Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-243

van Geert Lambert (SP.A-SPIRIT) d.d. 24 januari 2008

aan de minister van Ontwikkelingssamenwerking

Extractive Industry Transparency Initiative - Ontwikkelingssamenwerking - Verplichte voorwaarde

ontwikkelingshulp
internationale samenwerking
bilaterale betrekking
grondstof

Chronologie

24/1/2008Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 28/2/2008)
28/2/2008Antwoord

Vraag nr. 4-243 d.d. 24 januari 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Het Extractive Industry Transparency Initiative (EITI) wil transparantie brengen in de grondstoffenindustrie doordat ondernemingen publiek zullen maken wat ze aan de regering betalen en de regering vervolgens bekendmaakt wat zij met dat bedrag zal aanvangen. Dit initiatief kan dan ook beschouwd worden als een element van goed bestuur.

Graag vernam ik van de geachte minister of België het meewerken van partnerlanden aan EITI zal hanteren als een voorwaarde voor zijn ontwikkelingssamenwerking?

Antwoord ontvangen op 28 februari 2008 :

De wet van 25 mei 1999 betreffende de Belgische internationale samenwerking bepaalt dat de directe bilaterale samenwerking zich richt op maximum vijfentwintig landen of regionale organisaties van landen. De selectie van de partnerlanden wordt vastgelegd door een in de Ministerraad overlegd koninklijk besluit. De wet van 1999 bevat zeven criteria voor de keuze van de partnerlanden van de directe bilaterale samenwerking : de graad van armoede; de ervaring van de Belgische internationale samenwerking met het betrokken land; de inspanningen die het partnerland levert met het oog op zijn socio-economische ontwikkeling; het principe van goed bestuur; de aanwezigheid van een crisissituatie in het partnerland; de graad van regionale integratie van het partnerland; de aanwezigheid van een beleid gericht op gelijke kansen.

Het aantal partnerlanden van de Belgische directe bilaterale ontwikkelingssamenwerking werd in het najaar van 2003 teruggebracht van vijfentwintig tot achttien. De uitgangspunten die in acht werden genomen bij de keuze van die achttien landen waren de volgende : de lijst van de vijfentwintig partnerlanden; absolute prioriteit aan de Democratische Republiek Congo (DRC), Rwanda en Burundi; de armoedegraad in de betrokken landen; de wil om in elk continent waar de Belgische ontwikkelingssamenwerking actief was een aanwezigheid te behouden.

Op basis van deze uitgangspunten en van een evaluatie door de directie generaal Ontwikkelingssamenwerking van de samenwerking met de vijfentwintig partnerlanden in de periode 1998-2003, legde de Ministerraad van 7 november 2003 de huidige lijst van partnerlanden vast : Democratische Republiek Congo, Rwanda, Burundi, Oeganda, Tanzania, Zuid-Afrika, Mozambique, Palestina, Marokko, Algerije, Benin, Niger, Senegal, Mali, Vietnam, Peru, Ecuador en Bolivia.

Zoals door het geachte lid wordt gesteld is het Extractive Industry Transparency Initiative (EITI) een belangrijk proces waaraan België financieel bijdraagt door een toelage aan het Trust-Fund van de Wereldbank. Het EITI ondersteunt de verbetering van de governance in landen die rijk zijn aan grondstoffen (olie, gas en mineralen). Gelet op het feit dat heel wat ontwikkelingslanden ook arm aan grondstoffen zijn, kan de medewerking van het partnerland aan EITI niet als een voorwaarde worden gesteld voor de Belgische ontwikkelingssamenwerking.