SÉNAT DE BELGIQUE BELGISCHE SENAAT
________________
Session 2008-2009 Zitting 2008-2009
________________
16 octobre 2008 16 oktober 2008
________________
Question écrite n° 4-1799 Schriftelijke vraag nr. 4-1799

de Jean-Jacques De Gucht (Open Vld)

van Jean-Jacques De Gucht (Open Vld)

au ministre pour l'Entreprise et la Simplification

aan de minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen
________________
Soldes - Période d'interdiction - Non-respect Solden - Sperperiode - Niet-respecteren 
________________
vente au rabais
protection du consommateur
prix réduit
réglementation commerciale
verkoop met prijsreductie
bescherming van de consument
gereduceerde prijs
handelsregelingen
________ ________
16/10/2008Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 20/11/2008)
12/12/2008Antwoord
16/10/2008Verzending vraag
(Einde van de antwoordtermijn: 20/11/2008)
12/12/2008Antwoord
________ ________
Question n° 4-1799 du 16 octobre 2008 : (Question posée en néerlandais) Vraag nr. 4-1799 d.d. 16 oktober 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

Le 30 juin 2008, la chaîne de magasins Inno a été condamnée par le tribunal de commerce au paiement d'une astreinte de 5 000 euros par article vendu à prix réduit durant la période des présoldes. La loi du 14 juillet 1991 sur les pratiques du commerce et sur l'information et la protection du consommateur interdit d'indiquer, pendant ladite période, des réductions alors que les soldes approchent.

Un élément tout aussi traditionnel que les présoldes est le fait que des inspecteurs du service public fédéral Économie ont pour mission d'établir des procès-verbaux à l'encontre de ceux qui transgressent la loi.

Je souhaiterais que le ministre me communique le nombre de procès-verbaux qui ont été dressés en 2007 et en 2008 pour le non-respect de la période des présoldes et le nombre de cas où l'on a effectivement procédé à des poursuites.

Le ministre peut-il également indiquer sur quels montants les poursuites portaient et quels montants ont effectivement été payés ?

 

Op 30 juni 2008 werd de winkelketen Inno veroordeeld door de rechtbank van koophandel tot het betalen van een dwangsom van 5 000 euro per verkocht artikel dat als koopje werd aangeboden tijdens de sperperiode. Tijdens die sperperiode verbiedt de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument de verkopers om kortingen aan te kondigen, met de solden in het vooruitzicht.

Even traditioneel als de sperperiode, is het feit dat tijdens die periode inspecteurs van de Federale Overheidsdienst Economie op pad worden gestuurd om processen-verbaal op te maken voor zij die de wet overtreden.

Graag had ik van de geachte minister vernomen hoeveel processen-verbaal er in 2007 en 2008 werden opgemaakt voor het niet respecteren van de sperperiode en in hoeveel gevallen ook daadwerkelijk tot vervolging werd overgegaan.

Kan hij daarnaast ook vermelden voor welk bedrag er vervolgingen werden ingesteld en er ook effectief werden betaald ?

 
Réponse reçue le 12 décembre 2008 : Antwoord ontvangen op 12 december 2008 :

J’ai l’honneur de donner au membre estimé la réponse suivante:

En réponse à sa question je puis informer l’honorable membre qu’en 2007 ont été dressés 106 Pro Justitia pour infraction à la législation relative aux présoldes. Sept d’entre eux ont été expédiés directement au parquet compétent. Les 99 autres ont fait l’objet d’une proposition de transaction administrative. Dans 66 cas celle-ci a été effectivement payée (montant total : 29.590 euros). Les 33 dossiers restants ont été transmis pour disposition au parquet compétent.

En 2008,ont été dressés jusqu’à présent 105 Pro Justitia, dont 9 sont directement partis au parquet compétent. Les 96 autres ont donné lieu à une proposition de transaction administrative, laquelle à ce jour a effectivement été payée dans 51 cas (montant payé : 24.875 euros). Des 45 cas restants il est encore impossible de dire s’ils vont être payés ou s’il faudra les transmettre au parquet compétent pour disposition.

La Direction générale du Contrôle et de la Médiation n’étant pas informée systématiquement de la suite donnée aux Pro Justitia qu’elle établit, elle ne dispose pas de statistiques concernant les poursuites judiciaires, classements sans suite ou transactions judiciaires.

Ik heb de eer het geachte lid het volgende te antwoorden:

In verband met zijn vraag kan ik het geachte lid mededelen dat in 2007 in totaal 106 Pro-Justitia’s werden opgesteld wegens inbreuk op de wetgeving betreffende de sperperiode. Zeven hiervan werden rechtstreeks verzonden naar het bevoegde parket. De overige 99 maakten het voorwerp uit van een voorstel tot betaling van een administratieve minnelijke schikking. In 66 gevallen werd tot effectieve betaling overgegaan (totaalbedrag : 29.590 euro). De resterende 33 werden voor verdere beschikking doorgestuurd naar het bevoegde parket.

In 2008 werden er tot op heden 105 Pro-Justitia’s opgesteld, waarvan er negen rechtstreeks werden verzonden naar het bevoegde parket. De overige 96 maakten het voorwerp uit van een voorstel tot betaling van een administratieve minnelijke schikking, waarvan er tot nu tot 51 effectief werden betaald (betaald bedrag : 24.875 euro). Wat de resterende 45 betreft kan momenteel nog niet worden uitgemaakt of sommigen hiervan alsnog zullen betaald worden, dan wel voor verdere beschikking zullen moeten doorgestuurd worden naar het bevoegde parket.

Aangezien de Algemene directie Controle en Bemiddeling niet systematisch op de hoogte wordt gesteld van het gevolg dat aan de door haar opgestelde Pro-Justitia’s wordt verleend, beschikt zij niet over gegevens betreffende gerechtelijke vervolgingen, seponeringen of gerechtelijke minnelijke schikkingen.