouden. De redevoering heeft zowel binnen als buiten Egypte heel wat reacties opgewekt. De meeste waarnemers toonden zich tevreden, ook al vonden ze de toespraak nogal abstract; ze waardeerden de eerlijkheid, de duidelijkheid en de transparantie.

Hoewel de kwestie van de democratie werd aangekaart, werd geen verwijzing gemaakt naar autoritaire regimes of andere vormen van dictatuur. President Obama heeft evenmin gesproken over de rol van de civiele samenleving, over de machtswisseling of zelfs over de toestand van de oppositie.

In de passage over de Palestijnse zaak werd een van de belangrijkste punten onthuld: Hamas werd niet beschouwd als een terroristische organisatie, maar als een essentiële component van het Palestijnse volk, met verantwoordelijkheden die de organisatie op zich moet nemen en respecteren.

Wat is uw analyse van de toespraak en de concrete voorstellen die ze bevat? Klinkt de toespraak, los van de wil van president Obama om de dialoog met de moslimwereld opnieuw aan te knopen, niet wat hol, door het gebrek aan voorstellen of engagementen vanwege de Amerikaanse regering?

Moet de toespraak de Europeanen niet motiveren om de culturele en politieke banden met de moslimlanden te verdiepen?