SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2017-2018 Zitting 2017-2018
________________
9 novembre 2017 9 november 2017
________________
Question écrite n° 6-1642 Schriftelijke vraag nr. 6-1642

de Martine Taelman (Open Vld)

van Martine Taelman (Open Vld)

au vice-premier ministre et ministre de la Sécurité et de l'Intérieur, chargé de la Régie des bâtiments

aan de vice-eersteminister en minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, belast met de Regie der gebouwen
________________
Boutiques en ligne malhonnêtes - Lutte - Blocage des services de paiement - Initiatives en Belgique - Chiffres Malafide webshops - Bestrijding - Blokkeren van de betaaldiensten - Initiatieven in België - Cijfers 
________________
commerce électronique
site internet
criminalité informatique
fraude
services financiers
elektronische handel
internetsite
computercriminaliteit
fraude
financiële diensten
________ ________
9/11/2017Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 14/12/2017)
9/12/2018Dossier gesloten
9/11/2017Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 14/12/2017)
9/12/2018Dossier gesloten
________ ________
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1641
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1643
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1641
Ook gesteld aan : schriftelijke vraag 6-1643
________ ________
Question n° 6-1642 du 9 novembre 2017 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 6-1642 d.d. 9 november 2017 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Aux Pays-Bas, la justice s'est lancée dans la lutte contre les boutiques en ligne douteuses. Dès que la police a reçu trois plaintes contre un magasin pour escroquerie sur internet, les services de paiement sont avertis. Ceux-ci peuvent bloquer les comptes des boutiques en question et éviter ainsi de faire grossir le nombre de victimes.

Actuellement, ce travail se fait en collaboration avec douze service de paiement et le ministère public pour empêcher les paiements via, par exemple, iDeal, sans attendre l'ouverture d'une enquête judiciaire. L'objectif est clairement que les services entreprennent eux-mêmes des actions après l'information transmise par la police, indépendamment de l'enquête judiciaire.

Quant au caractère transversal de la question : les différents gouvernements et maillons de la chaîne de sécurité se sont accordés sur les phénomènes qui doivent être traités en priorité au cours des quatre prochaines années. Ceux-ci sont définis dans la Note-cadre de Sécurité intégrale et dans le Plan national de sécurité pour la période 2016-2019 et ont fait l'objet d'un débat lors d'une Conférence interministérielle à laquelle les acteurs de la police et de la justice ont également participé. La cybercriminalité est une des priorités transversales.

J'aimerais dès lors vous poser les questions suivantes :

1) Que pensez-vous de l'initiative lancée par la justice néerlandaise, à savoir, à partir du moment où au minimum trois plaintes ont été introduites pour escroquerie sur internet, de signaler ces faits préventivement aux services de paiement en vue de bloquer temporairement le compte de la boutique en ligne douteuse et d'éviter ainsi qu'il y ait davantage de victimes ? Pouvez-vous préciser votre réponse ?

2) Quelles actions notre pays a-t-il mises sur pied pour contrecarrer les boutiques en ligne malhonnêtes ? Collaborons-nous déjà avec des services de paiement en la matière ?

3) Au cours de ces trois dernières années, combien de sites en ligne malhonnêtes qui s'adressent à notre pays ont-ils été bloqués annuellement ? Pouvez-vous expliquer ces chiffres ?

4) Êtes-vous disposé à suivre l'exemple néerlandais et à conclure des accords concrets avec les services de paiement, d'une part, et la justice, d'autre part, en vue de bloquer préventivement les services de paiement des magasins en ligne malhonnêtes si plusieurs plaintes crédibles ont été introduites ? Pouvez-vous me fournir des précisions en ce qui concerne le calendrier et le contenu ? Dans la négative, pourquoi et pouvez-vous préciser quelles pistes vous jugez indiquées pour enrayer ce phénomène d'escroquerie commise par des boutiques en ligne malhonnêtes ?

5) Disposez-vous de chiffres récents sur le nombre annuel de personnes lésées et les dommages subis à la suite d'escroqueries commises par des boutiques en ligne malhonnêtes ? Dans la négative, comment pouvez-vous évaluer le phénomène ? Dans l'affirmative, pouvez-vous commenter les chiffres et les tendances ?

 

In Nederland begint Justitie met het dwarsbomen van verdachte webshops. Zodra er drie aangiften van internetoplichting over een winkel bij de politie binnen zijn gekomen, worden betaaldiensten ingeseind. Die kunnen de rekeningen van verdachte webshops blokkeren en zo voorkomen dat meer slachtoffers worden gemaakt.

Op dit moment wordt samengewerkt met twaalf betaaldiensten en het openbaar ministerie om betalen via bijvoorbeeld iDeal onmogelijk te maken zonder een justitieel onderzoek af te wachten. Het is nadrukkelijk de bedoeling dat de diensten zelf actie ondernemen na het seintje van de politie, los van het justitieel onderzoek.

Wat het transversale karakter van de vraag betreft: de verschillende regeringen en schakels in de veiligheidsketen zijn het eens over de fenomenen die de komende vier jaar prioritair moeten worden aangepakt. Die zijn opgenomen in de kadernota Integrale Veiligheid en het Nationaal Veiligheidsplan voor de periode 2016-2019 en werden besproken tijdens een Interministeriële Conferentie, waar ook de politionele en justitiële spelers aanwezig waren. Cybercrime is één van de transversale prioriteiten.

Graag had ik u dan ook volgende vragen voorgelegd :

1) Hoe reageert u op het Nederlandse initiatief vanwege Justitie om van zodra er minimaal drie aangiften voor internetoplichting worden ingediend, deze feiten preventief in te seinen bij de betaaldiensten om aldus de rekening van de verdachte webshop tijdelijk te blokkeren teneinde te voorkomen dat er meer slachtoffers vallen ? Kunt u dit uitvoerig toelichten ?

2) Welke acties heeft ons land opgezet om malafide webshops te weren ? Werken wij hieromtrent reeds samen met betaaldiensten ?

3) Hoeveel malafide websites die zich richten op ons land werden de laatste drie jaar op jaarbasis geblokkeerd ? Kunt u deze cijfers toelichten ?

4) Bent u bereid het Nederlandse voorbeeld te volgen en hieromtrent concrete afspraken te maken met de betaaldiensten, enerzijds, en Justitie, anderzijds, om de betaaldiensten van malafide webshops preventief te blokkeren indien er een aantal geloofwaardige klachten zijn binnengelopen ? Kunt u uitvoerig toelichten wat het tijdschema en de inhoud zijn ? Zo neen, waarom niet en kunt u toelichten welke pistes u dan wel opportuun acht om dit fenomeen van oplichting via malafide webshops in te dijken ?

5) Beschikt u over recent cijfermateriaal van het aantal gedupeerden op jaarbasis en van de opgelopen schade ingevolge oplichting via malafide webshops ? Zo neen, hoe kunt u het fenomeen dan inschatten ? Zo ja, kunt u de cijfers en de tendensen toelichten ?