BELGISCHE SENAAT
________
Zitting 2007-2008
________
19 mei 2008
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-1002

de Martine Taelman (Open Vld)

aan de vice-eersteminister en minister van Binnenlandse Zaken
________
Politiecamera’s - Efficiëntie
________
politiecontrole
politie
openbare veiligheid
opnameapparaat
________
19/5/2008Verzending vraag
20/6/2008Antwoord
________
________
SENAAT Schriftelijke vraag nr. 4-1002 d.d. 19 mei 2008 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

In de pers lees ik dat de Britse politiefunctionaris Mike Neville de meerwaarde van politiecamera’s in de openbare ruimte, als overroepen beschouwt. Groot Brittanië heeft nochtans maar liefst 4,2 miljoen camera’s. Volgens Neville raakt slechts drie procent van de overvallen in de Londense straten opgelost door gebruik te maken van politiecamera’s. Ook het ontradend effect van camera’s zou volgens deze functionaris beperkt zijn omdat de politie daar zou te kampen hebben met een overvloed aan beelden. Dit terwijl de lokale politie in Mechelen als eerste in België mobiele camera’s inzet om straten en pleinen te bewaken. Ook in de Brusselse rand investeren tien politiezones in intelligente camera’s. Bedoeling is om geseinde wagens op de Brusselse ring sneller te onderscheppen.

1. Beschikt de geachte minister over cijfers betreffende het aantal pv’s die in 2007 werden geschreven op basis van politiecamera’s? Zo ja, is een stijging hiervan merkbaar ten opzichte van de vorige jaren (2005 en 2006)? Hoeveel procent van het aantal pv’s wordt op basis van politiecamera’s vastgesteld? Wat zijn zijn conclusies?

2. Meent hij dat deze politiecommissaris een punt heeft wanneer hij zegt dat camera’s nog nauwelijks een ontradend effect hebben?

3. Hoeveel politie-en CALOG-mensen zijn bevoegd voor het analyseren van politiecamerabeelden ? Is dat voldoende, kunnen zij de beeldenstroom aan? Zo neen, welke maatregelen wenst hij te nemen?

4. Welke zijn de eerste resultaten met betrekking tot het experiment te Leuven rond een groot cameranetwerk dat de lokale politie daar controleert? Indien die positief zijn, meent hij dat het zinvol is dat steden en gemeenten ook hun netwerk uitbreiden?

5. Welke zijn de eerste resultaten met betrekking tot het plaatsen of de uitbreiding van beveiligingscamera’s op het openbaar vervoer? (Ontradend effect enerzijds en om de pakkans/identificatie potentiële daders te verhogen anderzijds.)

Antwoord ontvangen op 20 juni 2008 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen.

1. Ik beschik niet over cijfers betreffende het aantal processen-verbaal die in 2007 werden geschreven op basis van politiecamera's. Dergelijke cijfers worden immers nergens gecentraliseerd bijgehouden.

2. Ik laat de uitspraken van politiecommissaris Mike Neville voor zijn rekening; wel stel ik vast dat waar camera's geplaatst werden — bijvoorbeeld een stationsparking — het aantal geregistreerde feiten vermindert. Het ontradend effect wordt bereikt door een gerichte communicatiestrategie, door de positieve resultaten van de camera's kenbaar te maken.

3. Iedere politiebeambte is bevoegd om de camerabeelden te bekijken. Uiteraard is het niet mogelijk alle beelden van elke camera permanent te bekijken. Er worden « triggers » voorzien die de aandacht van de operatoren trekt op abnormale gebeurtenissen. De beelden worden evenwel opgeslagen voor eventuele verdere exploitatie.

4. Wat Leuven betreft, is de plaatsing van de camera's gebeurd na heel wat studiewerk omtrent de problematiek van de overlast en het uitgaansgerelateerd geweld in het centrum van Leuven.

In 2006 werden bij honderd dertig incidenten camerabeelden gebruikt waarbij zeventig daders herkend werden; voor 2007 ging het om honderd achtenzeventig incidenten met vierennegentig daderherkenningen,

Het is aan de lokale overheden om uit te maken of camera's een meerwaarde opleveren voor de uitvoering van de politietaken.

5. Hoewel ik niet over de precieze cijfers van de verschillende vervoersmaatschappijen beschik, meen ik te kunnen zeggen dat de beveiligingscamera's op het openbaar vervoer positief geëvalueerd worden.