SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2012-2013 Zitting 2012-2013
________________
22 mai 2013 22 mei 2013
________________
Question écrite n° 5-9071 Schriftelijke vraag nr. 5-9071

de Louis Ide (N-VA)

van Louis Ide (N-VA)

au secrétaire d'Etat aux Affaires sociales, aux Familles et aux Personnes handicapées, chargé des Risques professionnels, et secrétaire dÉtat à la Politique scientifique, adjoint à la ministre des Affaires sociales et de la Santé publique

aan de staatssecretaris voor Sociale Zaken, Gezinnen en Personen met een handicap, belast met Beroepsrisico's, en staatssecretaris voor Wetenschapsbeleid, toegevoegd aan de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid
________________
Les engagements du secrétaire d'État à l'occasion du cinquième anniversaire du Fonds amiante De engagementen van de staatssecretaris naar aanleiding van het vijfjarig bestaan van het Asbestfonds 
________________
amiante
Fonds des maladies professionnelles
asbest
Fonds voor de Beroepsziekten
________ ________
22/5/2013Verzending vraag
11/2/2014Herkwalificatie
31/3/2014Antwoord
22/5/2013Verzending vraag
11/2/2014Herkwalificatie
31/3/2014Antwoord
________ ________
Requalification de : demande d'explications 5-3550
Requalifiée en : demande d'explications 5-4761
Requalification de : demande d'explications 5-3550
Requalifiée en : demande d'explications 5-4761
________ ________
Question n° 5-9071 du 22 mai 2013 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-9071 d.d. 22 mei 2013 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

À l'occasion des cinq ans de l'AFA, le secrétaire d'État a déclaré que

- de nombreuses victimes de l'amiante ne se manifestent pas auprès de l'AFA parce qu'elles en ignorent l'existence (il a entre autres cité les indépendants) - ou parce qu'elles craignent la lenteur du traitement de leur dossier (par exemple en cas d'asbestose).

- il examinerait pour d'autres maladies l'existence d'un lien avec l'amiante.

Le secrétaire d'État peut-il donner un aperçu des initiatives qu'il a prises et qu'il envisage pour

1) veiller à ce que les victimes de l'amiante s'adressent effectivement à l'AFA ?

2) vérifier si d'autres maladies peuvent être liées à l'amiante ? À quelles instances scientifiques compte-t-il faire appel pour effectuer cette recherche ?

 

Naar aanleiding van het vijfjarig bestaan van het AFA verklaarde de staatssecretaris dat

- er nog heel wat asbestslachtoffers zijn die zich niet aanmelden bij het AFA, omdat ze het bestaan ervan niet kennen (hij noemde onder meer de zelfstandigen) - of omdat ze een trage behandeling van hun zaak vrezen (bijvoorbeeld bij asbestose).

- hij voor andere ziekten zou nagaan of er een link is met asbest.

Kan de staatssecretaris een overzicht geven van de initiatieven die hij heeft genomen en zal ondernemen om

1) ervoor te zorgen dat slachtoffers van asbest zich effectief tot het AFA richten?

2) na te gaan of er andere ziekten gelinkt kunnen worden met asbest? Op welke wetenschappelijke instanties zal hij een beroep doen voor deze afweging ?

 
Réponse reçue le 31 mars 2014 : Antwoord ontvangen op 31 maart 2014 :

1) Le fait que les médias aient évoqué les cinq années d'existence du Fonds amiante a déjà permis en tant que tel d'accroître la visibilité de l'institution.

Le Fonds amiante a lui-même déjà envoyé une lettre d'information électronique (plus de 2 000 abonnés) à ce sujet et le site web du Fonds des maladies professionnelles a été actualisé à peu près en même temps.

Il est permis de croire que pratiquement tous les pneumologues connaissent assurément l'existence du Fonds amiante et qu'ils informeront au besoin leurs patients quant aux possibilités d'introduire une demande.

En ce qui concerne la durée de traitement des dossiers, les problèmes initiaux sont heureusement résolus et quasiment toutes les demandes en matière de mésothéliome font l'objet d'une décision dans les trois mois et une décision est prise dans les sept mois pour la majorité des demandes en matière d'asbestose.

Pour les informations relatives aux efforts fournis pour informer le groupe-cible des travailleurs indépendants, je vous renvoie vers madame Sabine Laruelle, ministre des Indépendants, compétente en la matière.

2) Le 13 février 2013, j'ai chargé le Fonds amiante d'examiner la possibilité / l'opportunité d'augmenter le nombre de maladies reconnues.

La Commission médicale « Pneumologie » du Fonds des maladies professionnelles a finalisé ses travaux en février 2014.

Nous attendons maintenant l’avis du Conseil scientifique du FMP qui se tiendra le 15 mai prochain.

1) De ruchtbaarheid die in de media werd gegeven naar aanleiding van het vijfjarig bestaan van het Asbestfonds, was op zich reeds een hulpmiddel om de zichtbaarheid van de instelling te vergroten.

Het Asbestfonds zelf heeft hierover nog een elektronische Nieuwsbrief verstuurd (meer dan 2 000 abonnees) en ongeveer gelijktijdig werd de website van het Fonds voor de beroepsziekten in een nieuw kleedje gestoken.

Er mag met enige stelligheid van worden uitgegaan dat vrijwel alle longspecialisten het bestaan van het Asbestfonds kennen en hun patiënten dus desgevallend zullen informeren over de mogelijkheden om een aanvraag in te dienen.

Met betrekking tot de instructieduur van de dossiers zijn de kinderziekten gelukkig achter de rug en quasi alle aanvragen mesothelioom krijgen een beslissing binnen de drie maanden en een meerderheid van aanvragen asbestose krijgen een beslissing binnen de zeven maanden.

Voor informatie over de inspanningen die, door zelfstandigen organisaties of door het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen (RSVZ), werden gedaan om de doelgroep van de zelfstandigen terdege te informeren, verwijs ik naar de minister van Zelfstandigen, bevoegd voor deze materie.

2) Op 13 februari 2013 heb ik het Asbestfonds gevat met het verzoek tot het verrichten van een studie over de mogelijkheid/opportuniteit om het aantal erkende ziekten uit te breiden.

De Medische Commissie “Pneumologie” van het Fonds voor de beroepsziekten heeft haar werk hieromtrent afgerond in februari 2014.

We wachten nu op het advies van de Wetenschappelijke Raad van het FMP, die op 15 mei aanstaande samenkomt.