SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2015-2016 Zitting 2015-2016
________________
2 février 2016 2 februari 2016
________________
Question écrite n° 6-818 Schriftelijke vraag nr. 6-818

de Patrick Prévot (PS)

van Patrick Prévot (PS)

au vice-premier ministre et ministre de l'Emploi, de l'Economie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur

aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel
________________
Allocation de garantie de revenus (AGR) - Travailleurs à temps partiel - Réduction de l'allocation - Nombre d'allocataires concernés - Chiffres Inkomensgarantie-uitkering (IGU) - Deeltijdse werknemers - Verlaging van de uitkering - Aanal betrokken uitkeringstrekkers - Cijfers 
________________
travail à temps partiel
garantie de revenu
assurance chômage
revenu minimal d'existence
deeltijdarbeid
inkomensgarantie
werkloosheidsverzekering
minimumbestaansinkomen
________ ________
2/2/2016Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 3/3/2016)
6/6/2016Antwoord
2/2/2016Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 3/3/2016)
6/6/2016Antwoord
________ ________
Question n° 6-818 du 2 février 2016 : (Question posée en français) Vraag nr. 6-818 d.d. 2 februari 2016 : (Vraag gesteld in het Frans)

Les travailleurs à temps partiel, et, donc, qui chôment aussi à temps partiel, peuvent, sous certaines conditions, bénéficier pour leur partie chômage d'une allocation de garantie de revenu (AGR). Le gouvernement a pris une mesure visant à réduire cette allocation et soumettre les travailleurs à temps partiel qui en bénéficient au contrôle de disponibilité pour les amener à chercher un temps plein.

Selon mes informations, après négociation avec les organisations syndicales, cette règle a été adoucie de manière telle que l'exigence de disponibilité s'appliquerait à beaucoup moins de travailleurs.

Ces dispositions ont évidemment une influence sur les entités fédérées qui sont compétentes pour contrôler cette disponibilité.

C'est un fait : l'allocation d'intégration de revenu a bel et bien été revue à la baisse : abaissement du plafond d'accès, modulation familiale, prise en compte des bonus emploi et une réduction de 50 % prévue de l'allocation de l'AGR après deux ans.

L'Office national de l'emploi (ONEm) avance des données chiffrées : 41 068 personnes percevraient une allocation de garantie de revenu et la disponibilité active ne toucherait que 12 % d'entre-eux.

Il convient en effet de distinguer la disponibilité active de la disponibilité adaptée (après négociation, et dont les modalités sont encore à préciser) et de la disponibilité passive (travailleurs de plus de cinquante-cinq ans).

Disposez- vous de a et ventilées par Région par rapport aux travailleurs concernés par ces mesures du gouvernement ?

 

Deeltijdse werknemers, die dus deeltijds werkloos zijn, kunnen onder bepaalde voorwaarden voor hun aandeel werkloosheid een inkomensgarantie-uitkering (IGU) krijgen. De regering heeft een maatregel genomen die ertoe strekt deze uitkering te verlagen en de deeltijdse werknemers die deze uitkering krijgen, te onderwerpen aan een beschikbaarheidscontrole om hen ertoe aan te zetten voltijds werk te zoeken.

Ik heb vernomen dat deze maatregel, na overleg met de vakbondsorganisaties, werd versoepeld, zodat de beschikbaarheidsvereiste van toepassing zou zijn op veel minder werknemers.

Deze bepalingen hebben uiteraard een invloed op de deelgebieden, die bevoegd zijn voor de controle van deze beschikbaarheid.

De inkomensgarantie-uitkering werd wel degelijk verlaagd: verlaging van de toegangsdrempel, gezinsmodulering, het in aanmerking nemen van de werkbonus en een geplande halvering van de IGU-uitkering na twee jaar.

De Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA) schuift cijfergegevens naar voren: 41.068 personen zouden een inkomensgarantie-uitkering ontvangen en de actieve beschikbaarheid zou betrekking hebben op slechts 12% van deze personen.

Er moet immers een onderscheid worden gemaakt tussen de actieve beschikbaarheid en de aangepaste beschikbaarheid (na onderhandeling, en waarvan de modaliteiten nog moeten worden gepreciseerd) en de passieve beschikbaarheid (werknemers ouder dan vijfenvijftig jaar).

Beschikt u over aangepaste en per Gewest uitgesplitste cijfergegevens over de werknemers die betrokken zijn bij deze regeringsmaatregelen?

 
Réponse reçue le 6 juin 2016 : Antwoord ontvangen op 6 juni 2016 :

L’estimation effectuée par l'Office national de l'emploi (ONEm) de 4 859 personnes avec une disponibilité active peut être confirmée. Cela correspond effectivement à 12 % d’un total de 41 068 travailleurs à temps partiel avec maintien de droits et AGR. La ventilation par région (domicile) est la suivante :

Personnes

Région flamande

Région wallonne

Région de Bruxelles-Capitale

Pays

Personnes en disponibilité passive

4 218

1 805

552

6 575

Personnes en disponibilité adaptée

13 997

12 172

3 465

29 634

Personnes en disponibilité active (1)

2 146

2 007

706

4 859

Travailleurs à temps partiel avec maintien de droits et allocation de garantie de revenus (2)

20 361

15 984

4 723

41 068

Part des personnes en disponibilité active par rapport au nombre de travailleurs avec maintien de droit et AGR (1)/(2)

11 %

13 %

15 %

12 %

En pratique, c’est au 1er septembre 2016 que le contrôle de cette disponibilité active des travailleurs à temps partiel avec maintien de droits et allocation de garantie de revenus passera aux Régions (voir à ce point l’arrêté royal du 14 décembre 2015 modifiant les articles 56 et 58 de l’arrêté royal du 25 novembre 2015 portant réglementation du chômage et insérant les articles 36/1 à 36/11, 56/1 à 56/6 et 58/1 à 58/12 dans le même arrêté, Moniteur belge du 23 décembre 2015).

De raming van 4 859 personen met een actieve beschikbaarheid, die werd uitgevoerd door de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening (RVA) kan bevestigd worden. Dit stemt inderdaad overeen met 12 % van het totaal van 41 068 deeltijdse werknemers met behoud van rechten met IGU. De verdeling per gewest (woonplaats) is als volgt :

Personen

Vlaams Gewest

Waals Gewest

Brussels Hfdst. Gew.

Land

Passieve beschikbaarheid

4 218

1 805

552

6 575

Aangepaste beschikbaarheid

13 997

12 172

3 465

29 634

Actieve beschikbaarheid (1)

2 146

2 007

706

4 859

Deeltijdse werknemers met behoud van rechten en IGU (2)

20 361

15 984

4 723

41 068

Aandeel actieve beschikbaarheid t.o.v. het aantal werknemers met behoud van rechten en IGU=(1)/(2)

11 %

13 %

15 %

12 %

In de praktijk wordt de controle op de actieve beschikbaarheid van de deeltijdse werknemers met behoud van rechten met IGU vanaf 1 september 2016 overgedragen naar de Gewesten (zie hiertoe het koninklijk besluit van 14 december 2015 tot wijziging van de artikelen56 en 58 van het koninklijk besluit van 25 november 1991 houdende de werkloosheidsreglementering en tot invoeging van de artikelen 36/1 tot 36/11, 56/1 tot 56/6 en 58/1 tot 58/12 in hetzelfde besluit, Belgisch Staatsblad van 23 december 2015).