SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2009-2010 Zitting 2009-2010
________________
2 mars 2010 2 maart 2010
________________
Question écrite n° 4-7032 Schriftelijke vraag nr. 4-7032

de Martine Taelman (Open Vld)

van Martine Taelman (Open Vld)

au vice-premier ministre et ministre des Finances et des Réformes institutionnelles

aan de vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen
________________
Comités d'acquisition fédéraux - Flandre - Collaboration pour les dossiers d'expropriation concernant des pistes cyclables subventionnées - Extension à l'aménagement de pistes cyclables sécurisées Federale aankoopcomités - Vlaanderen - Samenwerking rond onteigeningsdossiers voor gesubsidieerde fietspaden - Uitbreiding naar de aanleg van veilige fietspaden 
________________
comité d'acquisition
Région flamande
piste cyclable
expropriation
aankoopcomité
Vlaams Gewest
fietspad
onteigening
________ ________
2/3/2010Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 1/4/2010)
31/3/2010Antwoord
2/3/2010Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 1/4/2010)
31/3/2010Antwoord
________ ________
Question n° 4-7032 du 2 mars 2010 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-7032 d.d. 2 maart 2010 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Actuellement, la Flandre et les comités d'acquisition fédéraux ne collaborent que pour des dossiers d'expropriation concernant les pistes cyclables subventionnées. La ministre flamande Hilde Crevits veut étendre cette collaboration à l'aménagement de pistes cyclables sécurisées. Cela permettrait à l'autorité flamande de faire appel à des géomètres et de préparer le dossier technique, afin que les comités d'acquisition puissent estimer immédiatement les coûts d'expropriation; le traitement des dossiers par le gouvernement flamand en serait raccourci de six mois. La ministre Crevits l'a demandé par écrit au ministre. Elle a aussi exprimé le vœu que les géomètres-experts aient accès à des bases de comparaison objectives pour rédiger le rapport d'estimation, ce qui accélérerait le traitement des dossiers. La lettre de la ministre Crevits serait datée du 24 novembre 2009.

Je souhaiterais une réponse aux questions suivantes:

1. Le ministre a-t-il bien reçu un courrier à ce propos de la ministre flamande Hilde Crevits ?

2. Est-il acquis à cette proposition ? Pourquoi ou pourquoi pas ?

3. Où en est ce dossier ?

 

Momenteel werken Vlaanderen en de federale aankoopcomités alleen samen wat betreft onteigeningsdossiers voor gesubsidieerde fietspaden. Vlaams minister Hilde Crevits wil deze samenwerking uitbreiden tot de aanleg van veilige fietspaden. Zo kan de Vlaamse overheid zelf landmeters inschakelen en de dossiers technisch voorbereiden, zodat de aankoopcomités onmiddellijk kunnen overgaan tot de schatting van de onteigeningskosten. Op die manier verkleint de Vlaamse regering de vertraging in haar dossiers met zes maanden. Minister Crevits heeft dat schriftelijk aan de geachte minister gevraagd. Ze heeft ook de wens uitgedrukt dat landmeters-experten toegang zouden krijgen tot de objectieve vergelijkingspunten met het oog op de opmaak van het schattingsverslag. Dat zou de doorlooptijd van fietsprojecten gevoelig kunnen verkorten. Minister Crevits zou hem hierover aangeschreven hebben op 24 november 2009.

Graag kreeg ik dan ook van de geachte minister een antwoord op de volgende vragen:

1. Heeft hij hieromtrent inderdaad een schrijven ontvangen van Vlaams minister Hilde Crevits?

2. Is hij gewonnen voor dit voorstel? Waarom wel? Waarom niet?

3. Wat is de stand van zaken van dit dossier?

 
Réponse reçue le 31 mars 2010 : Antwoord ontvangen op 31 maart 2010 :

J’ai en effet reçu une lettre du 24 novembre 2009, de la ministre flamande Hilde Crevits, par laquelle celle-ci demandait, d’une part, de pouvoir entreprendre des négociations avec les comités d’acquisition, afin que, par l’apport de sa propre administration, la procédure d’expropriation puisse être ramenée à des délais raisonnables et, d’autre part, de donner accès, à des géomètres - experts agréés, aux points de comparaison objectifs en vue de la rédaction du rapport d’expertise.

Le 9 mars, j’ai répondu à Mme Crevits que je pouvais accepter sa proposition de renforcer la collaboration entre les comités et l’Administration flamande, entre autres, par une aide en personnel et administrative prêtée aux comités d’acquisition fédéraux, afin de remédier aux retards dans les acquisitions pour l’aménagement des pistes cyclables.

Il lui a également été communiqué, sous renvoi à ma réponse donnée à la question parlementaire n° 289 de M. Jenne De Potter relative à « l’accès des géomètres agréés à la documentation patrimoniale » (voir QRVA 52/91 p. 753 et suivantes du 25 janvier 2010), que les géomètres agréés, éventuellement désignés par la Région flamande, moyennant présentation de leur mission suffisamment détaillée émanant de l’Administration flamande compétente, pourront, de la même manière que les experts désignés par le juge, obtenir les informations quant aux points de comparaison souhaités dans le cadre de leur mission.

Une première concertation est déjà planifiée pour développer concrètement ce dernier aspect au niveau administratif.

Ik heb inderdaad een schrijven van 24 november 2009 ontvangen van Vlaams minister Hilde Crevits waarin zij enerzijds vroeg om onderhandelingen te mogen aanvatten met de comités tot aankoop opdat de inbreng van haar eigen administratie de onteigeningsprocedure tot redelijke termijnen zou kunnen terugbrengen en anderzijds om erkende landmeters–experten toegang te verlenen tot de objectieve vergelijkingspunten met het oog op het opstellen van het schattingsverslag.

Op 9 maart heb ik aan mevrouw Crevits geantwoord dat ik haar voorstel om aan de vertragingen bij de verwervingen voor de aanleg van fietspaden te verhelpen door het versterken van de samenwerking tussen de comités en de Vlaamse administratie onder andere door personeels- en administratieve ondersteuning te verlenen aan de federale aankoopcomités, kan aanvaarden.

Tevens werd haar met verwijzing naar mijn antwoord gegeven op de parlementaire vraag nr. 289 van de heer Jenne De Potter over “de toegang van erkende landmeters tot de patrimoniumdocumentatie” (zie QRVA 52/91 blz. 753 en volgende van 25 januari 2010) meegedeeld dat de eventueel door het Vlaams Gewest aangestelde erkende landmeters mits voorlegging van voldoende gedetailleerde opdracht uitgaande van de bevoegde Vlaamse Overheid, op dezelfde voet als door de rechter aangestelde deskundigen, inlichtingen zullen kunnen verkrijgen betreffende de door hen in het kader van hun opdracht gewenste vergelijkingspunten.

Een eerste overleg om dit laatste aspect op administratief vlak concreet uit te werken is reeds gepland.