SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
15 février 2012 15 februari 2012
________________
Question écrite n° 5-5633 Schriftelijke vraag nr. 5-5633

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

au ministre des Entreprises publiques, de la Politique scientifique et de la Coopération au développement, chargé des Grandes Villes

aan de minister van Overheidsbedrijven, Wetenschapsbeleid en Ontwikkelingssamenwerking, belast met Grote Steden
________________
Société nationale des chemins de fer belges - Suicides sur les voies - Chiffres - Politique Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen - Zelfmoorden op het spoor - Cijfers - Beleid 
________________
Société nationale des chemins de fer belges
suicide
statistique officielle
Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
zelfmoord
officiële statistiek
________ ________
15/2/2012Verzending vraag
28/8/2012Antwoord
15/2/2012Verzending vraag
28/8/2012Antwoord
________ ________
Question n° 5-5633 du 15 février 2012 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-5633 d.d. 15 februari 2012 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

La Belgique a une très mauvaise réputation sur le plan du nombre de suicides et se trouve dans le haut du classement. La Société nationale des chemins de fer belges (SNCB) pâtit également de cette situation, notamment parce que des suicides ont souvent lieu sur les voies ferrées.

J'aimerais une réponse aux questions suivantes :

1) Combien de suicides sur les voies ont-ils eu lieu annuellement en Belgique au cours de la période 2005-2011 ?

2) Ces chiffres montrent-ils des différences régionales et comment sont-elles expliquées ?

3) Quelle a été l'incidence de ces suicides sur le fonctionnement du trafic ferroviaire ? Combien d'heures de retard ont-ils engendrées annuellement durant la période de référence ?

5) Selon quels profils les suicidaires peuvent-ils être classés, notamment en fonction du sexe, de l'âge, du domicile, du niveau de formation, etc. ?

6) Quel préjudice ces suicides ont-ils causé à la SNCB ? J'aimerais des chiffres annuels et une comparaison entre les années. Combien de ces montants ont-ils été récupérés, par quels moyens ?

7) Comment la SNCB a-t-elle été et est-elle impliquée dans l'accompagnement des survivants et des usagers du train qui ont assisté à ces accidents ?

8) À quelles conclusions et à quelle politique les réponses aux questions posées ci-dessus ont-elles mené ?

 

België torst een zeer kwalijke reputatie op het vlak van het aantal zelfmoorden en behoort tot de koplopers. Ook de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS) deelt in dit leed, mede door het feit dat de spoorweg vaak als plaats voor zelfmoorden wordt uitgezocht.

Graag antwoorden op de volgende vragen:

1) Hoeveel zelfmoorden op het spoor vonden jaarlijks plaats in België in de periode 2005 - 2011?

2) Tonen deze cijfers regionale verschillen en hoe zijn deze te verklaren?

3) Tot welke de gevolgen leidden deze zelfmoorden op het functioneren van het treinverkeer? Hoeveel uren vertraging leverde dit jaarlijks op in de referentieperiode?

5) Volgens welke profielen kunnen de zelfmoordenaars worden gecatalogeerd, onder andere naar geslacht, leeftijd, woonplaats, opleidingsniveau enz.?

6) Welke schade berokkenden deze zelfmoorden aan de NMBS? Graag cijfers per jaar en een vergelijking over de jaren? Hoeveel van deze schadebedragen werden teruggevorderd, met welke methodes?

7) Op welke wijze werd en wordt de NMBS betrokken bij het begeleiden van de nabestaanden en van de treinreizigers die deze persoonsongelukken hebben zien gebeuren?

8) Tot welke besluiten en beleidsvoering leidden de antwoorden op hogergestelde vragen?

 
Réponse reçue le 28 aôut 2012 : Antwoord ontvangen op 28 augustus 2012 :

Je prie l'honorable membre de bien vouloir se référer à la réponse communiquée le 14 mai à la question écrite 5-3929 du Sénat et aux questions orales 8837, 8891 en 9252 lors de la commission Infrastructure de la Chambre du 7 février. (CRABV 53 COM 389 pages 11 à 13)

Ik heb de eer het geachte lid te verwijzen naar het antwoord dat op 14 mei werd medegedeeld op de schriftelijke vraag 5-3929 van de Senaat en op de mondelinge vragen 8837, 8891 en 9252 in de commissie Infrastructuur van de Kamer van 7 februari. (CRABV 53 COM 389 blz. 11 tot 13)