Veroordeelden - Seksuele delicten - Herstel in eer en rechten
strafverjaring
pedofilie
officiële statistiek
strafblad
strafsanctie
seksueel misdrijf
seksueel geweld
minderjarigheid
1/10/2008 | Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 30/10/2008) |
28/10/2008 | Antwoord |
17/12/2008 | Aanvullend antwoord |
In het Wetboek van strafvordering werden een aantal voorzorgen genomen om recidive efficiënter te bestrijden bij seksueel misbruik en geweld ten aanzien van minderjarigen. Wanneer een particulier een uittreksel uit het strafregister aanvraagt om toegang te krijgen tot een activiteit waarbij men vaak in contact komt met minderjarigen moet op dat uittreksel melding gemaakt worden van dergelijke feiten. Daarnaast is er bij een aanvraag tot eerherstel een advies nodig van een dienst die gespecialiseerd is in de begeleiding of de behandeling van seksuele delinquenten, wanneer betrokkene veroordeeld is voor aanranding van de eerbaarheid, verkrachting of zedenfeiten ten aanzien van minderjarigen.
Uit het antwoord op mijn mondelinge vraag nr. 4-337 (Handelingen nr. 4-33 van 5 juni 2008, blz. 26) blijkt dat de FOD Justitie niet over de nodige informatie beschikt om na te gaan of er sinds de invoering van het verplichte advies van een gespecialiseerde dienst eerherstel werd verleend voor seksuele delicten ten aanzien van minderjarigen. Alleen de diensten van eerherstel bij de parketten zouden de gevraagde informatie kunnen geven.
Daarom volgende vragen :
- Hoeveel vragen tot herstel in eer en rechten van pedofielen zijn er al geweest, met andere woorden, hoeveel keer werd het advies van een dienst die gespecialiseerd is in de begeleiding of de behandeling van seksuele delinquenten gevraagd tijdens de procedures voor herstel in eer en rechten sinds de inwerkingtreding van de wet in 2001 ?
- Hoeveel keer werd een positief en hoeveel keer een negatief advies gegeven ?
- Hoeveel keer werd dergelijk advies niet gevolgd in het uiteindelijke arrest ?
De gegevens nodig om te antwoorden op de vraag werden opgevraagd aan de bevoegde instanties. Het resultaat hiervan zal later worden medegedeeld.
Het openbaar ministerie beschikt niet over geïnformatiseerde statistieken waarmee dit soort vragen kan worden beantwoord. De statistische analisten van het College van procureurs-generaal hebben aangegeven dat ze niet in staat waren om nuttige informatie te leveren, aangezien de aanvragen tot herstel in eer en rechten op verschillende manieren in het systeem "niet-strafrechtelijke zaken" worden ingevoerd.
Om deze vragen te beantwoorden, moeten de gegevens, volgens de procureur-generaal van Luik, niet manueel worden opgevraagd. De beschikbaarheid en werkefficiëntie van het administratieve personeel moeten immers worden gegarandeerd. Bovendien ziet het er, gezien de logheid van de op te starten operaties, naar uit dat deze praktijk zowel een andere behandeling van de verzamelde gegevens volgens de arrondissementen en rechtsgebieden tot gevolg zou hebben, als een gebrek aan uniformiteit waardoor de antwoorden ongeldig zouden worden.
Bij een vorige vraag hadden enkele parketten evenwel verzamelde gegevens meegedeeld over het herstel in het algemeen (niet gericht op daders van misdrijven van seksuele aard). Hun antwoorden werden in bijgevoegde tabellen opgenomen.
TABEL 1 Aantal dossiers betreffende herstel in eer en rechten
|
2004 |
2005 |
2006 |
Antwerpen |
- |
- |
- |
Brussel |
1433 |
1440 |
1403 |
Gent |
824 |
807 |
856 |
Luik |
- |
- |
- |
Bergen |
- |
- |
- |
TABEL2 Aantal gunstige beslissingen in Gent
Gent |
Gunstige beslissingen |
2004 |
372 |
2005 |
355 |
2006 |
370 |
TABEL 3 Aantal verslagen PG en intrekkingen en seponeringen in Brussel
Brussel |
Verslagen PG |
Intrekkingen + serponeringen |
2004 |
255 |
287 |
2005 |
268 |
393 |
2006 |
354 |
385 |