SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2011-2012 Zitting 2011-2012
________________
28 décembre 2011 28 december 2011
________________
Question écrite n° 5-3963 Schriftelijke vraag nr. 5-3963

de Guido De Padt (Open Vld)

van Guido De Padt (Open Vld)

au ministre des Entreprises publiques, de la Politique scientifique et de la Coopération au développement, chargé des Grandes Villes

aan de minister van Overheidsbedrijven, Wetenschapsbeleid en Ontwikkelingssamenwerking, belast met Grote Steden
________________
SNCB - Rénovation des gares - Prix de revient - Résultats NMBS - Renovatie van stations - Kostprijs - Resultaten 
________________
Société nationale des chemins de fer belges
gare ferroviaire
coût d'investissement
structure de l'entreprise
grands travaux
Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen
spoorwegstation
investeringskosten
structuur van de onderneming
grootschalige projecten
________ ________
28/12/2011Verzending vraag
28/4/2014Einde zittingsperiode
28/12/2011Verzending vraag
28/4/2014Einde zittingsperiode
________ ________
Réintroduction de : question écrite 5-2921 Réintroduction de : question écrite 5-2921
________ ________
Question n° 5-3963 du 28 décembre 2011 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 5-3963 d.d. 28 december 2011 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

La SNCB Holding dispose d'un certain nombre de filiales actives dans les opérations immobilières. Il y a Eurostation (projets : Alost, Anvers-central, Bruges Saint-Michel, Bruxelles-Nord, Bruxelles-Midi, Gand Saint-Pierre, Hasselt, Courtrai, la ligne Bruxelles-Louvain, Malines, Ostende, Roulers, Schaerbeek centre de production, des cabines de signalisation, Saint-Nicolas, Zaventem - projet Diabolo ), Eurogare (projets : gare de Liège-Guillemins, gare de Namur, réseau express régional, aussi habilitée à développer des projets dans la Région de Bruxelles-Capitale) et Euro Immo Star (chargée des plans directeurs d'urbanisme).

En outre, il y a aussi B-Parking (gestion des parkings), Syntigo (doit valoriser les compétences en technologies de l'information et télécommunication du Groupe SNCB) Publifer (chargée de l'exploitation du potentiel publicitaire dans le domaine ferroviaire, elle en a l'exclusivité), Eurofima (une société qui finance le matériel ferroviaire ; elle est propriété des sociétés européennes de chemins de fer, les Chemins de fer français et allemand en étant les actionnaires principaux avec chacun 25 %), Transurb Technirail (exporte le savoir-faire belge en matière de transports publics, les activités principales de Transurb Technirail se concentrent sur l'engineering, les projets de gestion, la consultance et la vente de matériel roulant de seconde main), etc. La SNCB et la SNCB Logistics disposent elles aussi d'un certain nombre de filiales. Il existe même des " sous-filiales "… On peut cependant se demander si toutes ces entreprises ne nuisent finalement pas à la transparence de la politique du Groupe SNCB. On peut aussi se demander si les investissements créent suffisamment de valeur ajoutée eu égard à la fonction de base du Groupe SNCB, à savoir assurer au meilleur prix un service de haute qualité, alliant sécurité et ponctualité. D'où une série de questions :

1. Combien de gares ont-elles été rénovées, reconstruites ou nouvellement érigées au cours de la période 2005-2011 ? De quelles gares s'agit-il ?

2. Quelle était l'estimation de départ des investissements et quel a été leur montant final (répartition entre l'acquisition de terrains et les coûts de construction) ?

3. Combien de voyageurs faisaient-ils usage de la gare concernée l'année qui a précédé les travaux, et combien étaient-ils l'année qui a suivi la fin du chantier ?

4. Quel est le montant total des estimations relatives à des investissements pour des projets de construction (et lesquels ?) prévus ou en cours d'exécution (répartition par projet avec indication de la date probable d'exécution) ?

5. Pour quels projets bénéficie-t-on ou a-t-on bénéficié d'effets secondaires qui rendent le projet lui-même générateur de " bénéfices collatéraux " : est-il par exemple exact que la construction de la gare de Mons permettra de réaliser une plus-value importante dans une zone de développement contiguë (de quelle surface s'agit-il et qui en assurent les développement, etc.) ?

 

De NMBS Holding beschikt over een aantal dochterondernemingen die zich inlaten met vastgoedoperaties. Er is Eurostation (projecten: Aalst, Antwerpen-Centraal, Brugge Sint-Michiels, Brussel-Noord, Brussel-Zuid, Gent Sint-Pieters, Hasselt, Kortrijk, Lijn Brussel-Leuven, Mechelen, Oostende, Roeselare, Schaarbeek productiecentrum, seinhuizen, Sint-Niklaas, Zaventem - Diabolo project), , Eurogare (projecten: station Luik-Guillemins, station Bergen, station Namen, Gewestelijk Expresnet, is gemachtigd om ook in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest projecten te ontwikkelen), Euro Immo Star (neemt de stedenbouwkundige masterplans voor haar rekening).

Daarnaast heeft men ook nog B-Parking (beheer parkings), Syntigo (moet de competenties van de informatietechnologie en telecommunicatiediensten van de NMBS-groep valoriseren), Publifer (belast met de exploitatie van het publicitair potentieel op het spoorwegdomein, waarvoor ze een exclusiviteit heeft), Eurofima (een bedrijf voor het financieren van spoorwegmateriaal; het is eigendom van de Europese spoorwegmaatschappijen, waarbij de Duitse en Franse spoorwegen met ieder 25% de grootste aandeelhouders zijn.), Transurb Technirail (exporteert Belgische knowhow inzake openbaar vervoer; de voornaamste activiteiten van Transurb Technirail concentreren zich rond engineering, projectmanagement, consultancy en de verkoop van tweedehands rollend materieel), enz. Ook de NMBS en de NMBS Logistics beschikken over een aantal dochterondernemingen. Er bestaan ook wat "kleindochters"… De vraag stelt zich evenwel of al deze ondernemingen het beleid van de NMBS Groep uiteindelijk niet al te ondoorzichtig maken. Men kan zich ook afvragen of de investeringen wel voldoende toegevoegde waarde creëren in functie can de core business van de NMBS Groep, nl. een veilige, stipte en kwalitatief hoogstaande dienstverlening aanbieden tegen de beste prijs. Vandaar een aantal vragen:

1. Hoeveel en welke stations werden er in de periode 2005 -2011 gerenoveerd/heropgericht/nieuw gebouwd?

2. Welke was de initiële raming van de investering en op welk eindbedrag kwam de totale investering uiteindelijk neer (opsplitsing verwerving gronden en bouwkosten) ?

3. Hoeveel reizigers maakten er in het jaar voor de aanvang van de werken gebruik van het kwestieuze station en hoeveel waren er dat in het jaar na het einde van de werken?

4. Hoeveel bedraagt de raming van de investeringen voor bouwprojecten (en welke) die momenteel nog op stapel staan of in uitvoering zijn (opsplitsing per project met opgave van vermoedelijke uitvoeringsdatum)?

5. Bij welke projecten (en welke) werden/worden er ook andere neveneffecten gerealiseerd, waarbij het project zelf gezorgd heeft voor "collaterale winsten": is het bijv. waar dat bij de realisatie van het station van Bergen een belangrijke meerwaarde zal worden gerealiseerd voor een aanpalend ontwikkelingsgebied (over welke oppervlakte gaat het, wie zijn de ontwikkelaars, enz.)?