Tweetalige printerversie Eentalige printerversie

Schriftelijke vraag nr. 4-239

van Geert Lambert (SP.A-SPIRIT) d.d. 24 januari 2008

aan de minister van Buitenlandse Zaken

Protect America Act - Privacy van de Belgische burgers

eerbiediging van het privé-leven
Verenigde Staten
telefoon- en briefgeheim
spionage
geheime dienst
internet

Chronologie

24/1/2008Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 28/2/2008)
12/3/2008Antwoord

Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 4-240

Vraag nr. 4-239 d.d. 24 januari 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Begin augustus 2007 keurde het Amerikaanse parlement de Protect America Act over het afluisteren en onderscheppen van e-mails goed. Daardoor kunnen Amerikaanse geheime diensten inlichtingen uit het buitenland inzamelen zonder daarvoor eerst toestemming van een rechtbank te moeten krijgen. Tot dan was een bevelschrift van een rechter nodig om internationale internetcommunicatie die via Amerikaanse netwerken passeert in de Verenigde Staten zelf te onderscheppen.

Deze wet is in beginsel van kracht tot 1 februari 2008, maar afluisterprogramma’s die onder de Protect America Act goedgekeurd worden, blijven één jaar geldig. Met andere woorden, zelfs als deze wet niet vóór februari 2008 verlengd wordt, blijven de afluisterprogramma’s die één dag voor het verstrijken van de wet zijn goedgekeurd nog een jaar lopen.

Deze Protect America Act lijkt te kunnen ingrijpen in de privacy van de Belgische burger. Ik vernam dan ook graag van de geachte minister wat de Belgische regering hiertegen onderneemt, zowel op bilateraal vlak als in EU-verband?

Antwoord ontvangen op 12 maart 2008 :

Ik verwijs vooreerst naar het antwoord van collega Jo Vandeurzen, minister van Justitie op schriftelijke vraag nr. 4-240, dat over hetzelfde onderwerp handelt.

Op bilateraal vlak vonden over deze kwestie geen specifieke contacten tussen ons land en de Verenigde Staten van Amerika (VSA) plaats.

De bescherming van fundamentele rechten, en meer bepaald de eerbiediging van de privacy, vormt echter een voortdurende zorg van ons land in het kader van het wetgevende werk van de Europese Unie (EU) en van de internationale relaties in het algemeen.

Het thema gegevensbescherming maakt aldus het voorwerp uit van een regelmatige dialoog in de relaties tussen de EU en de VSA. De uitwisseling van informatie en de noodzakelijke bescherming van persoonsgegevens stonden derhalve op de agenda van de ministeriële Trojka die op 10 en 11 december 2007 te Washington plaatsvond. Dit werd opgevolgd tijdens de EU-VS Informele « Justitie en Binnenlandse Zaken » op niveau van hoge ambtenaren te Ljubljana op 9 en 10 januari 2008, die ook de voorbereiding vormde van de EU-US ministeriële Trojka die op 13 maart 2008 gepland is.

Een speciale werkgroep « EU-US High Level Contact Group on information sharing and data protection » (HLCG) werd overigens opgericcht om gezamenlijk principes te onderzoeken die de uitwisseling van informatie op vlak van binnenlandse veiligheid enerzijds en de bescherming van persoonsgegevens en privacy anderzijds regelen. De resultaten van de werkzaamheden van deze groep zullen tijdens de vergadering tussen de ministeriële EU-Trojka en de VSA van 13 maart 2008 onderzocht worden.

De EU wordt op deze gelegenheden normaal gezien vertegenwoordigd door het voorzitterschap en de Europese Commissie. België blijft de voorbereiding en opvolging van deze dialoog nauwgezet opvolgen.