Waterschade - Landbouwers - Vergoedingen.
4/3/2002 | Verzending vraag (Einde van de antwoordtermijn: 5/4/2002) |
12/3/2002 | Antwoord |
12/3/2002 | Beslissing niet publicatie |
Verwijzing naar een latere vraag : schriftelijke vraag 2-1992
Naar aanleiding van de stortbuien op 13, 14 en 15 september 1999 doen zich klaarblijkelijk enkele problemen voor.
Een aantal landbouwers kreeg vanuit de provinciale diensten een expert op bezoek die bepaalde dat zij rampschade hadden geleden en hiervoor een vergoeding zouden ontvangen. Zo ontvingen zij allen een brief waarin stond : "aangezien u de door u geleden schade reeds volledig hersteld hebt, zal de nationale kas voor rampenschade u eerstdaags betalen, tenzij de bevoegde minister bezwaar maakt".
De minister van Verkeer en Infrastructuur maakte echter geen bezwaar en de landbouwers ontvingen hun vergoeding.
De bevoegde federale minister maakte achteraf echter wel bezwaar. Deze steunde zich op een studie die aantoonde dat de geleden schade niet het gevolg kan zijn van de regenbuien tijdens die drie dagen, maar een onrechtstreeks gevolg vormt van het feit dat er tijdens die periode niet geoogst kon worden.
Het Hof van beroep deed dan ook de uitspraak dat de ontvangen vergoedingen moeten terugbetaald worden.
Deze uitgekeerde vergoedingen zijn echter geherinvesteerd in nieuwe gewassen.
Bovendien is de landbouw een sector in crisis.
Graag zou ik van de Minister het volgende vernemen :
1. Waarom wordt het 'niet kunnen oogsten door regenbuien' niet weerhouden als rechtstreekse schade door regenbuien ? De schade is immers even groot.
2. Is er een mogelijkheid om in de toekomst dergelijke problemen te voorkomen ?
3. Is er een mogelijkheid om de getroffen landbouwers te ondersteunen ?
Tekst nog niet beschikbaar.