Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-3173

van Paul Wille (Open Vld) d.d. 17 maart 2009

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen

Kredietcrisis - Cross-border-lease - Terugdraaien van de fiscale voordelen - Gevolgen van de implosie van de verzekeraar AIG

internationale financiën
kapitaalbeweging
overheid
overheidsbedrijf
belastingaftrek
Verenigde Staten
financieel verlies
kredietverzekering
postdienst
Proximus
Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
financieel instrument
overheidsfinanciën
overheidsfinanciering
kredietinstelling
kredietgarantie
krediet
internationaal krediet
obligatie
financiële solvabiliteit
deelneming
economische recessie
verzekeringsmaatschappij
monetaire crisis
kredietrating

Chronologie

17/3/2009Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 16/4/2009)
3/4/2009Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3174
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-3175

Vraag nr. 4-3173 d.d. 17 maart 2009 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Graag wens ik u te bevragen naar aanleiding van een artikel in het Duitse blad Der Spiegel over de forse schade die vele Duitse overheden heden leiden door cross-border-lease-constructies met de Verenigde Staten, nu de Amerikaanse Staat de fiscale voordelen van deze constructies terugdraait en de verzekeraar AIG (partij in vele contracten) een "dramatische" val in haar kredietrating heeft gemaakt. Bovendien zouden deze transacties retroactief worden teruggedraaid wat zo mogelijk een nog grotere impact zal hebben op de overheden en de overheidsbedrijven die hieraan mee werkten.

Ik had dan ook volgende vragen :

1) Heeft u kennisgenomen van het feit dat vele Duitse overheden forse schade leiden door cross-border-lease-constructies met de Verenigde Staten ?

2) Voor hoeveel geld hebben Belgische federale entiteiten, overheidsbedrijven zoals de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS) en deelnemingen waarin de federale overheid een meerderheidsbelang heeft, respectievelijk dergelijke constructies aangegaan en kan de bevoegde minister of Staatssecretaris de totaalbedragen geven per overheid en per overheidsbedrijf ?

3) Welke risico's lopen deze overheden en deze overheidsbedrijven nu de Amerikaanse Staat de fiscale voordelen van de constructies met terugwerkende kracht terugdraait ? Kan de geachte minister of Staatsecretaris dit expliciet per entiteit, overheid of overheidsbedrijf aangeven ?

4) Welke risico's lopen deze overheden nu onder andere de Amerikaanse verzekeraar AIG - partij in vele contracten - een dramatische val in haar kredietrating heeft gezien en dus veel partijen buiten de Verenigde Staten additionele zekerheden moeten verschaffen ? Is ook aan onze overheid en/of het desbetreffende overheidsbedrijf en/of de desbetreffende participatiemaatschappij of entiteit en/of deelnames met een meerderheidsbelang gevraagd additionele zekerheden te verschaffen ?

5) Klopt mijn informatie als zou vooral de NMBS mogelijks zwaar getroffen zijn ? Zo neen, kan de geachte minister aangeven hoe dit komt alsook aangeven welke de maximale schade voor de NMBS zal zijn, rekening houdende met steeds verslechterende kredietmarkt en de situatie van onder meer AIG ?

Antwoord ontvangen op 3 april 2009 :

Ik heb de eer het geachte lid mee te delen dat het onderwerp van de vraag onder de bevoegdheid valt van de vice-eerste minister en minister van Ambtenarenzaken, Overheidsbedrijven en Institutionele Hervormingen.