Non-descriptoren : |
aftreden van een gekozen vertegenwoordiger demissionair kabinet demissionair lid door verkiezing verkregen mandaat duur van het mandaat einde van de ambtstermijn lokaal mandaat mandaat (verkozen-) nationaal mandaat parlementair mandaat representatief mandaat verkozen mandaat verplicht mandaat |
Alles van 1995 tot nu Legislatuur 2019-.... Legislatuur 2014-2019 Legislatuur 2010-2014 Legislatuur 2007-2010 Legislatuur 2003-2007 Legislatuur 1999-2003 Legislatuur 1995-1999 |
Parlementaire documenten | Handelingen | Schriftelijke vragen | |
---|---|---|---|
Beroep van militair - Onverenigbaarheid met een verkozen mandaat (3-3810) | |||
|
|||
|
Bul. 3-56
p. 5014-5015 |
||
Brugpensioen - Toekenning na een periode van politiek verlof (3-5186) | |||
|
|||
|
Bul. 3-70
p. 7173-7174 |
|
Bul. 3-81
p. 8900-8901 |
De heer Wille vraagt na te gaan of de verdeling tussen Kamer en Senaat van mandaten bij buitenlandse instellingen evenwichtig is | |||
3-46
p. 8 |
|||
De mogelijkheid van politieambtenaren om een politiek mandaat uit te oefenen (3-996) | |||
|
3-150
p. 23-25 |
||
De onderwerping van de publieke mandatarissen aan het sociaal statuut van de zelfstandigen en de afschaffing van artikel 5bis van het koninklijk besluit nr. 38 (3-573) | |||
|
3-96
p. 61-65 |
||
De onderwerpingsplicht van publieke mandatarissen (aan het sociaal statuut der zelfstandigen) (3-586) | |||
|
3-98
p. 28-30 |
||
Euro-mediterrane Parlementaire Assemblee (2003-2004) | |||
|
3-46
p. 8 |
||
FOD Financiën - Aanstelling van advocaten belast met de verdediging (Onverenigbaarheid met de uitoefening van een politiek mandaat) (3-6973) | |||
|
|||
|
Bul. 3-88
p. 9821 |
||
Federale administratie - Personeelsleden - Gebruik van een privé-GSM tijdens de diensturen (Oproep voor een noodgeval in de hoedanigheid van vrijwillig brandweerman, burgemeester of schepen) (3-2654) | |||
|
|||
|
Bul. 3-41
p. 3223-3224 |
||
Functie van magistraat - Onverenigbaarheid met een gekozen mandaat (Beginsel - Niet-beroepsmagistraten in de handels- of arbeidsrechtbanken) (3-3811) | |||
|
|||
|
Bul. 3-57
p. 5122 |
||
Griffies en parketsecretariaten - Personeel - Verkiezingen - Uitzonderlijk verlof (Verschil in behandeling tussen de griffier en de leden van een parketsecretariaat) (3-420) | |||
|
|||
|
Bul. 3-6
p. 409-410 |
||
Herziening van artikel 67 van de Grondwet (Probleem van het einde van het mandaat van de gemeenschapssenatoren) (3-639) | |||
|
3-639/1
p. 1-2 |
||
|
3-639/2
p. 1-34 |
||
|
3-639/3
p. 1 |
||
|
3-55
p. 25-30 |
||
|
3-55
p. 30 |
||
|
3-55
p. 36-37 |
3-55
p. 44 |
|
Het verenigbaar zijn van een politiek mandaat, een mandaat van bestuurder van vennootschappen of intercommunales met een managementsfunctie (Politiek verlof conform de wet van 18 september 1986) (3-74) | |||
|
3-28
p. 57-61 |
||
Jaarlijkse bijdrage ten laste van bepaalde instellingen - Opbrengst 2005 (Extra middelen voor het sociaal statuut van de zelfstandigen) (3-5079) | |||
|
|||
|
Bul. 3-68
p. 6872-6873 |
||
Jaarlijkse bijdrage ten laste van bepaalde instellingen - Opbrengst 2005 (Extra middelen voor het sociaal statuut van de zelfstandigen) (3-5080) | |||
|
|||
|
Bul. 3-69
p. 6985-6986 |
|
Bul. 3-71
p. 7530-7531 |
Jaarlijkse bijdrage ten laste van bepaalde instellingen - Opbrengst 2005 (Extra middelen voor het sociaal statuut van de zelfstandigen) (3-5081) | |||
|
|||
|
Bul. 3-69
p. 7072-7073 |
||
Ontwerp van bijzondere wet tot wijziging van de bijzondere wet van 2 mei 1995 betreffende de verplichting om een lijst van mandaten, ambten en beroepen, alsmede een vermogensaangifte in te dienen, wat betreft de gemeentelijke en provinciale mandatarissen (Nieuw opschrift : Ontwerp van bijzondere wet tot wijziging van de wetgeving inzake de verplichting om een lijst van mandaten, ambten en beroepen, alsmede een vermogensaangifte in te dienen, wat betreft de mandatarissen van de ondergeschikte besturen) (Brengen van de gemeentelijke en provinciale mandatarissen binnen het toepassingsgebied ratione personae van de bijzondere wet - Vrijstelling) (3-2368) | |||
|
3-2368/1
p. 1 |
||
|
3-2368/2
p. 1-3 |
||
|
3-2368/2
p. 3-5 |
||
|
3-2368/3
p. 1-16 |
||
|
3-2368/4
p. 1-3 |
||
|
3-2368/5
p. 1 |
||
|
3-214
p. 61-62 |
||
|
3-214
p. 63 |
||
|
3-214
p. 79 |
3-214
p. 121-122 |
|
Ontwerp van programmawet (3-966) | |||
|
|||
|
3-966/1
p. 83-88 |
||
|
|||
|
3-966/3
p. 27-28 |
||
Politiek verlof - Lid van een gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening - Toekenning (3-2652) | |||
|
|||
|
Bul. 3-42
p. 3352 |
||
Politieke mandaten - Bevoegdheid van politieke partijen (Vraag of de politicus die zijn partij verlaat, zijn mandaat ter beschikking moet stellen van zijn partij) (3-3609) | |||
|
|||
|
Bul. 3-55
p. 4888 |
||
Politiepersoneel - Verkiesbaarheid als gemeenteraadslid of als lid van de provincieraad, de gemeenschaps- en gewestparlementen, het Federale Parlement of het Europees Parlement (3-5677) | |||
|
|||
|
Bul. 3-73
p. 7775 |
||
Voorstel tot instelling van een deontologische code inzake dienstverlening aan de bevolking door leden van de Senaat en tot aanvulling van het reglement van de Senaat met bepalingen inzake de naleving van die code (3-1287) | |||
|
3-1287/1
p. 1-17 |
||
Voorstel tot verklaring van herziening van titel III, hoofdstuk I, van de Grondwet, teneinde daarin een artikel 48bis in te voegen houdende de verplichting voor een verkozene om zijn mandaat ook op te nemen (3-1640) | |||
|
3-1640/1
p. 1-2 |
||
|
3-1640/2
p. 1 |
||
|
3-216
p. 184-231 |
3-216
p. 231-234 |
|
Voorstel tot wijziging van het reglement van de Senaat teneinde de inachtneming te waarborgen van een Deontologische Code tot regeling van de betrekkingen tussen senatoren en de instellingen en openbare diensten betreffende individuele dossiers (3-1274) | |||
|
3-1274/1
p. 1-7 |
||
Voorstel tot wijziging van het reglement van de Senaat teneinde een gedragscode in te voeren inzake de individuele dienstverlening aan burgers door leden van de Senaat, en een commissie in te stellen die toeziet op de naleving ervan (3-1343) | |||
|
3-1343/1
p. 1-7 |
||
|
3-1343/2
p. 1-4 |
||
Voorstel van bijzondere wet tot aanvulling van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen en van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen teneinde uitdrukkelijk te bepalen wanneer het mandaat van de leden van de gemeenschaps-en gewestraden eindigt (Gevolgen voor de Senaat) (3-481) | |||
|
3-481/1
p. 1-5 |
||
|
3-481/2
p. 1-2 |
||
|
3-481/3
p. 1-9 |
||
|
3-481/4
p. 1 |
||
|
3-55
p. 25-30 |
||
|
3-55
p. 36 |
||
Voorstel van bijzondere wet tot wijziging van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen en van de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse instellingen (Politieke mandaten die onverenigbaar zijn met het parlementair mandaat : verkiezing van de leden van de gemeenschaps- en gewestregeringen - "Kiezersbedrog") (3-239) | |||
|
3-239/1
p. 1-3 |
||
Voorstel van verklaring tot herziening van artikel 11bis van de Grondwet (Zie doc. nr 3-2140/1) (3-2151) | |||
|
3-2151/1
p. 1 |
||
|
3-2151/2
p. 1 |
||
|
3-216
p. 184-231 |
3-216
p. 231-234 |
|
|
3-217
p. 5-13 |
3-217
p. 20 |
3-217
p. 67 |
Wetsontwerp houdende diverse bepalingen (3-1493) | |||
|
|||
|
3-1493/1
p. 33 |
||
|
|||
|
3-1493/5
p. 11-12 |
||
Wetsontwerp houdende instemming met het Besluit van de Raad van 25 juni 2002 en van 23 september 2002 tot wijziging van de Akte betreffende de verkiezing van de vertegenwoordigers in het Europees Parlement door middel van rechtstreekse algemene verkiezingen, gehecht aan Besluit 76/787/EGKS, EEG, Euratom, en met de Bijlage (Harmonisering van de verkiezingsprocedures in de lidstaten ; evenredige vertegenwoordiging ; kiesdistricten ; kiesdrempel ; beperking verkiezingsuitgaven ; onverenigbaarheden ; verkiezingsperiode ; vacante zetel) (3-436) | |||
|
3-436/1
p. 1-17 |
||
|
3-436/2
p. 2 |
||
|
3-436/2
p. 1-2 |
||
|
3-42
p. 5 |
||
|
3-42
p. 5 |
||
|
3-43
p. 35 |
3-43
p. 62 |
|
Wetsontwerp tot wijziging van de wet van 14 januari 1975 houdende het tuchtreglement van de krijgsmacht met het oog op de toelating tot bepaalde politieke mandaten en houdende diverse bepalingen (Lid of voorzitter van een provincieraad of een gemeenteraad, lid van een bestendige deputatie, burgemeester, schepen, lid of voorzitter OCMW, lid of voorzitter van een binnengemeentelijk territoriaal orgaan, elke andere uitvoerende functie in een aan een provincie of gemeente gebonden orgaan - Politiek verlof - Pensioen) (3-1695) | |||
|
3-1695/1
p. 1 |
||
|
3-167
p. 52 |
||
Wetsontwerp tot wijziging van de wet van 2 mei 1995 betreffende de verplichting om een lijst van mandaten, ambten en beroepen, alsmede een vermogensaangifte in te dienen, wat betreft de gemeentelijke en provinciale mandatarissen (Nieuw opschrift : Wetsontwerp tot wijziging van de wetgeving inzake de verplichting om een lijst van mandaten, ambten en beroepen, alsmede een vermogensaangifte in te dienen, wat betreft de gemeentelijke en provinciale mandatarissen) (Lichten van de gemeentelijke en provinciale mandatarissen uit de wet van 2 mei 1995) (3-2367) | |||
|
3-2367/1
p. 1 |
||
|
3-2367/2
p. 1-2 |
||
|
3-2367/2
p. 2-4 |
||
|
3-2367/3
p. 1 |
||
|
3-2367/4
p. 1-2 |
||
|
3-2367/5
p. 1 |
||
|
3-214
p. 61-62 |
||
|
3-214
p. 62-63 |
||
|
3-214
p. 70 |
3-214
p. 112 |
|
Wetsvoorstel houdende diverse wijzigingen inzake de kieswetgeving (Politieke mandaten die onverenigbaar zijn met het parlementair mandaat - "Kiezersbedrog" - Wijzigingen aan het Kieswetboek, de wet van 23 maart 1989 betreffende de verkiezing van het Europees Parlement, van de gewone wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur, van de wet van 12 januari 1989 tot regeling van de wijze waarop de Brusselse Hoofdstedelijke Raad en de Brusselse leden van de Vlaamse Raad verkozen worden, van de wet van 6 juli 1990 tot regeling van de wijze waarop de Raad van de Duitstalige Gemeenschap wordt verkozen, van de wet van 6 augustus 1931 houdende vaststelling van de onverenigbaarheden en ontzeggingen betreffende de ministers, gewezen ministers en ministers van Staat, alsmede de leden en gewezen leden van de Wetgevende Kamers en van de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap) (3-238) | |||
|
3-238/1
p. 1-7 |
||
Wetsvoorstel tot aanvulling van de wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap teneinde uitdrukkelijk te bepalen wanneer het mandaat van de leden van de Raad van de Duitstalige Gemeenschap eindigt (Gevolgen voor de Senaat - Zie ook doc. 3-481) (3-482) | |||
|
3-482/1
p. 1-2 |
||
|
3-482/2
p. 1-2 |
||
|
3-482/3
p. 1 |
||
|
3-482/4
p. 1 |
||
|
3-55
p. 25-30 |
||
|
3-55
p. 36 |
||
Wetsvoorstel tot wijziging van artikel 259bis-15 van het Gerechtelijk Wetboek (Mogelijkheid voor de Hoge Raad voor de Justitie om klachten van magistraten over overtredingen van parlementsleden tegen bepalingen van de deontologische Code ingesteld voor de parlementaire assemblees, in ontvangst te nemen en over te zenden aan de betreffende assemblee) (3-1275) | |||
|
3-1275/1
p. 1-2 |
||
Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 18 september 1986 tot instelling van het politiek verlof voor de personeelsleden van de overheidsdiensten, teneinde een onverenigbaarheid in te stellen tussen een management- of een staffunctie en de uitoefening van een politiek mandaat (3-1457) | |||
|
3-1457/1
p. 1-4 |
||
Wetsvoorstel tot wijziging van de wet van 5 augustus 1978 houdende economische en budgettaire hervormingen (Aanpassing van het pensioenstelsel van de bewindslieden en gezagdragers aan dat van de zelfstandigen) (3-309) | |||
|
3-309/1
p. 1-2 |
Alles van 1995 tot nu Legislatuur 2019-.... Legislatuur 2014-2019 Legislatuur 2010-2014 Legislatuur 2007-2010 Legislatuur 2003-2007 Legislatuur 1999-2003 Legislatuur 1995-1999 |