SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2018-2019 Zitting 2018-2019
________________
17 janvier 2019 17 januari 2019
________________
Question écrite n° 6-2255 Schriftelijke vraag nr. 6-2255

de Christie Morreale (PS)

van Christie Morreale (PS)

au vice-premier ministre et ministre de l'Emploi, de l'Economie et des Consommateurs, chargé du Commerce extérieur, de la Lutte contre la pauvreté, de l'Egalité des chances et des Personnes handicapées

aan de vice-eersteminister en minister van Werk, Economie en Consumenten, belast met Buitenlandse Handel, Armoedebestrijding, Gelijke kansen en Personen met een beperking
________________
Rapport d'information concernant le suivi de la mise en œuvre de la Plateforme d'action de la 4e Conférence mondiale des Nations unies sur les femmes (Pékin) (n° 6-97/1 à 5) - Suivi - Conférence interministérielle Égalité des genres - État des lieux Informatieverslag betreffende de opvolging van de toepassing van het Actieplatform van de Vierde VN-Wereldvrouwenconferentie van Peking (Stuk Senaat nr 6-97/1 tot 5) - Opvolging - Interministeriële conferentie gendergelijkheid - Stand van zaken 
________________
intégration des questions d'égalité entre les hommes et les femmes
suivi rapport d'information
égalité homme-femme
condition féminine
Conférence interministérielle
gendermainstreaming
opvolging informatieverslag
gelijke behandeling van man en vrouw
positie van de vrouw
Interministeriële Conferentie
________ ________
17/1/2019Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 21/2/2019)
4/3/2019Antwoord
17/1/2019Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 21/2/2019)
4/3/2019Antwoord
________ ________
Herindiening van : schriftelijke vraag 6-1809 Herindiening van : schriftelijke vraag 6-1809
________ ________
Question n° 6-2255 du 17 janvier 2019 : (Question posée en français) Vraag nr. 6-2255 d.d. 17 januari 2019 : (Vraag gesteld in het Frans)

L'égalité des hommes et des femmes est un droit humain fondamental et transversal. Au fil des années, de très nombreuses initiatives ont vu le jour aux niveaux international, européen, belge et des entités fédérées. La quatrième Conférence mondiale des Nations unies sur les femmes, qui s'est tenue à Pékin du 4 au 15 septembre 1995 et lors de laquelle une déclaration et un programme d'action ont été approuvés à l'unanimité, constitue une étape majeure. Ces documents servent de base à la politique d'émancipation dans le monde et sont le point de départ d'une évaluation quinquennale de la situation des femmes. En mars 2015, une nouvelle évaluation eut lieu, vingt ans après la quatrième Conférence mondiale des Nations unies sur les femmes. Dans ce cadre, le Sénat a établi un rapport d'information concernant le suivi de la mise en œuvre de la Plateforme d'action de la quatrième Conférence mondiale des Nations unies sur les femmes (Pékin) (doc. Sénat, n° 6-97/1 à 5).

Dans le cadre de ces recommandations, le Sénat demandait que le Comité de concertation désigne une conférence interministérielle (CIM) chargée de veiller à la cohérence des politiques mises en œuvre en matière d'égalité des genres (doc. Sénat, n° 6-97/2, p. 78). Cette CIM pouvait également être un forum d'échange des bonnes pratiques et examiner les effets des politiques menées.

L'ensemble de ces questions relève de la compétence du Sénat dans la mesure où elles concernent une matière fédérale qui a une influence sur les compétences des entités fédérées en matière d'égalité des chances, de droit des femmes, etc.

Pouvez-vous faire le point sur l'état d'avancement de cette recommandation ? Combien de Conférences interministérielles ont eu lieu depuis la publication de cette recommandation ? Pourriez-vous nous faire état de leur contenu ?

 

De gelijkheid van mannen en vrouwen is een fundamenteel en transversaal mensenrecht. In de loop der jaren zijn op internationaal, Europees, federaal en deelstatelijk niveau tal van initiatieven genomen. Tijdens de Vierde VN-Wereldvrouwenconferentie, die in Peking werd gehouden van 4 tot 15 september 1995, werden eenparig een verklaring en een actieprogramma goedgekeurd en dat was een beslissende stap. Die documenten vormen de basis voor het wereldwijd emancipatiebeleid en zijn het vertrekpunt voor een vijfjaarlijkse evaluatie van de situatie van vrouwen. In maart 2015 heeft een nieuwe evaluatie plaatsgevonden, twintig jaar na de Vierde VN-Wereldvrouwenconferentie. Binnen dat kader maakte de Senaat een informatieverslag betreffende de opvolging van de toepassing van het Actieplatform van de Vierde VN-Wereldvrouwenconferentie van Peking (Stuk Senaat nr 6-97/1 tot 5).

In het kader van die aanbevelingen vroeg de Senaat het Overlegcomité in te schakelen teneinde een Interministeriële Conferentie (IMC) voor gelijke kansen te installeren, die aandacht heeft voor beleidscoherentie voor gendergelijkheid (Stuk Senaat nr 6-97/2 p. 78). Die IMC zou ook een forum kunnen zijn voor de uitwisseling van good practices en zou de gevolgen van het gevoerde beleid kunnen onderzoeken.

Al deze vragen behoren tot de bevoegdheid van de Senaat omdat ze betrekking hebben op een federale materie die van invloed is op de bevoegdheden van de deelstaten op het gebied van gelijke kansen, vrouwenrechten, enz.

Kunt u een stand van zaken opmaken over deze aanbeveling? Hoeveel interministeriële conferenties zijn er al geweest sinds de publicatie van deze aanbeveling? Waarover gingen ze?

 
Réponse reçue le 4 mars 2019 : Antwoord ontvangen op 4 maart 2019 :

Les questions d’égalité de genre n’ont pas été abordées lors de conférences interministérielles depuis l’adoption de la recommandation du Sénat dans le cadre de son rapport d'information concernant le suivi de la mise en œuvre de la Plateforme d'action de la quatrième Conférence mondiale des Nations unies sur les femmes. Néanmoins, en juin 2013, la conférence interministérielle « Intégration dans la société » avait approuvé la mise à jour du plan d’action national de lutte contre la violence entre partenaires et d’autres formes de violences intrafamiliales 2010-2014.

D’autre part, le plan d’action national de lutte contre toutes les formes de violence basées sur le genre (PAN) 2015-2019, élaboré par les ministres fédéraux, communautaires et régionaux concernés a été adopté en décembre 2015. Ce PAN 2015-2019 s’inscrit dans la logique de la Convention du Conseil de l'Europe pour la prévention et la lutte contre la violence à l'égard des femmes et la violence domestique. Il a pour objectif de mener une politique cohérente et coordonnée où l’Etat fédéral, les Communautés et les Régions collaborent étroitement afin de mettre en œuvre 235 mesures concrètes de lutte contre la violence entre partenaires, la violence sexuelle, les mutilations génitales féminines, les mariages forcés, les violences liées à l’honneur et la prostitution. Le rapport intermédiaire de mise en œuvre du PAN a été transmis au Parlement le 11 juin 2018.

En ce qui concerne le suivi de la quatrième Conférence mondiale des Nations unies sur les femmes, la Belgique prépare actuellement un rapport national d’examen des progrès accomplis, en vue du 25ème anniversaire de la Déclaration et du Programme d’action de Beijing en 2020 (Beijing+25).

Sinds de goedkeuring van de aanbeveling van de Senaat in het informatief rapport van de Senaat over de follow-up van de tenuitvoerlegging van het Actieplatform van de Vierde Wereldvrouwenconferentie van de Verenigde Naties, zijn de gendergelijkheidskwesties niet meer aan de orde gekomen op interministeriële conferenties. In juni 2013 had de interministeriële conferentie "Integratie in de samenleving" de actualisering van het Nationaal Actieplan ter bestrijding van partnergeweld en andere vormen van intrafamiliaal geweld 2010-2014 evenwel goedgekeurd.

Bovendien werd het Nationaal Actieplan ter bestrijding van alle vormen van gendergerelateerd geweld (NAP) 2015-2019, dat werd opgesteld door de betrokken federale, gemeenschaps- en gewestministers, in december 2015 aangenomen. Dit NAP 2015-2019 ligt in de lijn van het Verdrag van de Raad van Europa inzake de preventie en bestrijding van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld. De doelstelling is om een coherent en gecoördineerd beleid te voeren waarin de federale staat, de gemeenschappen en de gewesten nauw samenwerken om 235 concrete maatregelen uit te voeren ter bestrijding van partnergeweld, seksueel geweld, vrouwelijke genitale verminking, gedwongen huwelijken, eergerelateerd geweld en prostitutie. Het tussentijds verslag over de uitvoering van het NAP werd op 11 juni 2018 naar het Parlement verzonden.

Wat de follow-up van de Vierde Wereldvrouwenconferentie van de Verenigde Naties betreft, bereidt België momenteel een nationaal rapport voor over de geboekte vooruitgang bij de uitvoering, met het oog op de 25ste verjaardag van de Verklaring en het Actieprogramma van Beijing in 2020 (Beijing+25).