Schriftelijke vraag nr. 6-219

van Lode Vereeck (Open Vld) d.d. 12 november 2014

aan de vice-eersteminister en minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, belast met de Regie der gebouwen

Federale politie - Territoriale werking - Provincies - Personeel - Interventies - Middelen

politie
provincie
geografische spreiding
verhouding land-regio
officiële statistiek
overheidsinvestering

Chronologie

Vraag nr. 6-219 d.d. 12 november 2014 : (Vraag gesteld in het Nederlands)

De federale politie is verantwoordelijk voor de gespecialiseerde en de bovenlokale politiezorg. Het werkingsgebied strekt zich uit over het hele grondgebied van het Rijk.

De algemene uitgavenbegroting geeft de uitgaven weer van de programma's die verbonden zijn aan een organisatieafdeling of zogenaamde Federale Overheidsdienst (FOD). Uit de algemene uitgavenbegroting kan echter geen geografische spreiding van de uitgaven worden afgeleid.

Het doel van deze transversale vraag is een duidelijk beeld te kunnen schetsen van de gevolgen van de federale overheidsbestedingen voor de gewesten en gemeenschappen, zodat de gewesten en de gemeenschappen op hun beurt hun bestedingen en beleid zo gericht mogelijk, zo complementair mogelijk (in het bijzonder de geografische spreiding van hun beleidsimpulsen) en maximaal versterkend kunnen invullen.

Ik heb volgende vragen:

1) Hoeveel bedraagt per provincie thans het aantal tewerkgestelde federale agenten? Graag een overzicht opgesplitst per werkplek enerzijds en domicilie anderzijds.

2) Hoeveel interventies werden er in 2012 en 2013 per provincie door de federale politie jaarlijks uitgevoerd?

3) Hoeveel middelen worden per provincie gereserveerd binnen het kader van het meerjareninvesteringsplan van de federale politie voor de periode 2013-2025?

Antwoord ontvangen op 28 april 2015 :

Het geachte lid vindt hieronder het antwoord op zijn vragen :

1) In de bijlage 1 vindt u de tabel van de provinciale personeelsverdeling volgens werkplaats en woonplaats.

2) De politionele databanken maken het niet mogelijk om met één druk op de knop de gevraagde cijfergegevens aan te leveren. Zo registreert de CAD (Computer Aided Dispatching) per provinciaal CIC alle interventies van de geïntegreerde politie (lokale én federale politie) bij 101-(nood)oproepen.

Wat de andere, niet-dringende interventies betreft zoals bijvoorbeeld interventies van de steundiensten (de luchtsteun, hondensteun, speciale eenheden, labo technische en wetenschappelijke politie, enz.), biedt het CAD-systeem evenmin garanties op accurate cijfers.

Gegeven de IT- beperkingen is het aanleveren van de gewenste informatie en cijfergegevens zeer tijdrovend en capaciteitsintensief, waaraan momenteel moeilijk kan worden voldaan.

3) De vraag met betrekking tot de meerjaren-middelenplanning per provincie kan actueel niet accuraat beantwoord worden. In de analytische boekhouding van de federale politie zijn namelijk de kostencenters overwegend gelinkt aan het centrale niveau en worden enkel afschrijvingen hernomen. Het genereren van deze informatie vanuit een boekhoudkundig perspectief biedt geen passend alternatief om een overzicht te geven van de totale investeringen.