SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2008-2009 Zitting 2008-2009
________________
20 mai 2009 20 mei 2009
________________
Question écrite n° 4-3495 Schriftelijke vraag nr. 4-3495

de Anne-Marie Lizin (Indépendant)

van Anne-Marie Lizin (Onafhankelijke)

au ministre de la Défense

aan de minister van Landsverdediging
________________
Afghanistan - Forces militaires afghanes - Formation - Rôle de l'armée belge - Mesures d'accompagnement à vocation civile Afghanistan – Afghaanse strijdmacht – Opleiding – Rol van het Belgische leger - Begeleidingsmaatregelen voor burgerlijke doeleinden 
________________
force à l'étranger
Afghanistan
force multinationale
instauration de la paix
intégrisme religieux
islam
coopération militaire
strijdkrachten in het buitenland
Afghanistan
multinationale strijdmacht
totstandbrenging van de vrede
religieus conservatisme
islam
militaire samenwerking
________ ________
20/5/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 18/6/2009)
22/6/2009Antwoord
20/5/2009Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 18/6/2009)
22/6/2009Antwoord
________ ________
Question n° 4-3495 du 20 mai 2009 : (Question posée en français) Vraag nr. 4-3495 d.d. 20 mei 2009 : (Vraag gesteld in het Frans)

L’honorable ministre a été largement critiqué pour la présence de troupes belges aux côtés des militaires afghans dans les unités de formation.

Ces critiques ne seraient pas fondées si ce travail de formation s’accompagnait systématiquement, dans les zones d’action, d’un travail social visant à soutenir les forces non talibans, en leur donnant les moyens, par exemple, de mettre les filles à l’école et en modifiant les règles de la Charria.

Pourrait-il nous donner les mesures d’accompagnement à vocation civile de la présence militaire dans les zones d’action de l’armée belge ?

 

De minister heeft heel wat kritiek gekregen op de aanwezigheid van Belgische troepen aan de zijde van Afghaanse militairen in de opleidingseenheden.

Die kritieken zouden ongegrond zijn als België in de actiezones, samen met de opleidingstaken systematisch sociale acties zou voeren ter ondersteuning van de troepen die niet tot de taliban behoren. Zo zou men bijvoorbeeld middelen ter beschikking kunnen stellen om de meisjes naar school te sturen en de regels van de sharia te wijzigen

Welke begeleidingsmaatregelen voor burgerlijke doeleinden in de actiezones van het Belgisch leger heeft de minister genomen?

 
Réponse reçue le 22 juin 2009 : Antwoord ontvangen op 22 juni 2009 :

La Défense ne participe pas directement aux missions d’accompagnement à vocation civile. Ces tâches sont en effet du ressort de la Coopération au développement ainsi que des Organisations Internationales et des ONG. Dans la région de Kunduz en Afghanistan, 25 militaires belges sont néanmoins intégrés dans le « Provincial Reconstruction Team » (PRT) allemand. La mission des composantes -civile et militaire- des PRT est d’assister le gouvernement afghan (GIRoA) pour étendre son autorité dans la zone d’opération du PRT. La coopération avec les deux composantes du PRT doit permettre la poursuite des trois objectifs principaux suivants :

a. Facilitation de la réforme ou du développement du secteur de sécurité ;

b. Promotion et développement de la gouvernance ;

c. Assistance dans les domaines de la reconstruction et du développement.

Ces actions s’effectuent de concert avec les institutions du GIRoA et les institutions internationales.

La partie civile et multidisciplinaire du PRT Kunduz est allemande. Elle reprend entre autres un « Political officer », un « Development advisor » et un « Police advisor », mais également tous les autres conseillers, spécialistes et contractants dans le cadre de la reconstruction et du développement dans la province. Le but poursuivi n’est nullement de se substituer à l’autorité afghane ou d’imposer les idées occidentales mais bien d’agir en tant que plateforme multidisciplinaire ad intérim facilitant à terme le développement de capacités afghanes propres. Dans la région de Kaboul et Kandahar, le personnel belge est confiné au périmètre des aéroports. De nombreuses mesures d’accompagnement et projets sont également poursuivis - dans les provinces de Kaboul et Kandahar - par les nations en charge des commandements des régions « Capital » et « South ».

Defensie neemt niet rechtstreeks deel aan missies met civiele doeleinden. Deze taken behoren namelijk tot de bevoegdheid van Ontwikkelingssamenwerking alsook van Internationale Organisaties en NGO’s. In de regio Kunduz in Afghanistan, maken er momenteel vijfentwintig Belgische militairen deel uit van het Duitse « Provincial Reconstruction Team » (PRT). De opdracht van deze PRT componenten – civiel en militair – is om de Afghaanse regering (GIRoA) bij te staan en zodoende haar gezag uit te breiden in de operatiezone van de PRT. De samenwerking met de twee componenten van de PRT moet de voortzetting van de drie volgende belangrijkste objectieven toelaten :

a. Het vergemakkelijken van de reorganisatie of de ontwikkeling van de veiligheidssector ;

b. De bevordering en de ontwikkeling van het bestuur ;

c. Hulp op het vlak van wederopbouw en ontwikkeling.

Deze acties worden eensgezind tot stand gebracht door de instellingen van de GIRoA en de internationale instellingen.

Het civiele en multidisciplinaire gedeelte van het PRT in Kunduz is Duits. Het herneemt onder meer een « Political Officer », een « Development Advisor » en een « Police Advisor », maar ook alle andere raadgevers, specialisten en contractanten in het kader van de wederopbouw en ontwikkeling in deze provincie. Het vooropgestelde doel is niet om de plaats in te nemen van de Afghaanse overheid of om hen de Westerse ideeën op te dringen, maar wel om te handelen als multidisciplinair forum ad interim dat de ontwikkeling van eigen Afghaanse capaciteiten op langere termijn beoogt. In de regio van Kaboul en Kandahar, is het Belgische personeel beperkt tot de omtrek van de luchthavens. Ook in de provincies Kaboul en Kandahar zijn er tal van begeleidingsmaatregelen genomen en worden er projecten nagestreefd door de naties die belast zijn met het bevel in de regio’s « Capital » en « South ».