SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
28 décembre 2011 28 december 2011
________________
Question écrite n° 5-4738 Schriftelijke vraag nr. 5-4738

de Bert Anciaux (sp.a)

van Bert Anciaux (sp.a)

au ministre des Entreprises publiques, de la Politique scientifique et de la Coopération au développement, chargé des Grandes Villes

aan de minister van Overheidsbedrijven, Wetenschapsbeleid en Ontwikkelingssamenwerking, belast met Grote Steden
________________
Société nationale des chemins de fer belges (SNCB) - Campus et Railflex - Possibilités d'utilisation - Combinaison avec le tram, le bus et le métro Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS) - Campus en Railflex - Gebruiksmodaliteiten - Combinatie met tram, bus en metro 
________________
Société nationale des chemins de fer belges
transport de voyageurs
titre de transport
transport combiné
Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
reizigersvervoer
plaatsbewijs
gecombineerd vervoer
________ ________
28/12/2011Verzending vraag
9/2/2012Antwoord
28/12/2011Verzending vraag
9/2/2012Antwoord
________ ________
Réintroduction de : question écrite 5-2457 Réintroduction de : question écrite 5-2457
________ ________
Question n° 5-4738 du 28 décembre 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-4738 d.d. 28 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Le législateur a reconnu sans ambiguïté les systèmes Campus et Railflex comme cartes train à part entière. Lors des contrôles, la Société nationale des chemins de fer belges (SNCB) s'obstine manifestement à traiter ces systèmes comme des « pass ». Cela a entre autres comme conséquence qu'en cas d'oubli d'un Campus ou d'un Railflex, le client est obligé de payer le prix du voyage majoré d'un supplément de 12,5 euros.

Des voyageurs, mais aussi le médiateur (entre autres dans le rapport annuel 2010) ont déjà recommandé à la SNCB d'éviter cette erreur d'application. Le médiateur plaide aussi en faveur d'une combinaison entre le Campus et le Railflex, d'une part, et le le bus, le tram ou le métro, d'autre part.

J'aimerais obtenir une réponse aux questions suivantes :

1) La ministre souhaite-t-elle donner des instructions formelles à la SNCB pour que, lors des contrôles des Campus et Railflex, on traite les systèmes comme titres de transport à part entière et non comme des pass, de sorte qu'en cas d'oubli de ces deux titres le traitement ait lieu comme pour les titres de transport ? Comment et quand donnera-t-elle ces instructions, tout à fait conformes à la loi, à la SNCB ?

2) Souhaite-t-elle insister auprès de la SNCB sur la mise en œuvre de la combinaison entre les Campus et Railflex, d'une part, et le tram, le bus et le métro, d'autre part ?

 

De wetgever heeft de systemen Campus en Railflex ondubbelzinnig erkend als volwaardige treinkaarten. In de controle hierop blijft de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS) blijkbaar koppig deze systemen als " passen " behandelen. Dit heeft onder andere tot consequentie dan bij het vergeten van een Campus of Railflex, de klant wordt verplicht op de ritprijs aan volle prijs, vermeerderd met een toeslag van 12,5 euro te betalen.

Al eerder adviseerden reizigers, maar ook de Ombudsman (onder andere in het Jaarverslag 2010), de NMBS om deze foute toepassing achterwege te laten. Ook pleit de Ombudsman om een combinatie tussen Campus en Railflex met bus, tram of metro.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen:

1) Wil de geachte minister de NMBS uitdrukkelijk instrueren om bij de controles op Campus en Railflex deze systemen te behandelen als volwaardige vervoersbewijzen en niet als passen, zodat de behandeling bij het vergeten van deze twee bewijzen geschiedt zoals het vervoersbewijzen past? Hoe en wanneer zal zij deze instructies, die helemaal conform de wet zijn, aan de NMBS overmaken?

2) Wil zij er bij de NMBS op aandringen om de combinatie tussen Campus en Railflex enerzijds en tram, bus en metro anderzijds operationeel te maken?

 
Réponse reçue le 9 février 2012 : Antwoord ontvangen op 9 februari 2012 :

1. Si un client a oublié sa carte train ordinaire, la validité de cette dernière peut aisément être vérifiée. Si cette carte est valide, aucun frais ne sera imputé. (Ceci est possible deux fois par an).

La Carte Train Mi-Temps (Railflex) et la Carte Campus ont toutefois été spécialement conçues respectivement pour les personnes travaillant à temps partiel et pour les étudiants en kot et ce, à un tarif très avantageux. Pour permettre le contrôle à bord du train, un layout a été développé pour que le client indique lui-même ses jours de voyage avant d’embarquer dans le train. Si le voyageur oublie ces titres de transport, il ne peut être prouvé a posteriori qu’il avait complété le jour du voyage sur sa carte avant d’entamer son parcours. Si la Société nationale des chemins de fer belges (SNCB) devait considérer ces titres de transport comme des cartes trains ordinaires dans le contexte d’un « oubli », le risque d’augmentation de l’utilisation frauduleuse serait très important alors que ce type de titre de transport est déjà très fortement exposé à la fraude.

2. Vu les conditions spéciales d’utilisation et le layout, ces deux titres de transport ne peuvent être combinés avec le transport régional. D’autant plus qu’au niveau des sociétés de transport régionales, il n’existe pas de formule tarifaire spécifique pour les personnes travaillant à temps partiel et/ou pour les étudiants en kot. Cette possibilité a en outre déjà été examinée au niveau de la SNCB. Vu le caractère « manuel », cette proposition a toutefois été rejetée par les sociétés de transport régionales elles-mêmes.

1. Indien een klant zijn gewone treinkaart vergat kan de geldigheid ervan eenvoudig worden nagegaan. Indien deze geldig is worden er geen kosten aangerekend. (dit is twee keer per jaar mogelijk).

De Halftijdse Treinkaart (Railflex) en de Campuskaart echter werden speciaal ontworpen voor respectievelijk deeltijds werkenden en voor kotstudenten, en dit aan een heel voordelig tarief. Om controle op de trein mogelijk te maken, werd een layout ontwikkeld waarbij de klant zelf zijn reisdagen invult voordat hij de trein instapt. Indien de reiziger deze vervoerbewijzen vergeet, dan kan er nadien niet bewezen worden dat hij de reisdag op zijn kaart had ingevuld voor hij zijn reis aanvatte. Indien de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (NMBS) deze vervoerbewijzen als gewone treinkaarten zou aanschouwen wat betreft het “vergeten”, neemt de kans op een frauduleus gebruik enorm toe, en dit terwijl dit type vervoerbewijs reeds heel erg met fraude geconfronteerd wordt.

2. De speciale gebruiksvoorwaarden en layout maken dat deze twee vervoerbewijzen niet kunnen gecombineerd worden met het regionaal vervoer. Temeer omdat er bij de regionale vervoersmaatschappijen geen specifieke tariefformules voor deeltijds werkenden en/of kotstudenten bestaan. Vanuit NMBS werd bovendien deze mogelijkheid al onderzocht. Gezien het “manuele” karakter ervan, werd dit voorstel echter afgewezen door de regionale vervoersmaatschappijen zelf.